Ontwikkeling Flashcards Preview

Embryologie en terratologie > Ontwikkeling > Flashcards

Flashcards in Ontwikkeling Deck (22)
Loading flashcards...
1
Q

Wat zijn de twee manieren waarop een eicel vermijdt dat er twee zaadcellen kunnen binnendringen?

A

Corticale granules, ronde bollen aan de rand van de eicel. Bevatten enzymes die naar buiten gaan om de andere spermacellen tegen te houden nadat er een spermacel binnen is gekomen.

De zaadcel neemt een calcium influx mee de eicel in waardoor de membraampotentiaal van de eicel veranderd. Het membraam krijg nu een soort elektrisch schild.

2
Q

Wat is de sinus cervicalis en blijft deze bestaan?

A

De sinus cervicalis is een sinus gevormd aan beide zijden van de nek caudaal van de tweede kieuwboog die ontstaat doordat de mandibulaire en hyoide kieuwboog sneller groeien dan de bogen achter hen.
De 2e kieuwboog vormt een weefselplooi, de plica opercularis, die de kiewbogen gaat overbruggen en de sinus cervicalis zal sluiten
Verdwijnt door ingroei van spieren

3
Q

Bespreek de ontwikkeling van de schildklier

A

Epitheliale proliferatie in bodem farynx (0,25) thv foramen cecum (0,25) gaan deze naar caudaal migreren.
Daling als gebilobeerd divertikel (0,25). Deze lobben worden de schildklierlobben.

Eerst nog verbinding met tong: ductus thyreoglossus, dat gaat verdwijnen door apoptose (0,25). De schildklier is dus afkomstig van de oerdarm (farynx, endoderm)

4
Q

Hoe ontstaat het omentum majus?

A

Uitgroei van het dorsaal mesenterium (0,25)

Bij maagdraaing verdere uitgroei (0,25) naar caudaal (0,25) waardoor het een lus vormt met uiteindelijk 2 bladen (0,25)

5
Q

Rhesus agglutinogenen kunnen complicaties veroorzaken bij een humane zwangerschap, namelijk indien de moeder Rh- en de foetus Rh+ (afkomstig van de vader) is. Er kan bloedarmoede ontstaan bij de pasgeborene. Bestaat een gelijkaardig fenomeen bij onze huisdieren? Zo ja, verklaar.

A

Ja
Bij paarden tijdens zwangerschap geen probleem, maar pas probleem bij opname van bloed waar deze antistoffen in zitten –> afbraak RBC –> geelzucht.
Belangrijk dus om rhesusstatus van merrie te bepalen

6
Q

Bespreek rachischisis

A

Dit is een vorm van spina bifida = wanneer ruggenmerg gespleten is doordat de caudale neuroporus slecht gaat sluiten

Dit is een ernstige vorm waarbij de neurale groeve amper gevormd is (enkel neurectoderm, verhoging van epitheel), en er dus geen neurale buis aanwezig is.

Dit leidt er ook toe dat het spinaaluitsteeksel gespleten is.

7
Q

Bij de partus zak “het water breken” bij een rund. Over welke structuren heeft men het hier dan in hoofdzaak? Hoe ontwikkeld deze? Zijn er speciesverschillen? Verdwijnt deze structuur volledig bij het volwassen individu? Indien ja: hoe? Indien nee: wat blijft er dan over?

A

Allantois (0,5)

De allantois ontstaat als een caudaal divertikel van de oerdarm (0,25). Het bestaat dus uit een endodermale binnenwand (0,25) en een splanchnopleurale mesoderm buitenwand (0,25)

Het gaat groeien naar de navelstreng toe en bij onze huisdieren groeit die verder via het urachuskanaal (0,25) om zo samen met het chorion het belangrijkste vruchtvlies te vormen (allantochorion, waterblaas)

bij primaten (incl mens) groeit deze structuur niet door naar het extra-embryonaal coeloom en vormt het amnion (0,25) het belangrijkste vruchtvlies.

Bij de geboorte (het doorbreken van de navelstreng) zal het urachuskanaal zich sluiten en blijft de allantois bestaan als het belangrijkste deel van de urineblaas (0,25). Scheiding van de oerdarm werd bekomen door het urorectale septum (0,25).

