oefentoetsje periode 4 Flashcards

(23 cards)

1
Q

Welke perifere zenuw innerveert de m. subscapularis?

A

n. subscapularis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke spier wordt geïnnerveerd door de n. thoracodorsalis?

A

m. latissimus dorsi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de spieren die geïnnerveerd worden door nn. pectoralis medialis en lateralis?

A
  • m. pectoralis major
  • m. pectoralis minor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke perifere zenuw innerveert de m. coracobrachialis?

A

n. musculocutaneus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke spieren worden geïnnerveerd door de n. axilaris?

A
  • m. deltoideus
  • m. teres minor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de spieren die door de n. radialis worden geïnnerveerd?

A
  • m. triceps brachii
  • m. anconeus
  • m. supinator
  • m. brachioradialis
  • m. extensor carpi radialis longus
  • m. extensor carpi radialis brevis
  • m. extensor digitorum
  • m. extensor digiti minimi
  • m. extensor carpi ulnaris
  • m. extensor pollicis longus
  • m. extensor pollicis brevis
  • m. extensor indicis
  • m. abductor pollicis longus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke perifere zenuw is verantwoordelijk voor de innervatie van de m. pronator teres?

A

n. medianus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de spieren die door de n. ulnaris worden geïnnerveerd?

A
  • m. flexor carpi ulnaris
  • m. flexor digitorum profundus (1/2)
  • m. palmaris brevis
  • m. flexor digiti minimi
  • m. abductor digiti minimi
  • m. opponens digiti minimi
  • m. adductor pollicis
  • m. flexor pollicis brevis (caput profundum)
  • mm. interossei palmares en dorsales
  • mm. lumbricales III en IV
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke perifere zenuw innerveert de m. iliopsoas?

A

n. femoralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de spieren die door de n. obturatorius worden geïnnerveerd?

A
  • m. obturatorius externus
  • m. adductor longus
  • m. adductor brevis
  • m. gracilis
  • m. pectineus
  • m. adductor magnus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke spieren worden geïnnerveerd door de n. ischiadicus?

A
  • m. semitendinosus
  • m. semimembranosus
  • m. biceps femoris
  • m. adductor magnus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de spieren die door de n. gluteus superior worden geïnnerveerd?

A
  • m. gluteus medius
  • m. gluteus minimus
  • m. tensor fasciae latae
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke zenuw innerveert de m. tibialis anterior?

A

n. peroneus communis profundus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de spieren die door de n. tibialis worden geïnnerveerd?

A
  • m. triceps surae
  • m. plantaris
  • m. popliteus
  • m. tibialis posterior
  • m. flexor digitorum longus
  • m. flexor hallucis longus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke spieren worden geïnnerveerd door de n. plantaris lateralis?

A
  • m. adductor hallucis
  • m. flexor hallucis brevis
  • m. quadratus plantae
  • m. abductor digiti minimi
  • m. flexor digiti minimi brevis
  • m. opponens digiti minimi
  • mm. lumbricales III+IV
  • mm. interossei plantares I-III
  • mm. interossei dorsales I-IV
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke spier is de ‘ken spier’ voor segment C4?

17
Q

Wat is de ‘ken spier’ voor segment L3?

A

m. quadriceps femoris

18
Q

Welke huidgebieden worden geïnnerveerd door segment C7?

A

Distale dorsale zijde onderarm, dorsale en ventrale zijde middelste gedeelte hand, 2e, 3e en 4e vinger

19
Q

Wat is het dermatomengebied voor segment L5?

A

Dorsolaterale zijde bovenbeen, dorsale en plantaire zijde voet, 1ste en 2e teen

20
Q

Wat is het huidgebied van segment S2?

A

Gluteaalstreek, dorsomediale zijde boven- en onderbeen, penis

21
Q

Vul in: De zenuw van de m. flexor pollicis longus is de _______.

22
Q

Vul in: De zenuw van de m. flexor carpi ulnaris is de _______.

23
Q

Vul in: Segment L1 betreft het huidgebied van _______.

A

Rug, bovenzijde ilium, lies