proefwerken Kerst Flashcards

(42 cards)

1
Q

Wat is een grootheid?

A

een eigenschap van een grootheid of stof die je kan meten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is massa?

A

Grootheid dat een hoeveelheid stof bepaalt en wordt gemeten met een balans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom zijn massa en gewicht niet hetzelfde?

A

Aantrekkingskracht van de aarde die inwerkt op een ondersteund voorwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

In wat wordt massa uitgedrukt

A

Newton

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is volume

A

De plaats dat een voorwerp of stof inneemt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar wordt volume in uitgedrukt?

A

kubieke meter (m3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Formule kubus

A

Z.Z.Z

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Formule balk

A

L.B.H

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Formule cilinder

A

R.R.pi.H

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe zoek je ro?

A

Massa delen door volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe zoek je massa?

A

Ro x volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe zoek je het volume?

A

Massa delen door ro

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is ro

A

Massadichtheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

1dm3 is hoeveel liter?

A

1 liter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoeveel liter is 1m3

A

1000l

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de gegeven grootheid?

A

De grootheid dat je zelf bepaald in een onderzoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de gemeten grootheid?

A

De grootheid dat afhankelijk is van de gegeven grootheid in een onderzoek

18
Q

Aan welke kolom moet de gegeven grootheid?

19
Q

In welke kolom moet de gemeten grootheid

A

Rechter kolom

20
Q

Wat is bewerkte voeding?

A

Voeding waar stoffen bij zijn toegevoegd en verwijderd

21
Q

Wat is onbewerkte voeding?

A

Voeding dat volledig natuurlijk is

22
Q

Wat zijn de vier B’s?

A

Bouwstoffen, beschermstoffen, bevorderen spijsvertering, brandstoffen

23
Q

Welke voedingstoffen horen bij beschermstoffen?

A

Vitamine en mineralen

24
Q

Welke stoffen horen bij bouwstoffen?

A

Mineralen water en eiwitten

25
Welke stoffen horen er bij bevorderen spijsvertering
Vezels
26
Welke stoffen horen bij brandstoffen?
Koolhydraten, vetten en eiwitten
27
Wat is een nutri -score?
Een label over hoe gezond het product onbewerkt is
28
Wat is de voedingsdriehoek?
Info over hoe gezond het voedingsmiddel is en hoe groot de ecologische voetafdruk is.
29
Wat is de bewegings driehoek?
Activiteiten dat je lichaam gezond houdt.
30
Wat is materie?
Alles waar de aarde mee is opgebouwd
31
Wat zijn voorwerp eigenschappen
Vast volume, de massa
32
Wat is een zuivere stof?
1 stof en 1 soort molecule
33
Wat is een mengsel?
Meerdere stoffen, meerdere moleculen dat niet op elkaar reageren.
34
Wat zijn scheidingstechnieken?
Techniek om een mengsel te scheiden tot een zuivere stof.
35
Wat zijn scheidingstechnieken voorbeeld?
Decanteren, kristalliseren, destilleren
36
Wat zijn P-zinnen?
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruiken van een product
37
Wat zijn h-zinnen?
Gevaarzinnen, die je waarschuwen van het gevaar bij een product
38
Wat kan je doen om te weten welk product je mee te maken hebt?
Kijken naar de hoeveelheid, naam, veiligheidspictogram, producent
39
Wat is het nummer van het Anti-gif centrum?
070/245 245
40
Wanneer is de PH-waarde zuur?
Onder de 7
41
Wanneer is je PH waarde neutraal
Als het 7 is
42
Wanneer is je PH-waarde base?
Als hij boven de 7 is