Toxocologie Flashcards

(31 cards)

1
Q

Wat is toxicologie?

A

De leer van vergiften en intoxicaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een intoxicatie?

A

Vergiftiging of ziekte veroorzaakt door stoffen die zelfs in kleine hoeveelheden stoornissen in een gezond lichaam kunnen veroorzaken of de dood.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn enkele oorzaken van intoxicaties?

A
  • Eten van bedorven voedsel
  • Drinken van vervuild water
  • Opname van giftige planten of dieren
  • Beten en steken van dieren
  • Onopzettelijke vergiftigingen
  • Opzettelijke vergiftigingen
  • Verkeerd gebruik van farmaca
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn enkele effecten van intoxicaties?

A
  • Verstoring van de homeostase
  • Directe beschadiging
  • Competitieve werking
  • Interferentie met het metabolisme
  • Neuronale beschadiging
  • Beschadiging van DNA
  • Immunosuppressie
  • Ontwikkelingsdefecten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat houdt directe beschadiging in bij intoxicaties?

A

Beschadiging van de huid door zuren en basen, of longen door inhalatie van toxische stoffen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent competitieve werking bij intoxicaties?

A

Bijvoorbeeld avitaminose K door coumarines in rattenvergif.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is interferentie met het metabolisme bij intoxicaties?

A

Inhibitie van normale enzymatische processen in de cel, zoals remming van choline-esterasen door fosfaat- en carbamaatesters.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe kan neuronale beschadiging ontstaan bij intoxicaties?

A

Door interferentie met de proteïnesynthese (bijvoorbeeld kwik) of vermindering van remmende systemen (bijvoorbeeld strychnine).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat houdt de beschadiging van DNA-materiaal in bij intoxicaties?

A

Mutagenese en carcinogenese, zoals veroorzaakt door PCB’s.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de verschillende soorten intoxicaties?

A
  • Acuut
  • Subacuut
  • Chronisch
  • Laattijdig
  • Carcinogeen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat beïnvloedt de aard van het toxisch agens bij een intoxicatie?

A

Absorptie, samenstelling, en aangrijpingspunt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke factoren beïnvloeden de conditie van het dier bij een intoxicatie?

A

Basale metabolisme, diersoort, leeftijd, geslacht, en pathologische aandoeningen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn enkele externe factoren die een intoxicatie beïnvloeden?

A

Volume en concentratie van de stof, manier en plaats van toediening, omgevingstemperatuur, en levensomstandigheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de stappen voor de behandeling van intoxicaties?

A
  • Ondersteunen van de vitale functies
  • Vertragen van resorptie
  • Versnellen van eliminatie
  • Gebruik van een antidoot (indien beschikbaar)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe wordt de diagnose van een intoxicatie gesteld?

A

Door een nauwkeurige anamnese, klinische symptomen, en autopsie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de belangrijke onderdelen van een anamnese bij intoxicaties?

A

Plotselinge symptomen, intensiteit, evolutie, en toediening van farmaca of voeding.

17
Q

Wat zijn de doelen van decontaminatie bij intoxicaties?

A

Verwijderen van toxines via het oog, huid, of maag.

18
Q

Wat zijn de contra-indicaties voor het opwekken van braken bij intoxicaties?

A

Bij herkauwers, vogels, knaagdieren, konijnen, bewustzijnsverlies, stuipen, slikproblemen, en vergiftiging met sterk zuur, base, solvens, of detergent.

19
Q

Hoe wordt maagspoeling uitgevoerd bij een intoxicatie?

A

Door gebruik van water, zout, of een actieve koolmengsel, voorzichtig en rustig.

20
Q

Welke stalen moeten worden genomen voor toxicologisch onderzoek bij een levend dier?

A

Bloed, urine, en eventueel braaksel.

21
Q

Wat is de belangrijkste richtlijn bij de behandeling van intoxicaties?

A

Behandel de patiënt, niet het vergif.

22
Q

Welke informatie is belangrijk bij de anamnese van een intoxicatie?

A
  • Wat is het gif?
  • Hoeveel is er ingenomen?
  • Wanneer is het ingenomen?
23
Q

Wat moet je doen tijdens een telefoongesprek bij een vermoedelijke intoxicatie?

A
  • Rustig blijven en de eigenaar kalmeren
  • Vragen naar symptomen
  • Vragen welk gif, hoeveel en hoelang geleden ingenomen
  • Bij ernstige symptomen of bewustzijnsverlies: onmiddellijk laten komen
24
Q

Wat zijn de stappen voor het ondersteunen van de vitale functies bij intoxicaties?

A
  • Airway, Breathing, Circulation (ABC)
  • Ondersteunende therapie (zoals vloeistof)
  • Stabiliseren van aanvallen
  • Stabiliseren van de lichaamstemperatuur
25
Wat houdt decontaminatie in bij de behandeling van intoxicaties?
Verwijderen van toxines via het oog, huid of maag.
26
Hoe voer je decontaminatie via het oog uit?
Flushen met veel steriel water of zoutoplossing gedurende 10-15 minuten, daarna controle en eventuele behandeling met druppels of zalf.
27
Hoe voer je decontaminatie via de huid uit?
- Handschoenen en beschermende kledij dragen - Dier een aantal keer wassen met milde shampoo of zeepoplossing - Goed uitspoelen en opletten voor onderkoeling
28
Hoe voer je maaglediging uit bij intoxicaties?
- Braken (emesis) - Maagspoeling
29
Wat zijn de contra-indicaties voor het opwekken van braken?
- Nooit bij herkauwers, vogels, knaagdieren en konijnen - Vermindering of verlies van bewustzijn - Als het dier al gebraakt heeft door de vergiftiging - Bij stuipen en slikproblemen - Vergiftiging met sterk zuur of base - Vergiftiging met solvens of detergent - Als de bijsluiter aangeeft: niet braken
30
Welke middelen kunnen braken opwekken?
- Apomorfine (hond) (antidoot: naloxon) - Xylazine (kat) (antidoot: atipamezole) - Na2CO3 (natriumcarbonaat) - NaCl (keukenzout) - Ipeca siroop - 3% waterstofperoxide-oplossing
31
Hoe wordt maagspoeling uitgevoerd?
- Water, zout of actieve kool mengsel - Actieve kool bindt met maaginhoud - Anesthesie met tracheotube - Spoelingtube met zijopeningen - Zachtjes en rustig spoelen