Marketingbegrippen: Examenmatrijs deel 1 Flashcards
(49 cards)
Wat is het marktpotentieel?
Iedereen die interesse heeft in het product en het misschien gaat kopen
Wat is de effectieve vraag?
Iedereen die het daadwerkelijk heeft aangeschaft
Wat is de potentiele vraag?
Dat is het marktpotentieel - de effectieve vraag (je zou ook kunnen zeggen: resterende vraag)
Wat is de additionele vraag?
De vraag die gevormd wordt door alle mensen die een tweede (of meer) exemplaar aanschaffen.
Wat is de vervangingsvraag?
Vraag die ontstaat omdat mensen het product vervangen (door eenzelfde exemplaar, bijvoorbeeld omdat het product stuk is).
Wat is de initiële vraag?
De vraag die gevormd wordt door mensen die het product voor de eerste keer aanschaffen
Hoe bereken je het marktaandeel?
afzet (aantal) of omzet (euro) van een bepaald artikel
gedeeld door
afzet (aantal) of omzet (euro) van een bepaald ‘product’
en dan x 100%
(bv aantal BMW’s / alle automerken x 100%)
Wat is het relatieve marktaandeel?
Dat is het marktaandeel ten opzichte van het marktaandeel van de grootste concurrent
Bij een kopersmarkt, is er dan meer vraag of meer aanbod?
De kopers hebben dan de macht, dus er is meer aanbod dan vraag
Bij een verkopersmarkt is er dan meer vraag of aanbod?
De verkopers hebben dan de macht, dus er is meer vraag dan aanbod
Hoe heet de marktvorm als er enkele aanbieders zijn met homogene of heterogene producten?
Oligopolie
(enkeLe = oLigo)
Hoe heet de markt als er maar 1 aanbieder is met een homogeen product?
Monopolie
Hoe heet de marktvorm als er veel aanbieders zijn met heterogene producten?
Monopolistische concurrentie
Hoe heet de marktvorm als er veel aanbieders zijn met homogene (gelijke) producten?
Volkomen concurrentie
Wat is duale marketing?
Marketing zowel gericht op consumenten (B2C) als op bedrijven/organisaties (B2B)
Wat is dienstenmarketing?
Marketing van dienstverleners zoals banken, reisbureaus, verzekeringsmaatschappijen etc, richting consumenten en/of bedrijven
Wat is Detaillisten marketing of Handelsmarketing (Trade marketing)?
marketing van fabrikanten specifiek richting groothandels en detailhandels
Wat is detailhandelsmarketing?
marketing VAN (of door) de detailhandel (winkel)
Wat zijn de fasen van een marktonderzoeksproces?
(8 fasen in juiste volgorde!)
PIVOVARE
- Fase 1: Probleemstelling
- Fase 2: Informatiebehoefte
- Fase 3: Verzamelwijze (desk/fieldresearch)
- Fase 4: Onderzoeksmethode (interviews/enquête?)
- Fase 5: Verzamelen en verwerken
- Fase 6: Analyseren en interpreteren
- Fase 7: Rapporteren
- Fase 8: Evaluatie
Wat is bij een onderzoek het verschil tussen primaire en secundaire gegevens?
Primaire gegevens zijn nieuwe gegevens die jijzelf ‘maakt’ bijvoorbeeld door een enquete of interviews. Secundaire gegevens zijn ‘tweedehands’ dus die gegevens bestaan al.
Wat is het verschil tussen field- en deskresearch?
Deskresearch: doe je van achter je bureau (dus je verzamelt secundaire gegevens).
Fieldresearch: doe je in het veld (bv interviews/enquete) en daarmee verzamel je nieuwe, primaire gegevens
Wat is het verschil tussen kwantitatief en kwalitatief onderzoek?
Kwantitatief: op basis van aantallen, feiten (meestal enquete)
Kwalitatief: op zoek naar meningen, achtergronden (meestal interviews)
Noem enkele kenmerken van een enquete
je maakt gebruik van een gestructureerde vragenlijst met vooral gesloten vragen. Je kunt het op veel manieren afnemen (digitaal, face to face, schriftelijk etc).
Wat is een belangrijk nadeel van een groepsdiscussie?
Dat er groepsdruk kan zijn, dus dat deelnemers elkaar beinvloeden