Brainscape's Knowledge GenomeTM


Top Flashcards (Certified)
All Flashcards

Frans voc lessen > Les spécificités du langage juridique > Flashcards

Les spécificités du langage juridique Flashcards

(80 cards)

Start Studying
1
Q

eerste minister

A

Premier ministre

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

kamer van volksvertegenwoordigers in F

A

l’Assemblée nationale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

kamer van volksvertegenwoordigers in B

A

La chambre de Représentants

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

president van de senaat

A

Président du sénat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

zakenrecht

A

les droit des biens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ontslaan

A

Licencier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

een strafbaar feit/ overtreding

A

une infraction

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

een misdaad

A

Un crime

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

exemple d’un crime

A

homocide volontair (vrijwillige doodslag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

een wanbedrijf

A

Un délit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

diefstal

A

un vol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

een overtreding

A

Une contravention

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

exemple d’un contravention

A

une infraction au code de la route

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

ontbinden

A

dissoudre

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

een echtgenoot

A

époux

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

de eisen (hedendaagse frans niet juridisch)

A

les revendications

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

een eis

A

une demande (des demandes)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

een staking

A

Un grève

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

een beklaagde

A

Un prévenue

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

gewaarschuwd

A

êtes prévenu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Een lid v/d vakbond

A

un syndicaliste

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

wie kan parlement ontbinden in FR

A

Président de la République

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

een burgemeester FR

A

un maire

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

een burgemeester BE

A

un bourgmestre

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
juryleden
jurés d'assises
26
de ondergetekende
le soussigné
27
herkennen (erkend)
reconnaitre
28
Verschuldigd zijn
devoir
29
Betaald verlof
Congés payés
30
Om deze redenen, staat in arrest/vonnis
Par ces motifs
31
een uitspraak
Un statuant
32
uitspraak doen
statuer
33
op tegenspraak
contradictoirement
34
afwijzen
débouter
35
vennootschap/bedrijf
la société
36
Een tegeneis, tegenvordering
une renconventionnelle
37
aangifte
déclaration
38
btw
La taxe à la valeur (TVA)
39
invullen zoals het hoort
Ajouter dûment remplier
40
is veroordeeld
a été condamné
41
gevangenisstraf met uitstel
une peine de prison avec sursis
42
effectieve gevangenisstraf
une peine de prison ferme
43
onrechtmatige belangenverstrengeling
prise illégale d'intérêts
44
voormalige minister
l'ancien ministre
45
een boete
une amende
46
burgerlijk wetboek
code civil
47
een schuld
une dette
48
een schuld die je aangaat
une dette contractée (contracter)
49
zich verbinden
S’obliger (oblige solidairement)
50
hoofdelijk
Solidairement
51
schulderkenning
Une reconnaissance de dette
52
Een gerechtelijke beslissing
une décision de justice
53
een wettekst
texte de loi
54
de medecontractanten
Les cocontractants
55
de algemene koopvoorwaarden
Les conditions générales de vente
56
een procespartij
Une partie au procès
57
een schuldeiser
créancier
58
de belastingsdienst
le fisc
59
eiser
un demandeur
60
eisende partij
la partie demanderesse
61
verweerder
un défendeur
62
verwerende partij
la partie défenderesse
63
in strafrechtelijke procedures in FR
une partie civile
64
een vonnis
un jugement
65
een arrest
un arrêt
66
een wettelijk stelsel
Une régime légal
67
vermogen
patrimoines
68
het eigen vermogen
le patrimoine propre
69
het gemeenschappelijk vermogen
Le patrimoine commun
70
Uitspreken
prononcer (est prononcé)
71
Een onherstelbare ontwrichting
la désunion irrémédiable
72
een bewijs
Une preuve
73
door alle rechtsmiddelen bv: attest
par toutes voies de droit
74
een vreemdeling
Un étranger
75
Het genot hebben van iets
jouir
76
koninkrijk
le royaume
77
bevolkingsregister
registre de la population
78
een overeenkomst/contract
une convention
79
een onderhandse akte
un acte sous seing privé
80
een notariële akte
un acte authentique

Frans voc lessen (5 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2025 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions