Theorie 28. Inrichtingseisen aanhangwagen Flashcards Preview

Rijopleiding > Theorie 28. Inrichtingseisen aanhangwagen > Flashcards

Flashcards in Theorie 28. Inrichtingseisen aanhangwagen Deck (13)
Loading flashcards...
1
Q

Afmetingen en massa’s

A

(met lading) mag niet hoger zijn dan 4 m

(zonder lading) niet breder zijn dan 2,55 m.

Aanhangwagens (behalve opleggers) mogen (zonder lading) niet langer zijn dan 12 m.

Middenasaanhangwagens met een toegestane maximummassa van niet meer dan 750 kg mogen (zonder lading) niet langer zijn dan 8 m.

Het samenstel van een personenauto met aanhangwagen mag maximaal 18 m lang zijn.

2
Q

Remmen

A

Een aanhangwagen moet zijn voorzien van een reminrichting als de toegestane maximummassa van de aanhangwagen meer bedraagt dan 750 kg.

Een aanhangwagen met een toegestane maximummassa van niet meer dan 750 kg die toch voorzien is van een reminrichting moet wel voldoen aan de eisen die aan de remmen voor aanhangwagens worden gesteld.

3
Q

Stadslicht

A

Een aanhangwagen moet aan de voorzijde zijn voorzien van twee stadslichten als het voertuig breder is dan 1,60 m. De stadslichten moeten steeds tegelijk branden met de verlichting van de trekkende auto.

4
Q

Mistachterlicht

A

Alle lichte aanhangwagens met een toegestane maximummassa (leeg gewicht + bagage) tot 750 kg moeten een mistachterlicht hebben.

5
Q

Markeringslichten

A

Een aanhangwagen die breder is dan 2,10 m moet zijn voorzien van twee markeringslichten aan de voorzijde en twee aan de achterzijde.

6
Q

Zijmarkeringslichten

A

Een aanhangwagen die langer is dan 6 m moet aan elke zijkant zijn voorzien van zijmarkeringslichten.

7
Q

Retroreflectoren

A

Een aanhangwagen moet aan de voorzijde voorzien zijn van twee witte retroreflectoren. Elke zijkant moet voorzien zijn van ambergele retroreflectoren en aan de achterzijde moeten twee rode retroreflectoren zijn aangebracht.

8
Q

Hulpkoppeling

A

Een middenasaanhangwagen die een toegestane maximummassa heeft van niet meer dan 1500 kg en die niet is voorzien van een losbreekreminrichting, moet zijn voorzien van een hulpkoppeling.

De hulpkoppeling moet zodanig met een vast deel van het trekkend voertuig of met een daartoe bestemde inrichting aan de trekhaak zijn verbonden, dat deze slechts in werking treedt na het losraken van de aanhangwagenkoppeling.

verboden as aanhangwagen een losbreekreminrichting heeft

9
Q

Losbreekreminrichting

A

Een aanhangwagen waarvan de toegestane maximummassa meer bedraagt dan 1500 kg moet zijn voorzien van een losbreekreminrichting.

Deze reminrichting moet zo werken dat als de verbinding tussen de aanhangwagen en het trekkende motorvoertuig wordt verbroken, de rem van de aanhangwagen automatisch in werking treedt.

10
Q

Vastzetinrichting

A

Een aanhangwagen moet zijn voorzien van een goed werkende vastzetinrichting. Deze moet tenminste op de wielen van één as werken en door een geheel mechanische overbrenging met de hand in werking kunnen worden gesteld, óók wanneer het voertuig niet aan een motorvoertuig is verbonden. De vastzetinrichting is niet verplicht voor middenasaanhangwagens met een toegestane maximummassa van 750 kg of minder.

11
Q

Wanneer moet een aanhangwagen zijn voorzien van een losbreekreminrichting?

Bij een toegestane maximummassa van meer dan 1500 kg

Bij een toegestane maximummassa van minder dan 750 kg

Bij een toegestane maximummassa tussen de 750 kg en 1500 kg

A

Bij een toegestane maximummassa tussen de 750 kg en 1500 kg

Een aanhangwagen waarvan de toegestane maximummassa meer bedraagt dan 1500 kg moet zijn voorzien van een losbreekreminrichting.

12
Q

Als je een andere auto sleept, dien je dan in het bezit te zijn van een rijbewijs E?

A

Je moet in het bezit zijn van rijbewijs B wanneer je met een personenauto een ander voertuig sleept. Slepen is niet hetzelfde als rijden met een aanhangwagen.

13
Q

Een aanhangwagen mag met lading niet hoger zijn dan?

A

Een aanhangwagen (met lading) mag niet hoger zijn dan 4 m en (zonder lading) niet breder zijn dan 2,55 m.