Thema 1 Flashcards
(60 cards)
The copy principe
Hume, er wordt niets aan onze geest toegevoegd, ideeën zijn kopieën van onze impressies.
Peirce
Uitgangspunt is dat de mens een innerlijk gedreven persoon is, opzoek naar stabiliteit. Stabiliteit wordt opgebouwd door door overtuigingen over de wereld die kunnen dienen als strategie voor ons handelen. Is van Doubt-inquiry model
Kant
Transcendentaal idealisme. Onderscheidt analytische en synthetische uitspraken. Correspondentieprobleem oplossen doet hij rigoureus, onderscheidt noumenale wereld en fenomenale wereld.
Realisme
De opvatting dat er een feitelijke wereld bestaat.
Pragmatisme
Stroming ontstond in Amerika. Praktijk en theorie onlosmakelijk met elkaar verbonden. Er is sprake van één waarheid die vooraf al vaststaat.
Fixion of belief
We bewegen weg van twijfel opzoek naar vaste overtuigingen
Hume
Empirisme, wetenschap is mensenwerk. Inhoud geest (perceptie) opgedeeld in impressie –> directe ervarin, en ideeën –> impressies die achterblijven als bron verdwenen is.
Transcendentaal idealisme
Kant accepteert dat er een buitenwereld is, hij zegt dat die allen voor ons verborgen is.
Idealisme
Werkelijkheid vindt slechts plaats in onze ervaring, bewustzijn dus bepalend voor de werkelijkheid
Locke
Empirisme. Kennisvergaring vanuit zintuigen. Waarneming twee processen sensatie –> ruwe indruk op zintuigen en reflectie –> samensmelting tot ervering. Kwaliteiten van Hume.
Doubt-inquiry model
Omdat we ergens aan twijfelen starten we een zoektocht om twijfels te reduceren. Peirce hiermee kloof noumenale wereld en fenomenale wereld van Kant te sluiten
Idola spectus
Idolen van grot of nest, eigenaardigheden agv opvoeding, gewoontes.
Berkeley
Idealisme, secundaire kwaliteiten afkomstig van de geest, maar twijfelt of er ook primaire kwaliteiten zijn. Esse est percipi, zijn is waargenomen worden.
Syntetische uitspraken
Samenstellend, voegt iets toe aan onze kennis. Kant onderscheidt a-priori en posterior uitspraken
Descartes
Rationalisme. We moeten aan alles twijfelen. Hij twijfelt zelfs aan onze zintuigen. Cognito ergo sum, ik denk dus ik ben.
Aanhangers empirisme
Aristoteles, Bacon (Ratio en Empirie), Locke en Hume
Spectisme
Scorates, ik weet één ding zeker dat ik niets weet.
Aristotisch-christelijke wereldbeeld
Aarde staat centraal. Geloof belangrijk. Verteld welke rol de mens moet innemen.
Wetenschappelijke revolutie
1542, Copernicus, boek Revolutionibus Orbium. Verschuiving wereldbeeld.
Verlichting
Loslaten religie als bron van kennis, terugkeer kritisch denken
Idolen
Bacon, verankeringen in geest waardoor wij niet onbevooroordeeld zijn
Idola fori
Idolen van de marktplaats, vertekeningen die ontstaan door verwarrend taalgebruik
Aanhangers spectisme
Socrates
Noumenale wereld
Is zoals deze is. We zullen er niets over kunnen zeggen.