Studievragen Boek Deel 3 - Hfdstk. 14, 15, 16 en 17 Flashcards

1
Q

Waarom is het begin van iets belangrijk en wat heeft dit te maken met Handelingen?

A

Volgens Socrates is ‘het begin het belangrijkste en het moeilijkste van alles’. Dit zien we aan het begin van de christelijke kerk. Handelingen is daarom zo belangrijk omdat het (niet zoals de Evangeliën) vertelt over de vroegste evangelie-verkondiging van de discipelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bespreek in het kort de historische en theologische betekenis van Handelingen.

A

Historische betekenis:
Lukas heeft heel veel informatie in het boek Handelingen geschreven over
• Geografie
• Plaatselijke politiek
• Gewoonten
• Handel en zeevaart
• En over de mediterrane wereld in het algemeen
Deze betekenis wordt door wetenschappers erkent.
Theologische betekenis:
Lukas beschrijft niet de theologie van de vroege kerk maar biedt een krachtige beschrijving van ontwikkelingen en discussies over theologische kwesties in de vroege kerk. Deze zijn vooral in preken en toespraken te vinden in het boek. Van daaruit zie je dat Het Woord van Christus duidelijk zijn eigen weg gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe kunnen we bepalen welke delen van Handelingen prescriptief en welke delen descriptief zijn?

A

Door elke verhaal in detail te bekijken. De vrije vorm van vele beschrijvingen geeft meer aanwijzing dat het descriptieve gehalte hoog is. Maar dergelijke passages blijken zowel descriptief als prescriptief te zijn, hoe het toen in die tijd gebeurde (tijdgebonden) maar het geldt wel in alle tijden.
Door Handelingen zorgvuldig te lezen en door onze hermeneutiek hier op aan te sluiten wordt Handelingen als een uitdaging gezien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat was het hoofdthema van Petrus’ preek op het pinksterfeest in Jeruzalem?

A

Het hoofdthema van Petrus zijn preek was de grote werken van God verkondigen. In zijn preek kondigt Petrus aan dat het laatste der dagen is aangebroken en werkelijk zal worden. Hij wijst er ook op dat vele Jezus niet geloofd hebben en daar vraagt hij boete voor, voor het onrechtvaardige vonnis. Hij toont de aanhoorders aan dat Christus de Messias is, dat hij is opgestaan en naar de hemel is gegaan. Petrus verkordigt ‘Laat u behouden uit dit verkeerde geslacht!’ (Hand. 2:40)
Aanvulling docent: Vgl. profetie van Joël…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welk verband lag er tussen de wonderen van de apostelen en hun prediking?

A

De wonderen die de apostelen verrichten en hun prediking hebben een verband in die zin dat in ze allemaal de Geest van God zichtbaar was en dat het iets van Christus weerspiegelde. Het gezag van Christus leek te vermenigvuldigen, de discipielen dragen de kracht voort. Ze doen wat hij deed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Beschrijf op welke wijze de vroege kerk een gemeenschap was en hoe daarin ook het conflict al vroeg een rol speelde.

A

De vroege kerk was een gemeenschap omdat het in sociaal opzicht hoge en lage maatschappelijke verbanden had. Er waren dus rijke en arme leden. Met een hoge opofferingsgezindheid waren alle behoeftigen weggedaan. Iedereen zorgde voor iedereen. Daarnaast hadden de prediking en het gebed een praktisch nut. Door deze gemeenschap die snel groeide kwam er ook verzet tegen. De christelijke prediking ondermijnde veel van het oude erfgoed dus was vervolging wel begrijpelijk.
Aanvulling Docent: Vgl. steniging van Stefanus…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat kunnen we leren van het accent dat in Handelingen 8-12 op individuele personen wordt gelegd?

A

Handelingen 8-12 laat ons zien dat God bewogen is met de mensen en hun levens wil behouden en redden. Dit niet alleen voor Joden, maar ook voor heidenen, in de oude maar ook in de moderne wereld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom verlieten Filippus en anderen Jeruzalem met de boodschap van het Evangelie?

A

Vanwege de vervolgingen moesten ze uit Jeruzalem vluchten. Tijdens deze vervolgingen werd Stefanus gestenigd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Beschrijf kort vijf ‘minder belangrijke’ personen uit de genoemde hoofdstukken van Handelingen.