8
Q

Er is een nestje kittens geboren. Een van de kittens heeft palatoschisis. Wat is dit, wat betekend dit voor de kitten en hoe zou het normaal gevormd worden?

A

Palatochisis: fusie van het secundaire gehemelte gebeurd niet/onvolledig

= splijting van het gehemelte (open gehemelte)
kan niet zuigen want hard gehemelte is niet volledig dicht en daardoor is er geen onderdruk
verslikkingpneumonie (water/voedsel in de longen)

Het gehemelte ontwikkelt zich uit 2 delen, nl het primitief en secundair gehemelte
Het primitief gehemelte ontstaat uit oppervlakte-ectoderm, nl. bij de cefale welving/ kromming gaan de mediale nasale prominentiae met elkaar versmelten tot het intermaxillair segment, met aan de buitenzijde vorming van filtrum en aan de binnenzijde het primitief gehemelte.
Het secundair gehemelte ontstaat door uitgroei van de bilaterale maxillaire bogen naar de mediaanlijn toen. Op de versmeltingsplaats vinden we bij een volwassen individu nog altijd de raphe palatini terug. De maxillaire boog zelf ontstaat als een dorsale uitgroei van de 1ste kieuwboog

9
Q

Wat is de functie van de pronefros?

A

Heeft geen funtie bij het volwassen individu

Eerste deel dat zich ontwikkeld van de nier, tenzamen met zijn afvoerweg

De afvoerweg wordt overgenomen door het mesonefros wat zich na de pronefros ontwikkeld.

Pronefros functioneel bij primitieve vissen, leven in waterig milieu en hoeven hun urine niet zo te concentreren.

10
Q

Bespreek het ontstaan van de bijnier

A

Dubbele origine:
Schors/cortex afkomstig van het intermediaire mesoderm
merg/medulla afkomstig van de neurale lijstcellen (neurectoderm)

Deze twee weefsels gaan versmelten
De aanleg van de cortex is duidelijk in het dak van de coeloomholte. In het dak van de ceoloomholte ontstaan 2 kammen in de diepte, de genitale en de nefrogene kam. Daartussen gaan epitheelstrengen naar dorsaal groeien die de cortex van de bijnier gaan vormen. Deze cortex bevindt sich in het mesoderm. De neurale lijstcellen komen toe en worden volledig centraal opgenomen door de cortex. Daar gaan ze de medulla van de bijnier vormen.

11
Q

Bespreek het ontstaan van de lippen

A

Mandibulaire en maxillaire boog: 2 bogen onderaan en 2 bogen bovenaan die met elkaar gaan vergroeien

in de mediaanlijn van de bogen gaat er zich een groep vormen waar het epitheel naar binnen gaat groeien = labio-gengivale lijst: zorgt voor scheiding tussen lip en tandvlees (gengiva)

vormen zo een vestibulum oris

voorste gedeelte: gaat leiden tot lippen

12
Q

Bespreek spina bifida

A

Spina bifida is een caudaal neural tube defect (NTD)

Het ruggenmerg is gespleten rond de lumbosacraalregio doordat de caudale neuroporus slecht gaat sluiten

Er zijn verschillende vormen waarin spina bifida kan voorkomen:

rachischisis: ergste vorm, neurale groeve is amper gevormd (enkel neurectoderm, verhoging van epitheel), dus geen neurale buis
meningocoele: mildste vorm, enkel uitpuiling van de meningen, ruggemerg zit nog wel in wervelboog, splijting van spinaaluitsteeksel
meningomyelocoele: niet enkel meningen komen naar buiten, ruggemerg treedt mee naar buiten
myeloschisis: splijting van ruggenmerg (vorming van artificiële neurale groeve)

13
Q

Pups die braken en bewustzijn verliezen bij het opnemen van vast voedsel. Bij het zogen was er geen probleem. Welke diagnose kan men stellen?

A

De rechter aorta boog is blijven bestaan

Als je bilateraal een aortaboog krijgt zit de slokdarm daartussen. Als het dier water opneemt is dit geen probleem, maar vanaf dat het dier voedsel opneemt zal de slokdarm moeten uitzetten. Dit kan 2 gevolgen hebben. Enerzijds kan dit zorgen voor projectiel braken, anderzijds kan het voedsel ook gaan duwen tegen de aortaboog waardoor er een bloeddrukval volgt en de dieren zo kunnen gaan flauwvallen.

14
Q

Een pup wordt geboren met een persisterende ductus arteriosus. Wat is dit en hoe zou dit normaal gevormd moeten zijn?

A

De verbinding tussen de truncus pulmonalis en de aorta, is blijven bestaan wat voor mengbloed zorgt.

Dit uit zich meestal door blauwziekte. Bij de huisdieren is dit moeilijk uiterlijk te zien, maar in de mondholte zal je zien dat de mucose blauw zien en de tong ook vaak blauw ziet. Dit komt door zuurstofnood

Normaal gaat de ductus arteriosus gaan samentrekken omdat die in contact komt met zeer zuurstofrijk bloed uit de aorta vanaf het moment van de ademhaling. Dit noemt men constrictie en dit zorgt ervoor dat de bindweefselwanden met elkaar in contact komen en krijgen we een verbindweefseling van die structuur.

15
Q

Een kitten wordt geboren met een hernia diafragmaticus. Wat is dit en hoe wordt dit normaal gevormd?

A

opening in diafragma thv de pleuroperitoniale membranen
membranen zijn niet of slecht gevormd
gat in diafragma
dier komt in ademnood (primair)
organen kunnen in de borstkas gaan dringen (secundair)
op RX kunnen we dit vaststellen

normaal:
ventraal gedeelte samengesteld door spetum
dorsaal gedeelte door de bilaterale pleuroperitoniale membranen, die samenkomen thv dorsaal mesenterium
secundair wordt membraan vervangen door spierweefsel (door infiltratie van spiervezels uit cervicale somieten)

16
Q

Als een paard bevalt van een veulen niet eerst de grote waterzak doorscheuren. Welke embryonale zak bedoelen we hiermee? Wat is de functie ervan en zijn er onderlinge diersoortverschillen?

A

Allantoïs

Functie: de belangrijkste functie van het allantoïs is om het chorion te doorbloeden zodat de chorion-atlantische placenta voedingsstoffen en zuurstof kan leveren aan het zich ontwikkelende embryo. Het allantoïs is ook een reservoir voor afvalstoffen van het embryo. De urineblaas is af komstig van het allantois. Bij de geboorte (het doorbreken van de navelstreng) zal het urachuskanaal zich sluiten en blijft de allantois bestaan als het belangrijkste deel van de urineblaas. Scheiding van de oerdarm werd bekomen door het urorectale septum.

Diersoortverschillen
niet bij alle diersoorten gaat het allantoïs volledig rond het embryo liggen. Er blijft nog steeds contact tussen de dooierblaas en de wand van de baarmoeder. Dit komt voor bij de hond en het paard.
Bij bo. En su. Dorsaal geen atlantoïs
bij primaten (incl mens) groeit deze structuur niet door naar het extra-embryonaal coeloom en vormt het amnion het belangrijkste vruchtvlies.

17
Q

Hoe ontstaan de neusholten

A

Terwijl de mandibulaire en maxillaire prominentia wordt gevormd, ontstaan er twee reukplacodes. Typisch voor placodes is, dat er een verhoging van het epitheel gaat plaatsvinden. We krijgen daarna een indeuking in het epitheel en er ontstaat een groeve. De reukplacode gaat uiteindelijk het reukepitheel vormen. Het gaat dus zeer diep instulpen tot aan de reukhersenen. De reukplacodes wordt dus omgeven door de laterale en mediale nasale prominentia. De maxillaire prominentia gaat naar de mediaanlijn groeien en gaat dan eerst versmelten met de laterale nasale prominentia. Tussen deze twee wordt het toekomstige traankanaal gevormd, ook die gaat in de diepte groeien. Dit verklaart waarom je neus gaat lopen, als je moet huilen. Als het embryo verder groeit en de maxillaire prominentia verder naar de mediaanlijn toe groeit, dan komen de twee mediale nasale prominentia dichter en dichter bij elkaar te liggen. Uiteindelijk gaan deze versmelten met elkaar en ontstaat het intermediair segment. Het filtrum en het stuk tussen de neusgaten wordt dus gevormd door de mediale nasale prominentia. Bij sommige diersoorten gaan de mediale nasale prominentia niet volledig versmelten aan de binnenkant. Er blijft dan dus een opening van het filtrum. Ieder dier gaat zich dus ontwikkelen met een gespleten lip

