Tt training les 1 §4: Grens contractvrijheid (3:40) Flashcards

1
Q

Wat zijn de 2 aspecten van contractsvrijheid?

A

1) Iedereen is in beginsel vrij om zelf te bepalen met wie hij een ovk sluit. Deze vrijheid wordt vooral beperkt door de feitelijke omstandigheden.
2) De vrijheid om zelf de inhoud van een ovk te bepalen. Uit art. 3:40 kan a contractio worden afgeleid, dat rechtshandelingen die een geoorloofd karakter hebben vrijelijk kunnen worden aangegaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de rechtsgevolgen van rechtshandelingen die in strijd zijn met de openbare orde of goede zeden en rechtshandelingen die in strijd zijn met de wet?

A
  • Rechtshandelingen die in strijd zijn met de openbare orde of goede zeden zijn nietig.
  • Rechtshandelingen die in strijd zijn met de wet hebben verschillende rechtsgevolgen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar zijn de leden 1 en 2 van art. 3:40 van toepassing op?

A
  • Lid 2 is enkel van toepassing indien de wet het verrichten van een rechtshandeling verbiedt.
  • Lid 1 is van toepassing wanneer de wettelijke bepaling betrekking heeft op de inhoud of de strekking v.d. rechtshandeling.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de vereisten van art. 3:40 lid 2?

A

1) Het moet gaan om een wifz.
2) Het moet gaan om dwingend recht (af te leiden uit de wet, vuistregel: verbintenissenrecht is aanvullend, goederenrecht is dwingend).
3) Het verrichten van (de totstandkoming van) de rechtshandeling moet door deze dwingende wet verboden worden (alleen wanneer de wet het verrichten v.d. rechtshandeling verbiedt)
4) De toepasselijke wetsbepaling moet strekken tot de aantasting v.d. geldigheid v.d. daarmee strijdige rechtshandeling (lid 3).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de voorwaarden van art. 3:40 lid 1?

A

1) De strekking die de rechtshandeling voor de handelende elf heeft is van belang. Motief, gevolgen?
2) De motieven of gevolgen moeten kenbaar zijn voor anderen. Bij de kenbaarheid speelt in zekere mate ook mee wat de wederpartij wordt geacht te weten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat voor’n gebeurtenissen kunnen een geoorloofde ovk niet ongeldig maken?

A

Later optredende gebeurtenissen kunnen een geoorloofde ovk niet ineens ongeldig maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly