Flashcards in Uitdrukkingen met Werkwoorden Deck (10):
0
Ik denk er anders over
Hij denkt er anders over
Denk je er anders over ?
Mást gondolom
Màst gondol
Mást gondolsz ?
1
Waar denkt U aan ?
Wat denkt U wel !
Hova gondol ?
Hova gondol !
2
Denk er niet aan.
Nem gondol rá.
3
Bent U erin geslaagd te ............. ?
Sikerült ............ ?
4
Roerbakken
Dobva-rázva sütni
5
Tegen elkaar lopen ( botsen ).
Egymásnak szalad.
6
Loon krijgen
Bért kapni
7
Nieuws krijgen, bericht krijgen
Hírt kapni
8
Bel mij !
Roep mij op !
Hívj fel !
9