Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Dutch-Russian > Pieter Daens > Flashcards

Pieter Daens Flashcards

1
Q

Met nimmer verflauwende liefde ( oud NL)

A

С никогда не угасающей любовью

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Buitengoed

A

Имение, поместье

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Twijnder

A

Человек, который натягивает нити на прядильной машине

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Leurder

A

Коробейник ( торговец)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Mestvaalt

A

Куча навоза

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Knaap

A

Мальчик

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hij verhovaardigde zich zo erg over deze titel - schrijftaal

A

Он так гордился этим титулом

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bekneld

A

Стиснутый, зажатый

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kommervol

A

Печальный, полный забот, Жалкий

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Meesmuilen

A

Ухмыляться, скептически улыбаться

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Olieslager

A

Владелец маслобойного завода

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Schoorvoetend

A

Неохотно, с трудом, нерешительно

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ze ging schoorvoetend akkoord met de nieuwe regels

A

Она неохотно согласилась с новыми правилами

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Vete

A

Ссора, неприязнь, вражда

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Katholieken van de oude stempel

A

Католики старой школы

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Stoottroep

A

Ударная группа

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Ze dreven de spot met hem

A

Они насмехались/ издевались над ним

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Huidevetter

A

Обработчик кожи

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Knokploeg

A

Боевая дружина, банда погромщиков, карательный отряд

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Verbetenheid

A

(Агрессивное) упрямство

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Gemoederen opzwepen

A

Разжигать страсти

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Spotternij

A

Насмешка, зубоскальство

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Lafhartige middelen

A

Трусливые приемы, методы

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Letterlievende kring ( oud nl)

A

Круг любителей литературы

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Lijfeigene

A

Крепостной

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Rad, raderen

A

Колесо

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Verdoezelen

A

Становиться мутным, неопределенным, скрывать, утаивать

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Drenzen ( drenzende kinderen) - wordt nu niet veel gebruikt

A

Хныкать, ныть, пускать слюни/ сопли

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Zich benevelen

A

Напиться

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Iemand de hand boven het hoofd houden

A

Оказывать поддержку/ защиту

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Ze zijn door slaap overmand

A

Их одолел сон

32
Q

Reppen (over) - schrijftaal

A

Затрагивать, упоминать

33
Q

Geen woord erover reppen

A

Ни слова об этом

34
Q

Zich uitleven

A

Веселиться

35
Q

De stad krioelt van jonge meisjes

A

Город кишит молодыми девушками

36
Q

Ontuchtige praat

A

Непристойный разговор

37
Q

De nachten zijn losbandig

A

Ночи развратны

38
Q

Aan iets het hoofd bieden

A

С чем-то справиться

39
Q

Hachelijk

A

Опасный, затруднительный, щекотливый

40
Q

Uitzwermen

A

Расходиться

41
Q

Lenigen ( de nood lenigen) - schrijftaal

A

Смягчать, облегчать ( облегчить страдания)

42
Q

Luttele almoes

A

Маленькая милостыня

43
Q

Zedenbederf

A

Испорченность нравов, разврат

44
Q

Het oproer was bedwongen

A

Бунт был подавлен

45
Q

Sussende taal

A

Успокаивающие слова

46
Q

Een motie van vertrouwen

A

Вотум доверия

47
Q

Optrommelen

A

Зазывать, созвать, призвать

48
Q

Affreus

A

Ужасный, страшный, отвратительный

49
Q

Een grapje opdissen - schrijftaal/ oud

A

Шутить

50
Q

Leedvermaak

A

Злорадство

51
Q

Aan mijn hart geknaagd - schrijftaal

A

Грызли мое сердце

52
Q

Toonde zich te behoudsgezind

A

Был слишком консервативен, проявлял излишнюю сдержанность

53
Q

Muilbanden- schrijftaal- muilkorven

A

заткнуть рот кому-либо

54
Q

Heidens

A

Языческий

55
Q

Heiden

A

Язычник

56
Q

Oogluikend

A

Не принимая во внимание, не замечая

57
Q

Loochenen

A

Отрицать, отвергать

58
Q

Schraperigheid - schraapzucht, gierigheid

A

Жадность

59
Q

Bajonet

A

Штык

60
Q

Schamper

A

Колкий, язвительный

61
Q

Beschimpen

A

Ругать, обругать, оскорблять, поносить

62
Q

Beschimpen

A

Ругать, обругать, оскорблять, поносить

63
Q

De prang op de neus zetten - Iemand zodanig onder druk zetten dat hij geen keus meer heeft

A

заставить, оказать давление, не оставить выбора, надавить

64
Q

Hetzelfde lot was echter ook ons beschoren.

A

Впрочем, та же участь постигла и нас.

65
Q

Met bloed en tranen
Met bloed, zweet en tranen

A

Als je iets met bloed, zweet en tranen voor elkaar hebt gekregen, heb je er vreselijk veel moeite voor gedaan. Je hebt keihard gewerkt, hebt tegenslagen moeten overwinnen en hebt het misschien zelfs bijna opgegeven. Je bent dus tot het uiterste gegaan.

66
Q

Gewroet

A

Копание, поиски, хлопоты, возня

67
Q

Wijwater

A

Святая вода

68
Q

Bespottelijk

A

Нелепый, смешной

69
Q

Sullig

A

Глуповатый, простоватый

70
Q

Ontzenuwen

A

Обессиливать; опровергать; лишать силы ( доказательство)

71
Q

Laken

A

Порицать, осуждать

72
Q

Onpartijdig

A

Беспристрастный

73
Q

Tweedracht

A

Разлад, раздор

74
Q

Getuige à décharge ( getuige ten ontlaste, doet ontlastende verklaring)

A

Свидетель защиты

75
Q

Getuige à charge ( getuige ten laste, doen een belastende verklaring)

A

Свидетель обвинения

76
Q

In de doofpot stoppen

A

Замалчивать

77
Q

Ontketenen

A

Освобождать от оков; давать волю ( чувствам), развязывать ( войну); вызывать ( негодование)

Dutch-Russian (16 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions