Néerlandais "thuisonderwijs" Flashcards
(42 cards)
het thuisonderwijs
l’école à la maison
het diploma
le diplome
het middelbare school
l’école secondaire
op zak
en poche
iets voorstellen aan iemand
proposer quelque chose à quelqu’un
klikken met
coller avec
pesten
gepest worden
harcèlement
être victime d’harcèlement
zich vervelen
s’ennuyer
te traag gaan
traag
aller lentement
lent
de materie
la matière
de herinnering (-en)
le souvenir(-s)
de schooltijd
période d’école
schoolmoe zijn
être lasser de l’école
volgen
les volgen
suivre
suivre les cours
thuis
à la maison
afronden
completer, finir, achever
net als
tout comme
de onderzoeker
le chercheur
beginnen
commencer
de leerplicht
de schoolplicht
de plicht = de verplichting
verplicht zijn
obligation d’apprendre
obligation d’aller à l’école
le devoir/ l’obligation
être obligé
overschakelen op iets
passer à quelque chose
het leertempo
het tempo
le rythme d’apprentissage
le rythme
aangepast zijn aan
être adaptés à
de middenmoot
la classe moyenne