Politieke filosofie Flashcards
(33 cards)
Leg het liberalisme uit
- In deze stroming staat de vrijheid van het individu centraal.
- Elke mens moet zelf nadenken en de overheid moet slechts optreden als beschermer van de basisrechten en eigendom
- Focus op formele vrijheid (=iedereen mag doen wat hij wil).
Leg het liberaal egalitarisme uit
- Dit is een variant van het liberalisme die zijn oorsprong vindt bij John Locke (tabula rasa).
- Individu staat centraal met correcties voor ongelijkheid: vrijheid moet gepaard gaan met eerlijke kansen voor iedereen.
- Rol van de overheid: ingrijpen bij ongelijkheid
Leg het socialisme uit
- Gemeenschap staat centraal: sociale rechtvaardigheid en herverdeling zijn kernprincipes
- Individuele vrijheid is belangrijk, maar wordt ingeperkt als dat nodig is om ongelijkheid te bestrijden.
- Rol van de overheid: sterke overheidsinterventie: reguleert de economie en zorgt voor sociale bescherming (bv. gratis gezondheidszorg, gratis onderwijs, werkloosheidsuitkeringen en sterke vakbonden) om structurele ongelijkheid aan te pakken
- Focus op vooral economische en sociale gelijkheid binnen een brede samenleving.
Leg het communitarisme uit
- Gemeenschap staat centraal, de gemeenschap is het fundament van het individu. Het individu kan niet los staan van de gemeenschap, het wordt erdoor gevormd.
- Rol van de overheid: ondersteunt tradities en culturele identiteit.
- Focus op de gemeenschap als vangnet.
Wat is het verschil tussen communitarisme en communisme?
- Communitarisme
Gemeenschap vormt het individu.
Nadruk op culturele waarden, tradities, identiteit.
Privébezit blijft bestaan.
Overheid ondersteunt sociale cohesie.
Kan links of rechts zijn.
Focus op morele verbondenheid, niet op economische gelijkheid.
- Communisme
Individu maakt deel uit van een klasseloze samenleving.
Nadruk op economische gelijkheid.
Privébezit wordt afgeschaft.
Overheid controleert productie en verdeling.
Altijd radicaal links.
Focus op herverdeling en opheffing van klassen.
Wat kun je zeggen over het complementair dualisme?
- Complementariteit = zien van dingen als aanvullend en verbonden, in plaats van tegenstellingen.
- bv:
Dag en nacht
Rust en werk
Licht en donker
Individu en gemeenschap: individu draagt bij aan de gemeenschap met unieke vaardigheden en perspectieven en de gemeenschap ondersteunt individuen en biedt een gevoel van verbondenheid (↔ Westen: individualistisch) - Sophie Olúwolé
Wat is het ‘Liberty principle’ of schadebeginsel?
Dit is een visie van John Stuart Mill die zegt dat de samenleving alleen in de levenssfeer van een individu mag tussenkomen wanneer dit individu anderen schade aanricht.
Zo mag een politieagent iemand van zijn vrijheid beroven omdat hij een gevaar vormt voor zijn omgeving.
Alleen wanneer bepaald gedrag anderen aangaat, moet er verantwoording worden afgelegd.
Dit beginsel is alleen geldig op mensen die door interactie kunnen reflecteren.
Kinderen, mensen met een beperkt geestesvermogen en volkeren uit ‘achtergebleven samenlevingsvormen’ worden hier niet bijgerekend.
Leg Isaiah Berlin zijn visie voor.
Hij formuleerde twee fundamentele opvattingen van vrijheid.
- Negatieve vrijheid: Hier gaat het over het gebied waar jij kunt doen wat je wilt en zijn wie je bent.
Hoe groter dit privédomein hoe groter de negatieve vrijheid.
(=de afwezigheid van dwang door anderen)
- Positieve vrijheid: Is vrij zijn om je eigen leven vorm te geven.
Gaat om de aanwezigheid van kansen en middelen om dingen te doen.
Voorbeelden: Je hebt toegang tot goed onderwijs, zodat je je talenten kan ontwikkelen.
De overheid garandeert gezondheidszorg, zodat je gezond genoeg bent om je doelen na te streven.
Wat is een monarchie?
Dit is een bestuursvorm waarbij 1 persoon, de monarch, de macht heeft, dit kan een koning of een keizer zijn maar ook een farao of een sultan.
De macht is vaak erfelijk.
Wat is een aristocratie?
Kaart nog aan het maken
Het betekent letterlijk ‘regering van de besten’. De macht is in handen van bekwame geschoolde mensen met ervaring en kennis van zaken.
Wat is een oligarchie?
De macht is in handen van een kleine groep bevoorrechte, rijke mensen.
Letterlijk betekent oligarchie trouwens ‘geregeerd door weinigen’.
Wat is een tirannie?
Een alleenheerser die met geweld de macht heeft gegrepen.
Wat is een democratie?
Het volk verkiest volksvertegenwoordigers die in hun naam regeren.
Wat is een republiek?
Een staatsvorm waarbij alle macht wordt overgedragen aan een raad of persoon, meestal een president, die voor een bepaald aantal jaren wordt gekozen of benoemd.
Wat is een technocratie?
Deskundigen en specialisten op diverse deelterreinen die de macht hebben en politieke beslissingen kunnen nemen.
Wie was er in Athene de grondlegger van de democratie?
Kleisthenes
Waarom was het een beperkte democratie in Athene?
Omdat je moest afstammen van een Atheense moeder en vader ne je een man moest zijn van minstens 20 jaar.
Niet alle inwoners kunnen dus meebeslissen.
Waarom was er in Athene een directe democratie? Wat is dat?
Directe democratie of rechtstreeks democratie is een bestuursvorm waarbij burgers zelf direct invloed uitoefenen op het wetgevingsproces.
In Athene waren de burgers actief zelf bezig met politiek.
Wat is de ekklèsia?
Dit was de volksvergadering van Athene. Alle volwassen mannen waren er lid van (ca. 30 000).
Ze kwamen 40 keer per jaar samen op een heuvel tegenover de Akropolis om beslissingen te nemen over nieuwe wetten, oorlog of vrede…
Ze mochten het woord nemen en via handopsteken werd gestemd.
Wat is een polis?
Een onafhankelijke, zelfbesturende stadstaat, dus een kern/stad met daarrond een gebied.
Zo had je Athene met daarrond het gebied Attica.
Wat is de boulé?
- Ook wel de raad van 500 genoemd.
Dit had vooral een uitvoerend en organiserende functie. - 500 vrijwilligers uitgeloot door het kletorion.
Hiervoor moest je minstens 30 jaar zijn en het volle burgerrecht hebben. - Je mag geen twee opeenvolgende jaren in de boulé zitten en max 2 keer in totaal.
- Ze ontwierp de wetten en bereidde dus ook de vergaderingen van de ekklèsia voor.
Welke functies werden er naast boulé nog uitgeloot via het kletorion?
- 500tal magistraten
- 6000 juryleden Atheense volksrechtbanken
Hoe? Door wie? En waarom werd Attica verdeeld?
Kleisthenes voerde een fundamentele hervorming door en herverdeelde Attica.
Hij verdeelde het gebied op in drie grote regio’s:
- de stad (astu, handwerkers handelaars)
- de kust (paralia, vissers)
- het binnenland (mesogeia, boeren)
Elk van die regio’s deelde hij op in 10 stukken en bracht telkens één stuk van elke regio samen.
Door dit te doen werd de bevolking van Attica één politieke gemeenschap.
Burgers uit verschillende regio’s moeten samenwerken.
Er werd meer beslist in belang van de maatschappij als geheel ( in plaats vanuit eigen belang).
Wat is het schervenrecht?
Ook iets wat Kleisthenes invoerde.
Het was een manier om tirannie te voorkomen.
Burgers konden een machtig persoon voor tien jaar uit de stad verbannen.
In de ekklèsia werd besloten of er dat jaar schervenrecht mocht plaatsvinden.
De stemming vond plaats op de agora (het centrale plein in Athene).
Er was een quorum van minstens 6000 geldige stemmen nodig.
De persoon met de meest stemmen werd verbannen.
Binnen 10 dagen moest die persoon Athene verlaten.
Hij verloor niet zijn bezittingen of burgerrechten.
SCHERVENRECHT wordt ook wel OSTRACISME genoemd.