Systeem Aarde h2 - begrippen

Question 1

de verplaatsing van lucht in de atmosfeer (grote windsystemen)

Answer 1

atmosferische luchtcirculatie

Question 2

verwering waarbij de samenstelling van het gesteente verandert

Answer 2

chemische verwering

Question 3

afwijking van de wind door de draaiing van de aarde: op het noordelijk halfrond naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links

Answer 3

corioliseffect

Question 4

opeenhoping van sedimenten bij de monding van een rivier in een zee of meer

Answer 4

delta

Question 5

het thermohaline circulatiesysteem in de oceaan waarbij koud zout water afzinkt bij Groenland, via de diepte bij de tropische streken aan de oppervlakte komt en weer naar het noorden wordt gezogen.

Answer 5

diepwaterpomp

Question 6

uitschurende werking van sediment dat getransporteerd wordt door rivieren, zee, ijs of wind

Answer 6

erosie

Question 7

gebied met een dalende luchtbeweging en een luchtdruk van meer dan 1.013 hPa met meestal weinig neerslag

Answer 7

hogedrukgebied

Question 8

proces waarbij water bij de oppervlakte van de aarde een nooit eindigende kringloop van verdamping, transport, condensatie en neerslag doorloopt.

Answer 8

hydrologische kringloop/waterkringloop

Question 9

het lagedrukgebied in de tropen waar zowel winden uit het zuiden als uit het noorden bij elkaar komen (het tropische minimum)

Answer 9

intertropische convergentiezone (ITCZ)

Question 10

zone waar hetzelfde klimaat voorkomt

Answer 10

klimaatgebied

Question 11

relatief koude waterstroming in oceanen en zeeën

Answer 11

koude zeestroom

Question 12

gebied met een stijgende luchtbeweging en een luchtdruk van minder dan 1.013 hPa met meestal veel neerslag

Answer 12

lagedrukgebied

Question 13

transport van materiaal onder invloed van de zwaartekracht

Answer 13

massabeweging

Question 14

uiteenvallen van gesteente waarbij de samenstelling van het gesteente niet verandert

Answer 14

mechanische/fysische verwering

Question 15

land- of zeewind die elk half jaar ongeveer 180* van richting verandert

Answer 15

moesson

Question 16

landschapsvorm van gesteenten die door een gletsjer zijn neergelegd

Answer 16

morene

Question 17

stromingen van het zeewater

Answer 17

oceanische circulatie

Question 18

relatief droge wind die het hele jaar uit oostelijke richting van de subtropische hogedrukgebieden naar de evenaar waait

Answer 18

passaat

Question 19

afzetting aan de onderzijde van een rotswand die min of meer uit een massa puin bestaat

Answer 19

puinhelling

Question 20

massa puin die aan de voet van een berg of heuvel wordt gesedimenteerd door rivieren of de zwaartekracht

Answer 20

puinwaaier

Question 21

proces waarbij los materiaal na transport door wind, water of ijs op het aardoppervlak wordt afgezet

Answer 21

sedimentatie

Question 22

de optelsom van de kortgolvige instraling (zonlicht) op aarde, de naar het heelal teruggekaatste straling en de langgolvige uitstraling (warmte) van de aarde

Answer 22

stralingsbalans of energiebalans

Question 23

diepzeestroom en oppervlakte-zeestroom, veroorzaakt door zwaar (koud en zout) afzinkend water en wind

Answer 23

thermohaline circulatie

Question 24

het uiteenvallen van gesteente onder invloed van weer en planten

Answer 24

verwering

Question 25

relatief warme waterstroming in oceanen en zeeën

Answer 25

warme zeestroom

Question 26

lucht beweegt van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied, waarbij de wind op het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts heeft en op het zuidelijk halfrond naar links, als je de wind in de rug hebt

Answer 26

wet van Buys Ballot