A

Eneas: Een jood die Christus volgde in Lydda. Al sinds 8 jaar verlamd. Petrus gebood hem om op te staan en zij bed op te nemen.
Simon de leerlooier: Petrus verbleef bij Simon toen hij in Joppe was. Simon was een leerlooier – een onreine volgens de wet, omdat hij zich dagelijks met dode dieren bezighield. Hier krijgt reinheid en onreinheid een nieuwe betekenis binnen het Evangelie.
Jakobus, de broer van Johannes: Jakobus verbindt de Evangelieën met de Handelingen. Hij is de eerste van de twaalf die vanwege zijn navolging van Christus – op dezelfde wijze als Christus - gestorven is.
Simon de tovenaar: Een man die in Samaria woonde die magische krachten had. Hij bekeerde zich maar wou zijn krachten behouden. Zijn verhaal toont ons aan dat we werkelijk afhankelijk moeten zijn van God en niet op eigen eer of zelfvertrouwen uit moeten zijn.
Herodes Agrippa: Herodes Agrippa was de vervolger van Jakobus en onderdrukte het Evangelie en de christenen waar hij maar kon. Hij werd zelfs een god genoemd en ging dan ten onder. Hij werd een symbool voor wie God niet vreest en uiteindelijk ten onder gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom was Petrus’ bezoek aan Cornelius controversieel?

A

Doordat Petrus Cornelius bezocht (en Cornelius ook de Heilige Geest ontving) toonde God aan de vroege kerk dat het Evangelie niet alleen voor de nakomelingen van Abraham was (de Joden), maar voor allen. Zo maakten de heidenen die in God geloofden ook deel uit van de kerk van God. Zij hoefden niet alle Joodse gewoontes over te nemen.
Aanvulling Docent: Joden gingen niet om met heidenen…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom waren vele christenen argwanend jegens Saulus?

A

Omdat men zijn bekering in vraag stelde. Was zijn bekering wel echt? Eerst vervolgde hij christenen en nu was hij het Evangelie aan het verspreiden. Probeerde hij niet te infiltreren?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Noem de drie belangrijkste personen uit Handelingen 8-11 en geef kort hun betekenis aan.

A

Johannes
Johannes speelde een belangrijk rol in het verbreiding van het Evangelie, een belangrijk getuige van Christus in Judea. Hij had een bijzonder grote kennis van de zaken van het geloof.

Petrus
Petrus speelt de hoofdrol in Handelingen 1-11. Petrus leerde echter inzien dat Gods wegen anders waren dan hij dacht (visioen vanop het dak van Simon de leerlooier). Nieuwe bekeerlingen hoeven de specifieke Joodse wetten en gewoonten niet te volgen, dit deelde hij ook met anderen, die hem hiervoor verwijtten en met hem discussieerden. Petrus wordt later bekend als ‘apostel der heidenen’, God verkoos hem om het woord van heil te verkondigen.

Saulus (Paulus)
Saulus vervolgde christenen met al zijn macht. Op weg naar Damascus werd hij geconfronteerd door Christus en heeft hij zich bekeerd. Na drie dagen vasten ontving Saulus de Geest van Christus. Hij begon zijn nieuwe geloofsovertuiging te verkondigen wat leidde tot complotten om hem te doden. Hij maakte vele reizen ondanks dat mensen argwanend waren over zijn bekering. Door zijn gave van het woord wist hij vele mensen te bereiken met het Evangelie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Als Petrus de hoofdfiguur van de eerste helft van Handelingen is, wie is dat dan in de tweede helft van het boek? Hoeveel zendingsreizen beschrijft Handelingen 13-28?

A

De hoofdfiguur in Handelingen 13-28 is Paulus, de vroegere Farizeeër die eens de kerk vervolgde.
Handelingen 13-28 beschrijft ook 3 afzonderlijke zendingsreizen van Paulus. Bij elke reis werd het Evangelie naar een nieuw gebied gebracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke rol speelde Antiochië in het leven van Paulus en in de vroege kerk?

A

In de eerste eeuw verhuizde vele Joden naar Antiochië. En onder hen werd de kern van de nieuwe kerk gevestigd. Antiochie was een belagrijke stad door 2 opzichten. Ten eerste was het een stad met enorme etnische diversiteit, dus kon het Evangelie alle ruimte krijgen om te verspreiden. En ten tweede was Antiochië de stad vanwaaruit de kerk zendingreizen ging bedrijven. Paulus zijn zendingsreizen begonnen in Antiochië.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar ging het Concilie van Jeruzalem over? Wat is de betekenis hiervan voor vandaag?

