Tentamen jaar 2 periode 2

Question 1

Hoe worden de totale kosten berekend?

Answer 1

TK = C + V * Q

Question 2

Wat is de Break Even Afzet?

Answer 2

De kritische afzet, het aantal producten dat verkocht moet worden om breakeven te draaien.

Question 3

Wat is een veiligheidsmarge?

Answer 3

De veiligheidsmarge ziet op de hoeveelheid daling die gemaakt kan worden voordat de breakeven afzet wordt bereikt, dit is altijd een percentage.

Question 4

Hoe bereken je de veiligheidsmarge?

Answer 4

Werkelijke omzet - Break Even Omzet / Werkelijke omzet * 100%

Question 5

Hoe bereken je de dekkingsbijdrage

Answer 5

verkoopprijs - variabele kosten per product

Question 6

Wat is het indefferentiepunt?

Answer 6

het gelijke punt van beide methodes (AC & DC)

Question 7

Hoe bereken je de variabele kosten per product?

Answer 7

Hoogste - laagste kosten = uitkomst 1
Hoogste afzet - lage afzet = uitkomst 2
uitkomst 1 / uitkomst 2

Question 8

Hoe bereken je de vaste kosten per product?

Answer 8

Aantal afzet * variabele kosten per stuk - totale kosten

Question 9

Wat is AC?

Answer 9

Absorption Costing, de integrale kostprijs.

Question 10

Hoe wordt AC berekend?

Answer 10

Totale Variabele kosten (V)/werkelijke productie (W)
+
Totale constante kosten (C)/normale productie (N)

Question 11

Wat is het bezettingsresultaat?

Answer 11

Het verschil tussen de totale constante kosten en de in de kostprijs van de productie doorberekende constante kosten.

Question 12

Wat is de Brutoverkoopresultaat?

Answer 12

Ook wel transactieresultaat wordt berekend door Afzet * (Vp - Kp)

Question 13

Wat is DC?

Answer 13

Direct Costing, korte termijn kosten berekening

Question 14

Hoe bereken je DC?

Answer 14

V (Totale Variabele kosten) / W (Werkelijke productie)

Question 15

Hoe bereken je de netto winst volgens DC?

Answer 15

Omzet - totale variabele kosten = dekkingsbijdrage/contribution margin - constante kosten = netto winst

Question 16

Wat zijn differentiële kosten?

Answer 16

Differentiele kosten zijn de extra kosten per eenheid; dit zijn vaak variabele kosten.

Question 17

Wat is een knelpunt?

Answer 17

Dit is een punt wat bereikt wordt zodra er meer uren nodig zijn dan er beschikbaar is.

Question 18

Hoe bereken je het knelpunt?

Answer 18

Beschikbare uren - daadwerkelijk benodigde uren = knelpunt.
Productie per uur / aantal mogelijke orders per uur = daadwerkelijk benodigd
Als daadwerkelijk benodigd > dan beschikbare uren, dan knelpunt.
Je kiest altijd de hoogste dekkingsbijdrage als eerst en bouwt dit degressief af.

Question 19

Hoe bereken je volgens de delingscalculatie de directe kosten?

Answer 19

Totale kosten / totale productie OF

C/N + V/W

Question 20

Wat is de equivalentiemethode?

Answer 20

Dit is een methode wat gebruikt wordt om de kostprijs voor directe kosten te berekenen. Hierbij wordt er gekeken naar eenheden, waar verbanden worden gelegd omtrent

Question 21

Wat is de equivalentiemethode?

Answer 21

Dit is een methode wat gebruikt wordt om de kostprijs voor directe kosten te berekenen. Hierbij wordt er gekeken naar eenheden, waar verbanden worden gelegd omtrent de soorten eenheden. Bijvoorbeeld: Je hebt verschillende soorten en grootte bakstenen die verkocht worden. Je gebruikt cm2 om de kostprijs te berekenen omdat dit voor elke baksteen geldt:
Alle kosten bij elkaar en verdelen per omgerekende eenheid

Question 22

Welke opslagmethodes kennen we?

Answer 22

Primitief en verfijnd. Ook wel; Enkelvoudig en meervoudig respectievelijk.

Question 23

Hoe bereken je de primitieve opslagmethode?

Answer 23

Totaal indirecte kosten / directe kosten = % (Op basis van loon, grondstof of totale directe kosten)
Dit % maal het aantal kosten aan loon OF grondstof OF directe kosten.
De uitkomst hiervan optellen bij de directe kosten. Dit is de kostprijs per product.

Question 24

Hoe bereken je de verfijnde opslagmethode?

Answer 24

Kosten samenhang bepalen ; bijvoorbeeld grondstof hangt samen met afschrijving (dit wordt vaak gegeven)
De totale afschrijving / grondstof = %
Dit % maal het aantal kosten aan loon EN grondstof EN directe kosten.
De uitkomsten hiervan allemaal optellen bij de directe kosten. Dit is de kostprijs per product.

Question 25

Wat is ABC?

Answer 25

Activity Based Costing, dit is een methode om het tarief te bepalen van de kosten op basis van activiteiten.

Question 26

Hoe bereken je de ABC?

Answer 26

Het aantal samenhangende kosten / het aantal orders of gebruik = tarief Vervolgens bepaal je de directe kosten Doorberekende kosten bepalen ; Bijvoorbeeld aantal inkooporders per product * tarief van samenhangende kosten Totale kosten bepalen, dit vervolgens / door productie

Question 27

Hoe bereken je het werkkapitaal?

Answer 27

Werkkapitaal = vlottende activa - kort vreemd vermogen

Question 28

Hoe bereken je de omzetsnelheid van de voorraad?

Answer 28

Omzetsnelheid voorraad = gem. verkoopprijs / gem. inkoopprijs * 365

Question 29

Hoe bereken je de omloopsnelheid van de debiteuren?

Answer 29

Omloopsnelheid debiteuren = gem. verkopen / gem debiteuren *365

Question 30

Wat houdt kostendrager in?

Answer 30

Een product of dienst waaraan boekhoudkundig de kosten voor de vervaardiging kunnen worden toegerekend; de entiteit in de financiële administratie waaraan de kosten van de organisatie en het voortbrengingsproces worden toegerekend (dit zullen vaak de geproduceerde producten of diensten zijn).