M&M Flashcards

(200 cards)

1
Q

2 BEGRIPPEN

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

2.1 Naar een ander soort leven

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

conservatief- iemand die in de politiek streeft

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

naar behoud van bestaande toestanden

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

constitutionele nonarchie - een regeringsvorm

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waarbij de koning zich aan de grondwet moet

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

houden

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Eerste Kamer-deel van de Staten-Generaal

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

(het parlement)

A

waarvan de leden door de

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

volksvertegenwoordiging in de provincies

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

gekozen zijn

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

industriële samenleving - samenleving waarin

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

meer dan de helft van de bevolking in steden

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

WOont en waarin veel mensen werken in

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

industrie en diensten

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

liberaal - iemand die in de politiek streeft naar

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

meer vrijheid

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

minister- lid van de regering

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

sociale kwestie - vraagstuk over de slechte leef-

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

en werkomstandigheden van arbeiders

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

staatshoofd - persoon met het hoogste gezag in

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

de staat

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Tweede Kamer- deel van de Staten-Generaal (het

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

parlement)

A

waarvan de leden door burgers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
gekozen zijn
26
vakbond- organisatie van werknemers die
27
opkomt voor de belangen van werknemers
28
2.2 Stromingen in de samenleving
29
algemeen kiesrecht - als iedereen mag stemmen
30
communist - iemand die in de politiek
31
streeft naar gemeenschappelijk bezit van
32
productiemiddelen en verbruiksgoederen
33
confessioneel - iemand die in de politiek
34
uitgaat van het geloof (hier: katholieken en
35
protestanten)
36
discriminatie - onderscheid maken tussen mensen
37
met de bedoeling iemand of een groep achter
38
te stellen
39
emancipatie - het krijgen van gelijke rechten en
40
inhalen van achterstanden
41
feminist- iemand die streeft naar gelijke
42
behandeling van vrouwen en mannen
43
kiesrecht - stemrecht
het recht hebben om te
44
stemmen
45
parlementaire democratie - bestuurssysteem
46
waarin het parlement de hoogste macht heeft
47
en waarbij burgers het parlement kiezen
48
politieke partij - organisatie die vanuit bepaalde
49
ideeën probeert invloed te hebben op het
50
bestuur
51
socialist- iemand die in de politiek streeft naar
52
meer gelijkheid
53
burgerinitiatief - mogelijkheid voor buurgers om
54
2.3 De regering en de volksvertegenwoordioi
55
op eigen initiatief politieke invloed uit te
56
fractie - leden van dezelfde politieke partij in de
57
oefenen
58
Tweede Kamer
59
kabinet- alle ministers en alle staatssecretarisser
60
minister-president (premier) )- eerste minister
61
regeringsleider
62
oppositiepartij
63
regering zit
64
regeringsleider - aanvoerder van de regering
65
regeringspartij - politieke partij die in de regerin
66
zit en met andere partijen een kabinet heeft
67
gevormd
68
- politieke partij die niet in de
69
staatssecretaris - onderminister
70
2.4 Provincies en gemeenten
71
burgemeester - voorzitter van de gemeenteraad
72
commissaris van de Koning - hoofd van de
73
Provinciale Staten
74
dagelijks bestuur - leiding van dag tot dag;
75
in de gemeente zijn dat burgemeester en
76
wethouders (B en W)
77
gemeenteraad - volksvertegenwoordiging in de
78
gemeente
79
Provinciale Staten - volksvertegenwoordiging in