A

Het Concilie van Jeruzalem ging over de voortdurende weerstand waar het Evangelie tegen stuitte. De boodschap van het Evangelie riep verzet op bij het volk. Er werd vooral tussen de christenen geloofd dat verlossing een vrije genadegave van God is. De verlossing geschiedt door genade in het geloof alleen. Terwijl de niet-christelijke Joden de kruisdood van Jezus niet accepteerde als verzoening van de zonden, leefde men nog alle geboden en verboden na.
De betekenis hiervan voor vandaag is dat het soms moeilijk is om de oorsprong van de kerk voor ogen te houden. Het was een probleem dat zeer reeël was en daarom is het voor een niet-tijgenoot heel moeilijk de diepliggende aard ervan te begrijpen. De vroege kerk werd door de Heilige Geest geleid op de nieuwe weg en de Geest blijft altijd werkzaam in de kerk.

Aanvulling Docent: Dit concilie leert ons hoe we vandaag met binnenkerkelijke conflicten moeten omgaan. Het resultaat was dat het authentieke evangelie een duidelijke vorm kreeg…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welk gevolg had de verbreiding van het Evangelie te Efeze voor die stad?

A

Doordat het Evangelie aan het verspreiden was in Efeze begon de kerk in Efeze te bloeien. Hierdoor kwam er vrees voor een verstoring van de maatschappelijke orde. Doordat Paulus tegen demonische machten streed, bekeerden velen zich van hun occulte praktijken. De cultus van de godin Artemis werd dus bedreigd door deze opbloei en bekeringen.

17
Q

Hoe kon Paulus weten dat hij ooit Rome zou bereiken?

A

Omdat hij tijdens zijn gevangenschap een boodschap van God kreeg dat hij ook in Rome het Evangelie zou getuigen (Rom 23:11).
Aanvulling Docent: Hand. 23:11…

18
Q

Op welke wijze heeft Paulus’ beroep op de keizer hem zowel gered als geveld?

A

Toen Paulus terug voor het gerecht verscheen kwamen er verschillende beschuldingen tegen hem uitgesproken en daardoor wou Paulus beroep doen op de keizer. Desondanks zou de procurator hem vrijgesproken hebben, omdat hij overtuigd was van zijn onschuld, maar door het beroep op de keizer moest dat ingelost worden. Hij zou dus naar de keizer moeten gaan.

19
Q

Waarom was Paulus volgens eigen zeggen ‘in ketenen’; hoe zouden anderen daarover gedacht hebben?

A

Paulus was ‘in ketenen’ doordat hij in huisarrest was. Hierdoor kon hij wel het Evangelie brengen en verkondigen. Paulus maakte hier dus volop gebruik van om het Woord te verkondigen.
Aanvulling Docent: Vgl. Hand. 21:12…

20
Q

Op welke wijze is Paulus’ aankomst te Rome een vervulling van wat God zei tegen Ananias (Hand. 9)? Hoeveel jaar lag er tussen Paulus’ bekering en zijn aankomst te Rome?

A

Omdat hij door zijn huisarrest in Rome nog altijd de Evangelie kon verkondigen. Paulus gebruikte deze gelegenheid om het Woord te verkondigen en wachtte zijn verhoring af.
Aantal jaar: 27 jaar.

Aanvulling Docent: Vgl. Hand 9:15…

21
Q

Beschrijf twee belangrijke gebeurtenissen in elk van de navolgende decennia uit het leven van Paulus: de jaren 30, 40, 50 en 60.

A

Jaren 30
1. Paulus’ bekering
• Paulus bekeerde zich en stopte met Christenen te vervolgen.
2. Paulus’ eerste bezoek aan Jeruzalem sinds zijn bekering
• Hier vondt het begin van de kerk na de opstanding van Christus
Jaren 40
1. Concilie van Jeruzalem
• Het Evangelie stuitte op weerstand en het boodschap en het Evagelie riep verzet op.
2. Paulus en Silas reizen van Antiochie via Klein-Azie naar Macedonie en Achaje
• Deze 2de zendingsreis duurde 3 jaar.

Jaren 50
1. Paulus in Efeze
• Paulus verbeef 3 jaar in het stad Efeze (1 van de belangrijkste steden en hoofdstad van het Romeinse wereldrijk)
2. Paulus in gevangenschap te Caeserae
• Paulus werd uit veiligheidsoverwegingen overgebracht naar Caeserae waar hij uiteindelijk beroep op de keizer deed.

Jaren 60
1. Paulus in huisarrest te Rome
• Ondanks zijn gevangenschap liet Paulus Rome het Evangelie nog horen.
2. Gevangenisbrieven
• Efeze, Filipenzen, Kolossensen en Filemon zijn hoogstwaarschijnlijk tijdens zijn huisarrest tijd geschreven.

22
Q

Waarom is het ironisch dat Paulus als leraar en zendeling de kerk van Antiochië dient?

A

Omdat deze kerk werd opgericht door voor Paulus gevluchte Joden uit Jeruzalem.

23
Q

Waarin verschilt Paulus’ boodschap van die van Christus en waarin komen ze met elkaar overeen?

A

Paulus verkondigde het Evangelie aan Jood en heiden, Christus verkondigde aan Joden. Het was Paulus taak om het Evangelie te verbreiden. Zo bouwt Paulus ook het theologische aspect uit van wat in Jezus leven centraal stond. Beiden verkondigden hetzelfde Evangelie.

24
Q

Waarom sprak Paulus zowel in positieve als in negatieve termen over de wet?

A

Negatieve zin: Paulus wil benadrukken dat je alleen door God gerechtvaardigd wordt en niet zelfrechtvaardiging. De mens wordt dus niet gerechtvaardigd door zich aan de wet te houden, maar enkel door Christus.
Positieve zin: Paulus zou bij een antinomiaans publiek of bij mensen die zich geheel en al door de Geest denken te kunnen leiden, het wet juist extra onderstrepen. De wet wijst op de verlorenheid van de mens en tevens wijst zij heen naar Christus.
Het gaat dus vooral over een goede middenweg tussen beide uitersten.

25
Q

Beschrijf de plaats die Abraham in het onderwijs van Paulus krijgt.

A

Paulus wil bevestigen dat hij niet zelf een stichter of prediker van een nieuwe religie is. De basis van het Evangelie is het verbond met Abraham dat vernieuwd wordt en zich naar de gehele wereld uitstrekt. Volgens Paulus worden allen die het geloof delen met Abraham gezegend.

26
Q

Waarom benadrukte Paulus in zijn geschriften steeds de genade die hem geschonken is?

A

Om het nieuwe kerk vorm en inhoud te geven. God had hem gekozen voor dit zware werk en daarbij ook bijzondere gaven begiftigd. Paulus moest zijn taak vervullen. Zo toonde Paulus ook aan dat Gods genade ook over de heidenen wordt uitgestort.

27
Q

Waarom wilden sommige Joodse leiders Jezus doden? Op welke wijze zag Paulus in Jezus’ wrede dood een teken van de verlossing?

A

Omdat Jezus niet werd gezien als de Messias door velen die in die tijd een Messiaanse rol claimden. Paulus toont aan dat door Gods Zoon te geven is er verzoening gekomen voor onze zonden. Zondaren werden gerechtvaardigd door Christus’ dood. Christus dood is een offer, in ruil waarvoor de verlossing mogelijk wordt.
Aanvulling Docent: Vgl. Deut. een ieder die aan het kruishout hangt is vervloekt…

28
Q

Wat bedoelt Paulus met de uitdrukking ‘in Christus’?

A

Dat het lichaam van Christus verwijst naar een geestelijk entiteit: de kerk. De gelovigen zijn een deel van het lichaam van Christus, als ledematen van een lichaam. Alle functies van die ledematen komen samen in het hoofd. Zo zijn de leden, ledematen van Christus. Zij vormen een organische eenheid met Hem. En zo is het ‘in-Christus’ zijn van de gelovigen van de gemeente Gods.

29
Q

Op welke wijze baseert Paulus zijn ethiek op zijn eschatologie?

A

Het geloofsleven en het ethische leven zijn gericht op de komende stad Gods, op het hemelse burgerschap, en de ethiek is in feite door het eschaton gerichte ethiek. Christenen zijn burgers van 2 werelden, de hemel en aarde. Ze verwachten de wederkomst van Christus en deze verwachting heeft dus betekenis vandaag.

30
Q

Vermeld drie aspecten van Paulus’ onderwijs over de laatste dingen.

A
  1. Door de eerste komst van God de Zoon luidt het begin in van de tweede komst, de parousia. (Omdat Jezus de Messias is, is het laatste der dagen aangebroken)
  2. De werkers, die Gods geboden niet gehoorzaamd hebben, zullen aan Gods oordeel en toorn ondergaan.
  3. Het Evangelie zal aan alle volken verkondigd worden.