Methodiek en begeleiden voor pedagogisch werk Flashcards
(42 cards)
Kindgegevens
Alle gegevens die van belang kunnen zijn voor de begeleiding van het kind
1. Administratieve gegevens
2. Kindtypering (karaktereigenschappen, waarden en leefstijl)
3. Woon- en leefomstandigheden
4. Participatie (hobbys, mensen om hem heen - voor goede participatie)
5. Mentaal welbevinden
6. Lichamelijk welbevinden
Informatiebron
Een dossier, persoon of organisatie waarvan je informatie krijgt
Objectieve gegevens
Meetbaar en feitelijk
Subjectieve gegevens
Bevatten iemands mening
Gegevensbronnen
Primaire gegevensbron = alle informatie die je van het kind zelf verneemt (door gesprekken of observatie)
Secundaire gegevensbron = alle andere bronnen (kinddosier, rapportages van eerdere ondersteuners of belangrijke naasten)
Methodiek gegevens verzamelen
- Ga na wie het kind is
- Raadpleeg primaire gegevensbron
- Raadpleeg secundaire gegevensbrond
- Checklist (kindgegevens)
Nieuwe client
Een kind waarmee je voor het eerst contact hebt en waarvan nog geen informatie is binnen de organisatie
Bestaande client
Heeft de kinderopvang organistie eerder ondersteuning geboden en zijn al gegevens geregistreerd of opgeslagen. Vaak zijn er overdrachtsgegevens beschikbaar
Rubriceren
Het indelen van gegevens onder de juiste noemer
Urgentiematrix
Dwight Eisenhower heeft dit model bedacht om prioriteiten te stellen. Urgent-Niet urgent en Belangrijk-Niet belangrijk (tabel)
SWOT analyse
Strengths, Weaknesses, Opportunities & Threats - Je kijkt naar sterke en zwakke punten van het kind. En in zijn omgeveing kijk je naar kansen en bedreigingen, die van invloed kunnen zijn op de ontwikkeling of het functioneren van het kind
Leren
Het aanpassen of eigen maken van kennis, gedrag, vaardigheden of attitudes (houdingen), op zo’n manier dat je de kennis, gedrag en vaardigheden zelfstandig kunt toepassen
Of het veranderen van kennis en vaardigheden die je al hebt
Opzettelijk leren
Betekend dat je bewust deelneemt aan een leeractiviteit, om je kennisniveau te verbeteren
Toevallig leren
Het verbeteren van je kennisniveau, doordat je zonder plan of bewuste inzet, in aanraking komt met nieuwe informatie
Behaviorisme
De stroming die geinteresseerd is in het waarneembaar gedrag van de mens en de invloed van de omgeving op dit gedrag.
Aanhangers van deze visie gaan ervan uit dat alle gedrag is aangeleerd en ook weer afgeleerd kan worden
Leeractiviteit:
-inslijpen
-trainen
-nadoen
-toepassen
Begeleider = trainer/expert/rolmodel
Kenmerkend = straffen en belonen
Conditioneren
Dit is het proces waarbij je gedrag veranderd, door bepaalde ervaringen. (door bijvoorbeeld gewenst gedrag te belonen en ongewenst gedrag af te leren door te straffen of iets plezierigs te onthouden)
Model-leren
Dit is het voortschrijdende inzicht van behaviorisme. Het wil zeggen dat een persoon de ander (het model) observeert en leert van diens gedrag.
Cognitivisme
Het tegenovergestelde van Behaviorisme. Het stelt het begrijpen van hersenprocessen centraal om leergedrag te verklaren
Leeractiviteit:
-uit je hoofd leren
-feiten leren
-luisteren naar uitleg
Begeleider = uitlegger/toezichthouder
Kenmerkend = reproduceren
Sociaal-constructivisme
Bouwt voort op het cognitivisme en benadrukt het sociale aspect bij leren. Sociaal-constructivisme ziet kennis niet als een individueel kenmerk, maar als een sociaal-cultureel verschijnsel.
Leeractiviteit:
-onderzoeken
-ontdekken
-spelen
-reflecteren
Begeleider = begeleider van het ontwikkelproces
Kenmerkend = samenwerken
Leerproces
De stappen om kennis, gedrag, houding en vaardigheden je eigen te maken of aan te passen op nieuwe informatie, ervaringen of inzichten
Internaliseren
De kennis, gedrag, houding en vaardigheden kan toepassen in de standaard leersituatie (Voorbeeld: Een kind leert zelfstandig naar het toilet gaan)
Transfer
Als je kennis, gedrag, houding en vaardigheden in een nieuwe situatie gebruikt
Leerresultaat
Het totaal van veranderingen, aanpassingen en toepassingen van kennis, gedrag, houding en vaardigheden in verschillende situaties
Cognitief leren
Hierbij gaat het om het opdoen van kennis en inzicht met het denkvermogen en het geheugen.
Cognitief leren is een verzamelbegrip voor:
- onthouden en begrijpen
- krijgen van feitenkennis
- leren met inzicht