LEs 9: economische benadering van integratie Flashcards

1
Q

Oorzaken voor meer migratie naar Europa in de toekomst

A

1) grote verschillen tss arm en rijd zijn een drijfveer om te migreren
2) demografische verschuiving
3) youth bulge
4) migration hump
5) zwakke grenzen aan de rand van Europa
6) toename van diaspora en multicultureel beleid
7) arbeidskrachten gezicht door dalende actieve deel vd bevolking
8) Europeanen zijn geen australiërs
9) klimaatveranderingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

arbeidsaanbodcurve

A

aantal uren dat mensen bereid zijn om te werken (er is een terugplooiende arbeidsaanbodcurve, na een bepaald loon zullen mensen niet meer geneigd zijn om meer uren te werken voor meer loon) + participatie (wanneer het opbrengt zal men participeren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

arbeidsvraagcurve

A

Zolang mensen meer opbrengen in een bedrijf dan ze kosten, wordt er aangeworven. Maar wanneer de loonkosten hoger worden, zal de vraag dalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

arbeidsmarktevenwicht

A

Je krijgt enkel een evenwicht wanneer de loonvorming vrij is!! Er is bijna altijd een onevenwicht.

  • Wanneer het loon hoger is dan het evenwichtsloon, is er een aanbodoverschot => werkloosheid.
  • Door collectieve vertegenwoordiging (vakbond) verschuift het aanbod naar links waardoor de lonen stijgen. Gevolg is een stijging in onvrijwillige werkloosheid (BC) (maar collectief vrijwillig)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

het twee landen model

A

Een economisch model waarbij men de effecten van migratie weergeeft tussen twee landen met een perfecte markt en waar de migratiekosten verwaarloosbaar zijn. Hieruit komen zowel winners (de home kapitaalhouders en de immigranten) als losers (foreign kapitaalbezitters en de arbeidskrachten van home). Wanneer we dit optellen is er een nettowinst = het migratiesurplus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

complementen

A

Wanneer migranten een verschillende skill mix hebben dan de arbeidskrachten van het home land, zijn zij hieraan complementair. Dit leidt tot een win win situatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

substituten

A

Wanneer de skills van nieuwe migranten gelijkaardig zijn, zijn zij substituten voor inlandse arbeidskrachten. Dit zijn dan vaak de eerdere migranten die meer competitie krijgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Looneffect

A

economische modellen over de looneffecten van migratie is niet eenduidig. Het partieel evenwichtmodel voorspelt dat migranten lonen drukken, maar wanneer men dit empirisch gaat onderzoeken blijkt dit vaak beperkt te zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

basiskenmerken van de arbeidsmarkt

A
  • EPL (employment protection legislation): bescherming van bestaande jobs. Werkgevers kunnen niet zomaar ontslaan in ons land. Dit gaan wel in rijkere landen zoals Zweden
  • ALMP (active labour market policies): begeleiding van de werklozen is sterk verbeterd in België. Dit is in Denemarken minder ontwikkeld
  • UB (unemployment benefits): hoogste werkloosheidsuitkeringen, duurtijd is zeer lang
  • W (wage cost): de loonkost: de kost van de werkgever om iemand in dienst te houden, afhankelijk van fiscaliteit en parafiscaliteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

creative destruction

A

veel mensen worden afgedankt, verdwijnen uit een job, maar er worden tegelijk meer jobs gecreëerd.
=> zorgt voor meer economische groei en hierdoor hebben migranten meer kans op jobzekerheid en integratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

discriminatiecoëfficiënt van Becker

A

De gepercipieerde loonkost is hoger (loonkost in zijn hoofd) bij raciale vooroordelen van kleurlingen zijn hoger dan de werkelijke kost
-> Wb x (1+d) waarbij
• Wb = werkelijke loonkost
• D = discriminatiecoëfficient

  • WG discriminatie: negatieve d
  • WN discriminatie: neutrale d
  • klantendisciminatie: positieve d
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

statistische discriminatie

A

Er is sprake van statistische discriminatie wanneer een individu wordt behandeld op basis van kenmerken of geschiedenis van de groep waartoe hij behoort.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Oaxaca decompositie

A

kijken naar welk stuk in loonverschil te wijten is aan discriminatie
= Een econometrische techniek om te corrigeren voor verschillen in “skills” (opleiding, ervaring)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

baten van migratie

A

Baten van migratie gaan naar
o Immigranten (arbeidsinkomen, uitkeringen, toekomstperspectief, veiligheid,…)
o Inlandse complementaire productiefactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

kosten van diversiteit

A
  • de migranten ontvluchten vaak landen met disfunctionele sociale modellen, maar brengen deze morele codes uit hun land v herkomst mee
  • diaspora verminderen het sociaal kapitaal, want minder nood aan integratie
  • ## perceptie van identiteit heeft zeer belangrijke economische effecten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

2 dimensies van de World Value Surveys

A
  • traditionele/seculier-rationele dimensie

- overleven/zelfexpressie dimensie

17
Q

cultuur

A

groepskenmerken met een direct impact op de materiële noodwendigheden van het leven (overlevingsgedrag, specifieke vaardigheden, houdingen ten aanzien van werken, sparen, onderwijs, geweld, hygiëne, intelligentie, seks en kunst)

18
Q

Colliers model van migratie en integratie

A

• Immigratie stromen hangen af van
o Verschillen in verwachte levensstandaard (baten)
o De omvang van de diaspora omdat netwerken de kost van migratie verminderen
o Immigratiebeleid (restrictief beleid verhoogt dek kost van migratie)
• Absorptie (integratie) stromen hangen af van
o De omvang van de diaspora – hoe groter de diaspora, hoe geringer de noodzaak van integratie en hoe geringer de mate van absorptie
o Culturele afstand tussen migranten en inlanders
o Integratiebeleid (Ruud Koopmans)
• Inburgeringsbeleid verhoogt absorptie
• Multicultureel beleid vermindert absorptie