Taal toets Aarde Flashcards

(39 cards)

1
Q

gangstelsel

A

een aantal gangen bij elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

afdalen

A

naar beneden gaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de begane grond

A

de verdieping die gelijk ligt met de straat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de contaner

A

een grote bak om goederen en in te vervoeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

dassenburcht

A

een hol van een das

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de delfstof

A

stof die uit de grond word gegraven om er iets van te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

delven

A

uit de grond halen door het op te graven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de doorsnede

A

wat je aan de binnenkant ziet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

het edelmetal

A

een kostbaar metaal zoals zilver ,goud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

grond water

A

water uit de bodem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

kruipruimte

A

een sort lage kelder onder een huis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

mijn

A

gangen onder de grond waar delfstof word opgegraven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

de mijnwerker

A

iemand die werkt in de mijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

onderraad

A

onder de grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ondergronds

A

de metro

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

opgraven

A

uit de grond graven

17
Q

de schacht

A

een gegraven gang die recht naar beneden gaat

18
Q

de souterrain

A

een verdieping onder de grond

19
Q

de steen kool

A

een zwarte stof die diep onder de grond zit bestaat uit planten die samen geperst

20
Q

de vluchtroute

A

een uitgang om te vluchten

21
Q

aval water

A

gebruikt water

22
Q

de afoef

A

een buis waar het water door naar het riool stroom

23
Q

de archeoloog

A

iemand die gebouwen en voorwerpen van vroeger op

24
Q

de beerput

A

een put waar ontlasting van mensen en dieren bewaart word

25
de drek
de viezidigheid
26
het fossiel
overblijven van een plant of dier uit oertijd
27
het gewelf
gebogen plafond
28
grondig
heel precies
29
het hemelwater
water uit neerslag,zoals regenhagel en sneeuw
30
lozen
iets weg laten stromen in de rivier
31
muf
niet fris ruiken
32
overlopen
zo vol zijn dat het water overstroomt
33
overtollig
te veel
34
het riool
ondergrondse buizen waar water van bijv wc door gaat
35
smurrie
een vieze kleverige stof
36
het straatniveau
de hoogte van de staart
37
versteend
steen gewoorden
38
het water peil
de hoogte van het water
39
verontreinigd
ver vuile,vies