week 1 Flashcards

1
Q

Wat is generativiteit?

A

Gevoel hebben om bij te dragen aan de continuiteit van het leven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

In welke levensfase s volgens Erikson sprake van generativiteit?

A

in de fase van de midden volwassenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat speelt er in de (midden) volwassenheid fase volgens Erikson?

A

generativiteit vs. stagnatie (niet het gevoel hebben verder te komen in het leven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

erikson adolecente

A

Identiteit vs identiteitsverwarring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

erikson eerste volwassenheid

A

intimiteit vs isolement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

erikson rijpheid

A

intregriteit vs wanhoop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

erikson 12-18 maanden

A

vertrouwen vs wantrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

erikson 12-18 maanden tot 3 jaar

A

autonomie vs schaamte en twijfel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

assimilatie en accommodatie

A
assimilatie = wanneer je iets wat je al weet gebruikt op iets nieuws
accomodatie = een nieuwe manier geleerd (aangepast)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

sociale leertheorie Bandura -> kinderen

A

observeren, reproduceren van het gedrag van anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

assimilatie en accommodatie valt onder welk perspectief?

A

cognitieve theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

informatieverwerkings theorie

A

informatie coderen, opslaan en terughalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

volgens de sociale leertheorie van Bandura is er bij kinderen sprake van leren via:

A

het observeren en reproduceren van het gedrag van anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

intellectuele vermogens

A

cognitieve ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

visie gedrag en ontwikkelng Vygotsky

A

gedrag wordt bepaald door relaties en omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat betekent interdependente?

A

fundamenteel afhankeleljk zijn van en verbonden zijn met elkaar.

17
Q

wat is een consequentie van interdependentie?

A

dat mensen macht op elkaar uitoefenen