vragen Flashcards

1
Q
  1. Bespreek de klinische presentatie (typisch en atypisch) van een patiënt met arteriitis temporalis.
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
  1. Welke zijn de technische mogelijkheden om een vermoede diagnose van arteriitis temporalis te bevestigen?
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  1. Bespreek de kliniek van polymyalgia rheumatica.
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
  1. Bespreek de behandeling van arteriitis temporalis en polymyalgia rheumatica.
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  1. Hoe kan vasculitis zich presenteren?
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  1. Welke vasculitiden kent u van respectievelijk de grote, de middelgrote en de kleine bloedvaten?
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  1. Welke aandoeningen kunnen een vasculitis nabootsen?
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
  1. Bespreek de kliniek van een patiënt met ‘granulomatosis met polyangiitis’ (vroeger ziekte van Wegener genoemd)
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
  1. Hoe stelt men de diagnose van granulomatosis met polyangiitis (vroeger de ziekte van Wegener genoemd)?
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
  1. Bespreek de behandeling van granulomatosis met polyangiitis (vroeger de ziekte van Wegener genoemd).
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
  1. Bespreek: microscopische polyangiitis
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  1. Bespreek IgA-vasculitis (vroeger Henoch-Schönlein genoemd)
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Bespreek de kliniek en diagnose van EGPA (vroeger het syndroom van Churg-Strauss genoemd).
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
  1. Bespreek : hypersensitiviteitsvasculitis.
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
  1. Geef enkele algemene principes van de behandeling van systeemvasculitis.
A

o

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
  1. Bespreek de klinische manifestaties van systeemsclerose.
A

o

17
Q
  1. Hoe behandelen we een patiënt met systeemsclerose?
A

o

18
Q
  1. Bespreek de verschillende auto-antistoffen die we bij een patiënt met systeemlupus kunnen aantreffen.
A

o

19
Q
  1. Bespreek de klinische presentatie van systeemlupus.
A

o

20
Q
  1. Bespreek de actuele therapie bij systeemlupus
A

o

21
Q
  1. Bespreek: syndroom van Sjögren
A

o

22
Q
  1. Bespreek: polymyositis en dermatomyositis
A

o

23
Q
  1. Bespreek: MCTD (Syndroom van Sharp)
A

o