Unit 2 Flashcards
(30 cards)
Contribution
Bijdrag
To restrict
Aan banden leggen
Aangeven; zeggen
To indicate
In de handen houden
To control
Dat vind ik ook
I think so too
Daar wil ik wel in meegaan
I’d go along with that
Mischien heb je gelijk, maar we moeten ook het wapenbezit inperken
You could be right, but we als need to limit gun ownership
Tot op zekere hoogte ben ik het met je eens
I agree up to a point
Dat is een intrressante gedachte, maar de gevolgen dan
That’s an interesting idea, but what about the consequences
Ik ben het helaas niet met je eens
I’m afraid I disagree
Onzin
Rubbish
Het is een feet dat verscheidene amerikaanse Staten voor hebben gestemd
It’s a fact that a number of us states voted for it
De cijfers tones aan dat de meest mensen tegen zijn
Figures show that most people are against it
Weinig zullen ontkennen dat die mensen schuldig zijn
Few would deny that these people are guilty
In het algemeen ben ik voor strengere veiigheidsmaatregelen
In general, I’m in favour of stricter security measures
Over het geheel genomen lijken drugsprogamas effectief te zijn
On the whole, drug programmes seem to be effective
Over het algemeen zijn helmet een goed idee
Generally speaking, helmets are a good idea
In Principe gebruikt ik mijn telefoon niet tijdens het fietsen
As a rule, I don’t use my phone while cycling
To advance
Doen vooruitgaan
Associated with
Die te maken hebben met
Failure
Het stukgaan
Operation
Uitvoering; activiteit
Beschermen tegen
To shield from
Landen
To touch down