Los directores de Chile Flashcards

(109 cards)

1
Q

aanpakken; aanschieten; aanvaren

A

abordar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

achterin

A

en pos

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

africhten; oefenen

A

adiestrar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

afwegen; hoog opgeven van

A

ponderar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

bedriegen

A

engañar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

beginnend

A

incipiente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

behandeling; verdrag

A

trato

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bekend; geleerd

A

sabido

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

belasting; kennis genomen van

A

impuesta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bemoedigen

A

alentar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

bepleiten

A

abogar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

bereikend

A

logrando

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

beschermen; sponsoren

A

patrocinar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

bevolken; beplanten

A

poblar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

bewering; bevestiging

A

afirmaciones

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

bijdrage; inbreng

A

aporte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

bijeenkrijgen; vragen om

A

recabar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

conjunctureel

A

coyunturalmente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

constateren

A

constatar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

deel uitmakend van

A

integrante

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

doorheen; langs

A

a lo largo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

duurzaam; bestendig

A

perdurable

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

dwars liggen; ergens tussen komen

A

atravesar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

echter

A

empero

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
effectbereik
radio de incidencia
26
erkenning; herkenning; opnemen; verkenning
reconocimiento
27
eveneens
así mismo
28
failliet
quiebra
29
favoriet
propicio
30
feitelijk; inderdaad
en efecto
31
gaan 3e mv subj
fuesen
32
gebrek; tekort
carencia
33
geheel van regels; normen
normativa
34
gelgen zijn; plaatsen; vestigen
ubicar
35
gemachtigde
apoderado
36
geneigd tot
propenso
37
gezamenlijk
compartido
38
hartelijk; gevoelig
afectiva
39
heden ten dage; op dit moment
hoy por hoy
40
helling; aspect
vertiente
41
hijgen; hunkeren
anhelar
42
hoop; vertrouwen
confianza
43
iets in twijfel trekken
poner en duda
44
in het oog lopend; duidelijk
ostensible
45
in stand houder
sostenedor
46
in twijfel trekken
poner en tela de juicio
47
instelling; café
establecimientos
48
kadaster
catastro
49
kanaliseren; leiden
encauza
50
klemmend; nadrukkelijk
enfática
51
kortere weg
atajos
52
kortom
en definitva
53
levensonderhoud
sustento
54
loskopen; afkopen; redden
rescatar
55
maatschappelijke geleding
estamento
56
machtig; krachtig
poderoso
57
met gebonden handen
atados de manos
58
mijlpaal
hito
59
minachten
menospreciar
60
missend
carente
61
neigen tot
propender
62
omvatten
abarcar
63
ondanks
pese a
64
opheffing; opstand
levantamiento
65
oprijzen; zich voordoen
surgir
66
oudtijds; vroeger
antaño
67
overtreffen; overwinnen
superación
68
overvragen
sobreexigir
69
overwicht; overwegend belang
preponderancia
70
(rand)voorwaarde
condicionante
71
recruteren
reclutar
72
recursief
recursivo
73
riskant; blootstaan aan
expuesto
74
samenloop; medewerking; wedstrijd
concurso
75
samenstel; verbonden
conjunto
76
schaden
dañar
77
schakel; wetstaal
eslabón
78
smederij
fragua
79
spoor; piste; weg; baan; geluidsspoor
pistas
80
sterker nog
más aún
81
stevig gronden
radicar
82
streek van kompas; koers
rumbo
83
tevoorschijn komen; laten zien
asomar
84
toekennen; verlenen
otorgar
85
toenadering
acercamiento
86
uitstralen; bestralen
irradiar
87
uittreken; delven
extraer
88
uitzoeken; naspeuren
indagar
89
van invloed zijn
incidir
90
(ver)wedden; inzetten; posteren
apostar
91
verdragen; meebrengen; aan het lijntje houden
conllevar
92
vereningen
mancomunar
93
verondersteld; veronderstelling
supuesto
94
verschaffen; helpen aan; in verhouding brengen met
proporcionar
95
verschaffen; verstrekken
suministrar
96
verspelen; inzetten
jugar
97
verwijzing
en mente
98
volumineus
abultada
99
voor het leven; levensverzekering
vitalicio
100
voorstel; voordracht
propuesta
101
voorzien
proveer
102
voorzorg
cautelando
103
voorzorg nemen
cautelar
104
vraag; onbekende; vraagteken
interrogante
105
wending
sesgo
106
werpen; overgeven; uitwijzen; afgeven
arrojar
107
werving; lichting
reclutamiento
108
zekerheid
certeza
109
zoals
tal como