80
de provincie
81
referendum - volksstemming
de overheid legt de
82
bevolking een vraag voor over wetgeving
83
waterschap -regionaal bestuur voor de
84
waterhuishouding in een gebied
85
wethouder - gekozen persoon in het dagelijks
86
bestuur van een gemeente
87
Vmbo-kgt 2 Hoofdstuk 2 Naar een industriële samenleving
88
KEUZDPDRAc
89
Sarmen met je docent kies je we
90
maken Je vindt de opdrachter
91
Vincent van Gogh
92
De schilderijen van Vi
93
De aardappeleters
z
94
maakt een rondleidi
95
Van Gogh
96
na paragraaf 2 1
97
30-45 minuten
98
alleen / groep
99
3 Jouw partij
100
Sten
101
2 BEGRIPPEN
102
2.1 Naar een ander soort leven
103
conservatief- iemand die in de politiek streeft
104
naar behoud van bestaande toestanden
105
constitutionele nonarchie - een regeringsvorm
106
waarbij de koning zich aan de grondwet moet
107
houden
108
Eerste Kamer-deel van de Staten-Generaal
109
(het parlement)
waarvan de leden door de
110
volksvertegenwoordiging in de provincies
111
gekozen zijn
112
industriële samenleving - samenleving waarin
113
meer dan de helft van de bevolking in steden
114
WOont en waarin veel mensen werken in
115
industrie en diensten
116
liberaal - iemand die in de politiek streeft naar
117
meer vrijheid
118
minister- lid van de regering
119
sociale kwestie - vraagstuk over de slechte leef-
120
en werkomstandigheden van arbeiders
121
staatshoofd - persoon met het hoogste gezag in
122
de staat
123
Tweede Kamer- deel van de Staten-Generaal (het
124
parlement)
waarvan de leden door burgers
125
gekozen zijn
126
vakbond- organisatie van werknemers die
127
opkomt voor de belangen van werknemers
128
2.2 Stromingen in de samenleving
129
algemeen kiesrecht - als iedereen mag stemmen
130
communist - iemand die in de politiek
131
streeft naar gemeenschappelijk bezit van
132
productiemiddelen en verbruiksgoederen
133
confessioneel - iemand die in de politiek
134
uitgaat van het geloof (hier: katholieken en
135
protestanten)
136
discriminatie - onderscheid maken tussen mensen
137
met de bedoeling iemand of een groep achter
138
te stellen
139
emancipatie - het krijgen van gelijke rechten en
140
inhalen van achterstanden
141
feminist- iemand die streeft naar gelijke
142
behandeling van vrouwen en mannen
143
kiesrecht - stemrecht
het recht hebben om te
144
stemmen
145
parlementaire democratie - bestuurssysteem
146
waarin het parlement de hoogste macht heeft
147
en waarbij burgers het parlement kiezen
148
politieke partij - organisatie die vanuit bepaalde
149
ideeën probeert invloed te hebben op het
150
bestuur
151
socialist- iemand die in de politiek streeft naar
152
meer gelijkheid
153
burgerinitiatief - mogelijkheid voor buurgers om
154
2.3 De regering en de volksvertegenwoordioi
155
op eigen initiatief politieke invloed uit te
156
fractie - leden van dezelfde politieke partij in de
157
oefenen
158
Tweede Kamer
159
kabinet- alle ministers en alle staatssecretarisser
160
minister-president (premier) )- eerste minister
161
regeringsleider
162
oppositiepartij
163
regering zit
164
regeringsleider - aanvoerder van de regering
165
regeringspartij - politieke partij die in de regerin
166
zit en met andere partijen een kabinet heeft
167
gevormd
168
- politieke partij die niet in de
169
staatssecretaris - onderminister
170
2.4 Provincies en gemeenten
171
burgemeester - voorzitter van de gemeenteraad
172
commissaris van de Koning - hoofd van de
173
Provinciale Staten
174
dagelijks bestuur - leiding van dag tot dag;
175
in de gemeente zijn dat burgemeester en
176
wethouders (B en W)
177
gemeenteraad - volksvertegenwoordiging in de
178
gemeente
179
Provinciale Staten - volksvertegenwoordiging in
180
de provincie
181
referendum - volksstemming
de overheid legt de
182
bevolking een vraag voor over wetgeving
183
waterschap -regionaal bestuur voor de
184
waterhuishouding in een gebied
185
wethouder - gekozen persoon in het dagelijks
186
bestuur van een gemeente
187
Vmbo-kgt 2 Hoofdstuk 2 Naar een industriële samenleving
188
KEUZDPDRAc
189
Sarmen met je docent kies je we
190
maken Je vindt de opdrachter
191
Vincent van Gogh
192
De schilderijen van Vi
193
De aardappeleters
z
194
maakt een rondleidi
195
Van Gogh
196
na paragraaf 2 1
197
30-45 minuten
198
alleen / groep
199
3 Jouw partij
200
Sten