nw hoofdstuk 4 Flashcards

1
Q

som drie dingen dwaarbij krachten nodig zijn

A

Bv : dozen opheffen tegen een bal stampen
botsen met de auto

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is een kracht

A

een kracht is elke uitwendige oorzaak die zorgt voor een vervorming of een snelheidsverandering van een voorwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

benoem de symbolen en grootheoid en eenheid van kracht

A

Kracht
F
newton
N

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is een dynamometer

A

het is een meettostel om krachten te meten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

definitie kracht grote

A

hoe grote de kracht op een voorwerp, hoe groter de vervorming
Met een dynamometer of krachtmeter kun je krachten meten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat wordt vervormd tijdens een aanrijding (autoaccident)

A

Vooral het veiligheidsmateriaal wordt vervormd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is snelheid? en zijn grootheid eenheid en symbolen

A

Snelheijd is de verhouding van de afstand tot de tijd waarin je die afstand aflegt
Snelheid
v
meter pers seconde
of
kilometer per huur
m/s
of
km/h

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

We spreken van een snelheidsveranderin als

A

Een voorwerp
vanuit stilstand in beweging komt
vanuit beweging tot stilstand komt
snellen of trager gaat bewegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly