Seksuele anatomie Flashcards
(30 cards)
1
Q
De geschiedenis van seksuele interesse.
A
- Leonardo da Vinci: idee over seksualiteit, gebaseerd op veronderstellingen
- Vesalius: lijken bestuderen en ermee les geven
- Masters en Johnson: grote interesse in seksuele fysiologie
2
Q
Welke onderdelen behoren tot de vrouwelijke seksuele anatomie?
A
- vulva / schaamheuvel / labia / Bartholin klieren
- perineum
- clitoris / klieren van Skene
- maagdenvlies
- vagina
- uterus / baarmoeder hals / baarmoederhalskanaal
- eileiders / eierstokken
- borsten
3
Q
Wat is de vulva?
A
Het externe geslachtsorgaan van de vrouw.
4
Q
Wat is de schaamheuvel?
A
- Gebied gelegen over het schaambeen
- Vetweefsel bedekt met huis en schaamhaard
- Gevoelig bij aanraking, veel zenuwuiteinden
5
Q
Wat zijn de labia majora?
A
- huidplooi
- vetweefsel en gladde spieren bedekt met huid en schaamhaar
- zweetklieren, olieklieren en zenuwuiteinden ruim verdeeld
- niet heel gevoelig
- mechanische bescherming voor urethrale en vaginale ingang
6
Q
Wat zijn de labia minora?
A
- sponachtig weefsel vol bloedvaten
- geen vetcellen en haarloos
- veel zenuwuiteinden
- bron van seksuele sensatie
- komen samen boven clitoris en vormen clitoriskappen
7
Q
Wat zijn Bartholin klieren?
A
- liggen in de kleine schaamlippen
- verbonden met kleine kanalen die openen aan binnen oppervlak vagina
- produceren afscheiding maar zijn niet heel belangrijk voor vaginale vochtigheid
8
Q
Wat is de clitoris?
A
- meest gevoelige gebied voor aanraking, druk en temperatuur
- enge functie is erotisch plezier en seksuele sensaties
- bedekt met clitoriskap
- clitorale eikel is het enige zichtbare deel
- clitorisschacht (sponsachtig weefsel- vertakt zich inwendig in twee clitorale crura
- clitorale bulba (erectiel weefsel)
9
Q
Wat is het perineum?
A
- haarloos
- tussen onderkant schaamlippen en anus
- gevoelig voor aanraking, druk en temperatuur
10
Q
Wat is het maagdenvlies/hymen?
A
- dun weefselmembraan
- bedekt vaginale opening
- heeft perforaties waarlangs menstruatie kan passeren
- kan verschillen van vorm en grootte: normaal, niet-geperforeerd, micro-geperforeerd en gedeeld
- geen biologische functie maar cultureel belangrijk
11
Q
Wat zijn de Skene klieren?
A
- para-urethrale klieren
- ligt tussen muur urethra en muur vagina
- kleine kanaaltjes waarvan opening terechtkomt in urethra
- vocht gelijkend op mannelijk prostaatvocht
12
Q
Wat is de vagina?
A
- twee huidplooien die op elkaar liggen
- slechts 8 cm diep, door fysiologie en opwinding wordt er extra ruimte gecreëerd achter de baarmoederhals
- slijmvlies is bron voor vaginaal vocht
- geen secretoire klieren
- rijke toevoer van bloedvaten
- ongevoelig voor pijn en aanraking, behalve in de buurt van de bekkenbodem
- G(räfenberg)-spot zou indirecte stimulatie van de clitoris kunnen zijn
13
Q
Wat is de baarmoederhals?
A
- cervical os
- onderste deel baarmoeder dat uitloopt in vagina
- doorgang voor spermacellen en menstruatie
- belangrijk voor het afnemen van uitstrijkje
14
Q
Wat is het baarmoederhalskanaal?
A
- endocervicaal kanaal
- buisachtige verbinding tussen cervicale mond en holte van de baarmoeder
- secretoire klieren die slijm produceren
- consistentie van slijm varieert naargelang de verschillende fasen van de cyclus
- geen zenuwuiteinden
15
Q
Wat is de baarmoeder?
A
- hol, gespierd orgaan
- 7.5 cm lang, 5 cm breed
- meerdere lagen: perimetrium, myometrium en endometrium
16
Q
Wat zijn de eileiders?
A
- fallopian tubes
- 10 cm
- beginnen bij fundus van baarmoeder en eindigen in fimbriae
- binnenvoering: lange, dunne huidplooien van weefsel bedekt met trilharen
- ontmoetingsplaats voor eicel en spermacel
17
Q
Wat zijn de eierstokken?
A
- ovaries
- vrouwelijke geslachtsklieren
- gepaarde structuur aan weerzijden van baarmoeder
- twee functies: produceren hormonen (E en P), produceren en vrijgeven van eieren
- ongeveer 400.000 eieren bij pasgeboren meisje
- onrijpe eieren worden omgeven door follikels
18
Q
Wat zijn borsten?
A
- geen voortplantingsfunctie
- linkerborst meestal groter
- gemodificeerde zweetklieren
- 15-20 onderverdeelde lobben van klierweefsel in elke borst
- glandulaire kwabben zijn omgeven door vet en vezelig weefsel
- elke lob wordt afgetapt door een kanaalopening op het oppervlak van de tepel
- tepel bestaat uit gladde spiervezels, veel zenuwuiteinden
- tepelhof is donkere gerimpelde huid met zenuwvezels en spiervezels
19
Q
Wat zijn onderdelen van de mannelijke seksuele anatomie?
A
- penis
- scrotum
- testes
- epididymis
- prostaat en aangrenzende organen
- borsten
20
Q
Wat zijn de externe delen van de penis?
A
- glans (verlengde van corpus spongiosum)
- meatus / urethrale opening
- lichaam / schacht
- corona (basis van de eikel)
- voorhuid
21
Q
Wat zijn de inwendige structuren van de penis?
A
- corpora cavernosa
- corpus spongiosum
- testes
- epididymis
- prostaat
- vas deferens
- zaadblaasjes
- klieren van Cowper
22
Q
Wat is het corpus spongiosum?
A
- sponsachtig lichaam
- onderkant penis
- urethra loopt er middendoor en eindigt in urethrale meatus
- eindigt in glans
- de glans bevat veel zenuwuiteinden
- de corona en het frenulum maken hier eveneens deel van uit
- het zwelt maar wordt niet hard
23
Q
Wat zijn de corpora cavernosa?
A
- holle lichamen
- vertakt in twee crura daar waar het lichaam zich aan de penis hecht
- vullen zich met bloed
- zorgt voor de hardheid van de penis
24
Q
Wat is het scrotum?
A
- dunnen losse huid die de testes bevat
- bedekt met schaamhaar
- gladde spiervezels die onvrijwillig samentrekken (stimulatie, temperatuur, bescherming)
25
Wat is de testes?
- mannelijke geslachtklieren
- gepaarde structuur
- linker testis hangt meestal lager
- zeer gevoelig
- twee functies: hormoonaanmaak (T in leydigcellen) en spermaproductie (66-72 dagen)
26
Wat is de epididymis?
- bijbal
- via tubuli seminiferi verbonden met testes
- vas deferens vormt verbinding tussen bijbal en urinebuis
27
Wat is de prostaat?
- onder de blaas
- een gespierd en een klier gedeelte
- klier gedeelte produceert 30% van het zaadvloeistof
28
Wat zijn de zaadblaasjes?
- produceren 70% van het zaadvloeistof
- liggen tegen de achterste basis van de blaas
- samengevoegd met uiteinden zaadleider om samen de ejaculatiekanalen te vormen die dan weer eindigen in de urethra
29
Wat zijn de klieren van Cowper?
- twee structuren
- verbonden met urethra
- net onder prostaat
- produceren enkele druppels voorvocht
- kan klein aantal levende zaadcellen bevatten
30
Wat is de mannelijke borst?
- tepel en tepelhof
- weinig onderliggend klierweefsel en vetvulling
- minder gevoelig dan bij vrouwen
