verbindingen Flashcards
welke (9 cards)
1
Q
vergroeide botten
A
onbeweeglijke verbindingen
2
Q
door kraakbeen of spieren een elkaar bevestigd
A
weinig beweeglijke verbindingen
3
Q
kan bewegen
A
bewegelijke verbinding
4
Q
beweging in alle richtingen
A
kogelgewricht
5
Q
evenwijdig gelegen botten kunnen t.o.v elkaar draaien
A
rol gewricht
6
Q
beweging in 2 richtingen
A
zadelgewricht
7
Q
niet bewust aanspannen
A
onwillekeurig
8
Q
onder invloed van aanspannen
A
willekeurig
9
Q
verlengstukje van spier
A
pees