V4 Thema 2 Flashcards
vorming van spermacellen
spermatogenese
teelballen
testes
sperma
mengsel van zaadcellen, base en vocht
eierstokken
ovaria
rijping van de eicellen in de follikels
oögenese
ovulatie
eisprong
gele lichaam
corpus luteum, follikelweefsel dat achterblijft na de ovulatie
levensduur onbevruchte eicel na ovulatie
12 uur
zygote
bevruchte eicel
productie en afgifte van stoffen door cellen
secretie
centrale regelaar van de voortplanting, hormoonklier
hypofyse
FSH
follikelstimulerend hormoon
LH
luteïniserend hormoon
functie FSH bij de man
stimuleert de vorming van zaadcellen
functie LH bij de man
stimuleert de productie van testosteron
functie testosteron bij de man
verdere ontwikkeling zaadcellen
bij de man: de hypofyse wordt geremd door
een bepaalde hoeveelheid testosteron. Hierdoor wordt er minder LH gemaakt, waardoor de cellen van Leydig minder testosteron maken
functie cellen van leydig
testosteronproductie (onder invloed van LH)
Vrouw: begin menstruatiecyclus
eerste dag menstruatie
Vrouw: functie FSH
stimuleert de rijping van de follikels
vrouw: functie FSH en LH
productie van oestrogenen door cellen uit de wand van de rijpende follikels
functie oestrogenen
baarmoederslijmvlies wordt dikker
Vrouw: functie LH
- stimuleert de opname van vocht door het rijpende follikel, waardoor deze openbarst en er een eicel vrijkomt –> ovulatie
- stimuleert de vorming van het gele lichaam uit het follikel
- stimuleert de productie van oestrogenen en progesteron
functie progesteron
baarmoederslijmvlies wordt nog dikker en de klieren gaan stoffen afscheiden die kunnen dienen als voedsel voor het embyo. Ook remt het de afgifte van FSH en LH, waardoor het gele lichaam elf dagen na de ovulatie afsterft. Hierdoor stopt de progesteronproductie en wordt het baarmoederslijmvlies afgestoten