onderwijs Flashcards

voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (25 cards)

1
Q

stoornisdenken

A

Focust op de beperking van het kind en is gericht op het bijwerken of remediëren van de tekortkomingen, waardoor het verschil tussen het kind en de groep wordt verminderd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

diversiteitsdenken

A

Vertrekt vanuit de ‘meervoudige’ identiteit van het kind. (niet gereduceerd tot problematiek :)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

VN-standaardregels

A

gelijke kansen bieden aan ‘gehandicapten’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Salamanca statement

A

noodzaak leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften toegang te verlenen tot regulier onderwijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Artikel 24 van…

A

VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (gaat over onderwijs)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

inclusie

A

< includere = insluiten
Het betreft het gevoel van ergens bij te horen en over mogelijkheden te beschikken om te participeren aan de samenleving, gebruik te maken van de faciliteiten en voorzieningen ervan én ook om er zelf iets toe bij te dragen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

decreet gelijke onderwijskansen

A

GOK; Hierbij streef men ernaar optimale mogelijkheden tot ontwikkeling te bieden aan alle leerlingen, ook deze met specifieke onderwijsnoden en behoeften.
GOK I: recht op inschrijving
GOK II: geïntegreerd zorgaanbod voor kansarme kinderen
GOK III: barrières aanpakken van het onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Decreet Leerzorg

A

werkt met zorgniveaus en clusters ipv types. Vloeide voort uit het Leerzorgkader van Frank Vandenbroucke.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

type basis

A

vroegere type 1 en 8

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

type 2

A

verstandelijke beperking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

type 3

A

gedrags- en emotionele stoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

type 4

A

motorische beperking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

type 5

A

verblijf in ziekenhuis, instelling, …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

type 6

A

visuele beperking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

type 7

A

auditieve beperking / taal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

type 9

A

autismespectrumstoornis zonder verstandelijke beperking

17
Q

decreet betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften

A

M-decreet, goedgekeurd in 2014 en een eerste stap in de implementatie van het VN-verdrag

18
Q

krachtlijnen M-decreet

A
  • recht op redelijke aanpassingen
  • recht om in te schrijven in een reguliere school
  • actualisatie types buitengewoon onderwijs
    -> type basisaanbod (ipv type 1 en 8) wordt om de twee jaar geëvalueerd om te zien of regulier onderwijs terug mogelijk is
    -> type 9 voor ASS
  • Comissies van Advies voor het Buitengewoon Onderwijs (CABO) bestaan niet meer
  • meer wetenschappelijk gefundeerde criteria
19
Q

redelijke aanpassing

A

Het aanpakken van mogelijke barrières. School moet zoeken naar opties en indien onmogelijk kunnen beargumenteren. Door deze aanpassingen (fase 1) kan een leerling in het gewoon onderwijs blijven.

20
Q

eindtermen

A

Zijn minimumdoelen die de overheid noodzakelijk en bereikbaar acht voor een bepaalde leerlingenpopulatie.

21
Q

Leergebiedgebonden eindtermen

A

met betrekking tot attitudes dienen door elke school bij de leerlingen te worden nagestreefd

22
Q

leergebiedoverschrijdende eindtermen

A

Zijn minimumdoelen die niet specifiek behoren tot één leergebied, maar onder meer door middel van verscheidene leergebieden of onderwijsprojecten worden nagestreefd.

23
Q

Ontwikkelingsdoelen

A

voor het buitengewoon basisonderwijs; zijn doelen op het vlak van kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes die de overheid wenselijk acht voor zoveel mogelijk leerlingen van de leerlingenpopulatie.

24
Q

huisonderwijs

A

Ouders kiezen ervoor om het onderwijs van hun kinderen zelf op te nemen en te bekostigen.

25
zorgcontinuüm
fase 0: brede basiszorg 1: verhoogde zorg 2: uitbreiding van de zorg 3: IAC