Piste 3 Voc Flashcards
(33 cards)
1
Q
De prestatie
De helden daad
De top prestatie
A
L’exploit
2
Q
De rilling
A
Le frisson
3
Q
De winnaar
A
Le vainqueur
4
Q
De oplijding
A
La formation
5
Q
Handig
Pour faire de la voile, il faut être très ……..
A
Adroit
6
Q
Overtuigend
A
Convaincant
7
Q
Getalenteerd
A
Doué
8
Q
Betrokken
A
Engagé
9
Q
Uitzonderlijk
A
Exeptionnel
10
Q
Indrukwekkend
A
Impressionnant
11
Q
Hoogbegaafd
A
Surdoué
12
Q
Opgeven
= bezwijken
A
Craquer pour
13
Q
Aanmoedigen
A
Encarouger
14
Q
Indruk maken op
A
Impressioner
15
Q
Delen
A
Partager
16
Q
Plezier hebben
A
S’éclater
17
Q
Sindsdien
A
Depuis lors
18
Q
In zichzelf geloven
A
Croire en soi
19
Q
Verantwoordelijk zijn voor
A
Être responsable de
20
Q
Zelf verzekerd zijn
A
Être sur de soi
21
Q
Zijn leven in eigen handen nemen
A
Prendre sa vie en main
22
Q
Zich doen opmerken
A
Se faire remarquer
23
Q
Zich doen opmerken
A
Se faire repérer
24
Q
De adrenaline stijgt/ de spanning stijgt
A
L’adrénaline monte
25
De passie overkrijgen
Attraper le virus
26
Een kick bezorgen
Donner des sensations fortes
27
Er een kick van krijgen
En avoir des frissons
28
Zijn best doen
Faire de son mieux
29
Realistisch blijven
Garder les pieds sur terre
30
De passie doorgeven
Passer le virus
31
Zijn droom waarmaken
Réaliser son rêve
32
Goed in zijn vel zitten
Se sentir bien dans sa peau
33
Er ten volle voor gaan
Y aller à fond
