Natk Flashcards

(28 cards)

1
Q

Natuurkunde

A

Onderzoekt de fundamentale krachten en wetten van de natuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Scheikunde

A

Scheikunde tich zich op de samenstelling en reacties van materie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Biology

A

Bestuderrt leven organisms en Hun leven processen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Natuur verschijnselen

A

Bliksem,stoofen,water,licht en geluid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Nast gaat over?

A

Niet levende natuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

We kunnen meten

A

Vloeistof,material,voorwerpen en tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom meten we?

A

Voor het in elkaar zetten,verbinden en mengen met de juiste afmeting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Eigenschap v stoffen

A

Iets waaraan je een stof kunt herkennen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Ber volume

A

Eindetand-beginstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Stof

A

Gaat uit. Het wordt gebruikt als middle om in te memen of te smeren,eetern,wassen enz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bv van stof

A

Zeep,suiker,tandpasta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Materiaal

A

Wat je gebruik om een voorwerpen te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Vb van materiaal

A

Hout

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Een stof verandert van toestand

A

Natuurkunde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Stof verandert naar een andere stof

A

Scheikunde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waarnemen doe je met?

A

Waarnemen doe je met je zintuigen

17
Q

5 zintuigen

A

Zien,horen,volen en ruiken

18
Q

Onderzoeksvraag

A

Wat je wilt weten

19
Q

Conclusie van je onderzoeksvraag

A

Antwoord op je onderzoeksvraag

20
Q

Pauzevlam

A

Gebruik je als je even Niet nodig hebt

21
Q

Stofeigenschappen

A

Geur,kleur,smaak en brandbaarheid

22
Q

Brandbaarheid

A

Stofeigen die aangeeft hoe goed een stof Kan branden

23
Q

Suspensie

A

Vloeistof waarin een fijn verdeelt proeder zweeft

24
Q

Extraheren

A

Scheidingsmethode om oploebare vaste stoffen ten scheiden van Niet oploebare vaste stoffen

25
Filtraat
Vloeistof die door het filter heen loopt tijdens het filteren
26
Filteren
Scheidingsmethode om een vaste stof te scheiden van een vloeistof
27
Residu
Vaste stof die in het filter achterblijft na het filteren
28
Mengsel
Stoffen die uit meerdere stoffen bestaat