uitdrukkingen Flashcards
(35 cards)
de puntjes op de i zetten
de laatste details afwerken; heel nauwkeurig te werk gaan
aan iemands lippen hangen
heel geïnteresseerd en aandachtig luisteren
het hart op de tong dragen
direct zeggen wat je denkt of voelt
de bal terugkaatsen
een tegenvraag stellen op een vraag
spreken is zilver, zwijgen is goud
soms is het beter om te zwijgen of een geheim te bewaren
het ijzer smeden als het heet is
de kans grijpen op het juiste moment
naar iemands pijpen dansen
alles doen wat een ander wil
de pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet
iemand anders de schuld geven terwijl je zelf hetzelfde doet
de knuppel in het hoenderhok gooien
opschudding veroorzaken met een uitspraak of voorstel om discussie uit te lokken
van de hak op de tak springen
steeds van onderwerp veranderen
de gulden middenweg kiezen
een oplossing zoeken die tussen twee uitersten ligt
je mening niet onder stoelen of banken steken
openlijk voor je mening uitkomen
in geuren en kleuren vertellen
iets heel uitvoerig en gedetailleerd vertellen
over koetjes en kalfjes praten
praten over allerlei onbelangrijke dingen
er geen speld tussen krijgen
geen kans krijgen om iets te zeggen in een gesprek
een verborgen agenda hebben
een geheim plan of verborgen bedoeling hebben
een knoop doorhakken
een moeilijke beslissing nemen
een oor aannaaien
iemand iets laten geloven wat niet waar is
het been stijf houden
koppig bij je standpunt blijven
altijd het laatste woord willen hebben
niet willen toegeven in een discussie
zich blauw ergeren
zich heel erg ergeren
er geen doekjes om winden
iets direct en eerlijk zeggen
aan de tand voelen
iemand ondervragen om iets te weten te komen
iemand in de rede vallen
iemand onderbreken terwijl die aan het praten is