Module 14 Flashcards

1
Q

Definitie ongelijkbenige driehoek

A

Een ongelijkbenige driehoek is een driehoek waarvan alle zijden een verschillende lengte hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Definitie gelijkbenige driehoek

A

Een gelijkbenige driehoek is een driehoek waarvan minstens twee zijden even lang zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gelijkzijdige driehoek

A

Een gelijkzijdige driehoek is een driehoek waarvan alle zijden even lang zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Definitie scherphoekige driehoek

A

Een scherphoekige driehoek is een driehoek waarvan alle hoeken scherp zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Definitie stomphoekige driehoek

A

Een stomphoekige driehoek is een driehoek met één stompe hoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Rechthoekige driehoek

A

Een rechthoekige driehoek is een driehoek met één rechte hoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Synoniem voor een bissectrice

A

Deellijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een hoogtelijn?

A

Een hoogtelijn van een driehoek is een rechte die door de top gaat en loodrecht op de basis staat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een zwaartelijn?

A

Een zwaartelijn van een driehoek is een rechte die door de top van de driehoek gaat en door het midden van de basis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Eigenschap van de som van de hoeken in een driehoek

A

In een driehoek is de som van de hoeken 180°.

A + B + C = 180°

(kapjes op examen niet vergeten, niet mogelijk op gsm)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe noem je de volgende eigenschap?

In elke driehoek is de lengte van elke zijde kleiner dan de som van de lengtes van de andere zijden.

A

Driehoeksongelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Eigenschap driehoeksongelijkheid

A

In elke driehoek is de lengte van elke zijde kleiner dan de som van de lengtes van de andere zijden.

|XY| < |XZ| + |YZ| want 5 < 3 + 6

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Eigenschap gelijkbenige driehoek

A

Als een driehoek gelijkbenig is, dan zijn de basishoeken even groot.

|AB| = |AC|

B = C

(kapjes op examen niet vergeten, niet mogelijk op gsm)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Omgekeerde eigenschap van een gelijkbenige driehoek

A

Als twee hoeken van een driehoek even groot zijn, dan is deze driehoek gelijkbenig.

B = C

|AB| = |AC|

(kapjes op examen niet vergeten, niet mogelijk op gsm)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Kenmerk van een gelijkbenige driehoek

A

Een driehoek is gelijkbenig als en slechts als twee hoeken van de driehoek even groot zijn.

|AB| = |AC|

B = C

(kapjes op examen niet vergeten, niet mogelijk op gsm)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Eigenschap gelijkzijdige driehoek

A

Als een driehoek gelijkzijdig is, dan zijn de hoeken even groot (elke hoek meet 60°).

AB| = |BC| = |AC|

A = B = C

(kapjes op examen niet vergeten, niet mogelijk op gsm)

17
Q

Omgekeerde eigenschap gelijkzijdige driehoek

A

Als de drie hoeken van een driehoek even groot zijn, dan is deze driehoek gelijkbenig.

A = B = C

|AB| = |BC| = |AC|

(kapjes op examen niet vergeten, niet mogelijk op gsm)

18
Q

Kenmerk gelijkzijdige driehoek

A

Een driehoek is gelijkzijdig als en slechts als de drie hoeken even groot zijn.

|AB| = |BC| = |AC|

A = B = C

(kapjes op examen niet vergeten, niet mogelijk op gsm)