Reactie door klieren (T9,H2) Flashcards

1
Q

spieren zorgen ervoor dat het…

A

organisme als systeem kan werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

spieren zorgen voor…

A

-de voortbeweging van het organisme
-de werking van de verschillende organen en stelsels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

skeletspieren

A

met één of meerdere pezen vastgehecht aan het skelet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

(skeletspieren) door samentrekking kunnen ze…

A

beenderen ten opzichte van elkaar laten bewegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

een gewricht

A

een beweeglijke verbinding tussen beenderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

huidspieren

A

zitten minstens aan één zijde vast aan de huid om ze te laten bewegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

spieren in organen zijn…

A

niet aan het skelet bevestigd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

dwarsgestreepte spieren

A

bevatten spiervezels met een dwarsgestreept uitzicht
-ze worden meestal bewust aangestuurd, werken krachtig maar zijn snel vermoeid
-ze komen voor in alle skeletspieren,(gezichtsspieren en bepaalde kringspieren)
-spiervezels zijn draden van samengesmolten spiercellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

gladde spieren

A

bevatten spoelvormige spiercellen met een glad uitzicht
-ze worden onbewust aangestuurd, werken traag maar onvermoeibaar
-ze komen vooral voor in de wand van de spijsverteringsorganen en bloedvaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de hartspier

A

bestaat uit hartspiercellen met een dwarsgestreept uitzicht
-het hart wordt onbewust aangestuurd, het werkt krachtig en onvermoeibaar
-hartspierweefsel heeft kenmerken van zowel dwarsgestreept als glad spierweefsel
-hartspiercellen hebben een vertakte vorm en een grillige celbegrenzing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

een skeletspier is opgebouwd uit…

A

spierbundels die bestaan uit duizenden spiervezels. Een zenuwimpuls kan spiervezels doen samentrekken, waardoor de spier korter en dikker wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

spieren werken in…

A

paren samen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

antagonistische spier

A

omdat de spier enkel actief kan samentrekken, is een antagonistische spier nodig om ze weer te ontspannen, door ze fysiek uit elkaar te trekken, zoals de biceps en triceps in de arm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

peristaltiek

A

kring- en lengtespieren in de darmen bewegen voedsel vooruit via een peristaltiek (knijp- en duwbewegingen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

spierweefsel is sterk…

A

doorbloed. Via de bloedvaten is er aanvoer van voedingsstoffen en O² - nodig voor de celademhaling - en afvoer van CO², H²O en afvalstoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly