Thema 1 Flashcards
Wetenschap
Vormt de zoektocht naar kennis waarbij die kennis via een systematische methode wordt verkregen
- de wetenschappelijke methode vormt een systematische methode om te leren over de werkelijkheid
In het systematische proces van wetenschappelijk onderzoek zijn 5 fasen te onderscheiden en die vormen samen de EMPIRISCHE Onderzoekscyclus
1) onderzoeksvraag formuleren
2) studie ontwerpen
3) data verzamelen
4) data analyseren
5) rapporteren
Dubieuze onderzoekspraktijken
Questionable Research Practices (QRP’s)
- Algemene deler: wanneer de dataverzameling, -analyse en -rapportage gebaseerd is op het verkrijgen van gewenste resultaten i.p.v. op het zuiver uitvoeren van het onderzoek
Fingeren of Falsificeren van data is een groot vergrijp. Bij QRP’s gaat het meestal om kleinere zaken:
- selectief rapporteren van variabelen of condities
- flexibiliteit bij data analyse (o.b.v. uitkomsten besluiten om wel/niet extra variabelen in de analyse te betrekken b.v.)
- selectiviteit/flexibiliteit bij het opstellen van de hypotheses
- flexibiliteit bij de dataverzameling
Hoewel het doorlopen van de empirische cyclus iteratief is, is het belangrijk dat de onderzoeksvraag, onderzoeksopzet en het plan voor dataverzameling, en -analyse al vastliggen voordat data verzameld en geanalyseerd gaat worden
= pre-registratie (alleen op deze manier kan onderzoek leiden tot zuiveren kennis)
(op deze manier wordt kans op Publication Bias verkleind)
Full Disclosure
volledige openheid wordt gegeven over het onderzoeksproces
Publication Bias
het fenomeen dat het gemakkelijker is om onderzoek te publiceren dat wel een effect laat zien, dan onderzoek dat geen effect laat zien (= het File Drawer Probleem)
Een variabele wordt gedefinieerd
als iets dat varieert, of zou kunnen variëren
Psychologische variabelen
- niet observeerbaar
- moeilijk te definiëren (niet eenduidig)
- geen algemene eenheid
psychologische constructen
psychologische variabelen waarbij de definitie is afgeleid vanuit theorie en waarbij die definitie specificeert wat wel en wat niet tot de variabele behoort
- belangrijk dat er bij onderzoek een duidelijke, eenduidige en uitgebreide definitie van het construct wordt opgesteld
Alle operationalisaties (meetinstrumenten/manipulaties) resulteren dus per onderzoekseenheid in een datapunt per variabele
Binnen elk onderzoek (steekproef) is er dus een datareeks per variabele. Deze datareeksen representeren de waarden van de bijbehorende variabelen, onder voorwaarde dat de operationalisaties waarmee de datareeksen zijn gegenereerd betrouwbaar en valide zijn.
Meetmodel
visualiseert hoe een variabele via stimuli of items wordt geoperationaliseerd
- variabelen/stimuli = ovaal
- stimuli/ items die het construct operationaliseren = rechthoek
- reflectief meetmodel: er lopen lijnen van het construct (de latente variabele) naar de indicatoren
Betrouwbaarheid
de mate waarin een meting bij herhaling telkens hetzelfde resultaat levert
Om psychologische constructen te meten worden operationalisaties gebruikt
Operationalisaties van een variabele maken het construct concreet en tastbaar
Operationalisaties vormen de vertaling van de definitie van het theoretische construct naar een meetinstrument of manipulatie
2 soorten operationalisaties
1) meetinstrumenten
2) manipulaties
- de bedoeling van een meetinstrument is om op consistente wijze een variabele te kwantificeren, oftewel representeren in een datareeks van getallen
- constructen worden met verschillende items (=stimuli) gemeten, die samen het betreffende construct omvatten
(items kunnen uitspraken betreffen, maar ook taken of observaties)
Meetinstrumenten hebben het doel om datapunten te verzamelen zonder het betreffende construct te beïnvloeden.
Manipulatie willen juist WEL een construct beïnvloeden
De mogelijke waarden die behaald kunnen worden bij een operationalisatie zijn
de meetwaarden van de operationalisatie
een reeks datapunten (datareeks) afkomstig van het zelfde meet instrument wordt een variabele genoemd
de term “variabele” wordt dus gebruikt voor zowel een theoretische variable (bv leergierigheid), als voor een reeks datapunten die, als de operationalisatie goed werkt, indicatief is voor de waarde
Niet- Systematische Meetfout
Toevallige invloeden op meetscore
- ruis
- random measurement error
Systematische Meetfout
BIAS (systematische vertekening)
Validiteit
de mate waarin een meetinstrument meet wat het moet meten
Er zijn 2 benaderingen om de vraag te beantwoorden of een meetinstrument valide is voor een bepaalde toepassing (in een bepaalde steekproef van een populatie):
de causale opvatting van validiteit en constructvaliditeit
Binnen de causale opvatting van validiteit is een test valide om een bepaald construct te meten als
1) het construct bestaat en
2) de verschillen tussen (of binnen) mensen op het construct tot verschillende uitkomsten op het meetinstrument leiden
(je kunt pas goed nagaan of een meetinstrument valide is, als je weet hoe die werkt)
Constructvaliditeit
hierin wordt gekeken in hoeverre interpretaties van testscores ondersteund worden door theorie en empirisch bewijs voor het gebruik van deze test
- empirische evidentie voor constructvaliditeit is veelal gebaseerd op de mate van samenhang tussen variabelen en/of items