18
Q

hypofyse

A

er wordt een adenohypofyse en een neurohypofyse aangelegd die samen de hypofyse vormen. Deze onderverdeling wordt gemaakt omdat ze beiden een andere oorsprong hebben. Adenohypofyse: afkomstig van het dak van het stomodeum (oppervlakte ectoderm). Er groeit een divertikel naar het diencephalon toe dat 2 afvoergangen heeft. Dee afvoergangen gaan op het uiteinde een blaasje vormen (=zakje van Rathke). Uit de hersenen groeit er een divertikel naar beneden zodat beide divertikels tegen eklaar komt te liggen. Er komt een differentiatie in de wand van de adenohypofyse waardoor er een voorkwab ontstaat.

19
Q

Hersenen

A

Oorspronkelijk worden er drie hersenblaasjes gevormd: prosencephalon, mensencephalon en rhombencephalon. Het eerste en derde hersenblaasje gaan zich opdelen: telencephalon, diencephalon, mesencephalon, metencephalon en myencephalon. De grote hersenen zijn afkomstig van telencephalon, kleine hersenen van metencephalon. Oogblaasjes liggen op diencephalon. De hersenen bestaan uit cortex (grijze stof) en merg (witte stof). Ze bestaan teven uit allemaal windingen: gyri en sulci. Op sommige plaatsen ontwikkelen Plexus choroidei = plaatsen in de hersenen waar hersenvocht wordt aangemaakt.

20
Q

ruggenmergvlies

A

bestaat uit meerdere lagen
rond de neurale buis ligt de menix primitiva die zich gaat opdelen in de dunne leptomenix op de neurale buis en de dikke pachymenix van buiten. De leptomenix gaat zich opdelen in arachnoidea en pia mater. Pia mater zit direct op de neurale buis, arachnoidea (spinnenwebstructuur) ligt daarop. De pachymenix gaat de dura mater vormen (dikke bw laag)
Ruggenmerg - Pia mater - arachnoïdea - dura mater

21
Q

Ruggenmerg

A

Tot nu toe was de neurale buis slechts één laag van cellen, dit gaat veranderen. Cellen gaan prolifereren in de ene laag cellen naar de periferie toe. Er komen dan lagen van cellen bij. De binnenste laag blijft wel zitten, dit is de stamcellaag (= germinale laag). De ontstane cellen vormen de mantellaag. De cellen in de mantellaag worden de neuroblasten en de glioblalsten genoemd. Deze cellen gaan de grijze stof vormen. De neuroblasten gaan axonen afgeven richting de buitenste laag, de marginale laag, zodat die er wit uit gaat zien. Het lumen van de neurale buis zal moeten gaan verkleinen en de cellen gaan in groepjes zitten. De proliferatie van deze cellen gebeurt niet op alle plaatsen even intensief. Dorsaal gaan er bilateraal twee groepjes van cellen zitten. Deze groepen van cellen noemen we dan samen de vleugelplaat. Ventraal gebeurt dit ook, maar die groepen heten de basale plaat. De vier groepen gaan naar elkaar toetrekken. Tussen de groepen cellen zit een groeve, dat is de sulcus limitans. Het lumen van de neurale buis gaat dus verkleinen, doordat er cellen naar elkaar toetrekken. Hierdoor krijgen we dorsaal een septum, dat is het dorsale mediaan septum. Ventraal krijgen we geen septum, maar een spleet. Dat is de ventrale fissuur. Als deze spleten zijn gevormd, dan hebben we de conformatie van het ruggenmerg. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de vleugelplaat en de basale plaat, omdat deze een andere functie hebben. De vleugelplaat gaat te maken hebben met de sensorische detectie en de basale plaat met de motorische regeling.

22
Q

Diafragma

A

Er ontstaat een septum transversum van dorsaal naar ventraal. Dit loop niet volledig door naar de wervelkolom maar stopt op de helft. De oerdarm hang nog op aan het dorsale mesenterium waardoor er twee pleuroperitoneale kanalen zijn. Uit de wand groeien pleuroperitoneale membranen richting het dorsale mesenterium waardoor de kanalen worden opgevuld. Het diafragma bestaat dan uit bindweefsel maar dat moet vervangen worden door spier. Cervicale somieten mgrergen om het spierweefsel te vormen.