week 2 HC Flashcards
Betekenis halfwaardetijd
Dat is de tijd van een stof dat de hoveelheid stof in het bloed gehalveerd is
Soort manieren van afbraak
0e orde kinetiek
1e orde kinetiek
0e orde knietiek + formule
constante hoeveelheid van de stof wordt afgebroken.
1e orde kinetiek
een constante fractie van de stof wordt afgebroken –> procenten
(L)ADME
Liberation Absorption Distribution Metabolism Ecxretion
Factoren van A & D
Oplosbaarheid, lipofieliteit, pKa, Rate constants, Equilibration, First pass metabolism, plasma protein binding, Biobeschikbaarheid
Factoren M&E
rate constants/orders, halfwaardetijd, metabolism.
Farmakodynamiek
Wat doet de stof met het lichaam
Werking van een drug
Bij de inname van een stof verandert een functie of proces in het lichaam. Wat wordt geregeld met het zenuwstelsel.
CZS
hersenen, ruggenmerg
PZS
ontvangt stimuli en verbindt de rest van het lichaam met he CZS - autonoom en Somatisch
neuronen
netwerk van het zenuwstelsel en coordineren acties van een mens en geven signalen door met behulp van neurotransmitters
neurotransmitters
watdoet het
Heeft interactie met een receptor aan de andere kan van de synaos, waar via verschillende mogelijke processen en signaal door ontstaat. Dit gaat via de receptor in de synaps. Bij veranderen van het balans zal er verandering in gedrag/toestand komen, actiever (coke, amfetamine) of remmend (heroine)
soorten neurotransmitters
Amino acids - GABA Glutamate
Monoamines - Dopamine, Adrenalin, Serotonin, Histamine, Norepinephrine
Purines - Adenosine triphosphate
manieren beinvloeden durgs
receptoren
aan de receptor zelf
toename hoeveelheid NT
Blokkeren receptor
Stappen van neurotransmissie
Nt komt vrij –> interactie met receptor –> beindigen actie OF Afbraak NT OF binding ongedaan maken –> resynthiseren of heropname
Agonist
stof zorgt voor gelijke reactie met receptor als de natuurlijk voorkomende substantie - reversibel (makkelijk loslaten beta blokkers) - irreversibel - vormen stabiele binding met receptor.
Direct - gelijk reactie
indirect releaser en reuptake inhibitor
antagonist
stof heeft selectief interactie met receptoren - geen effect. Reduceert effect van een agonist bij de receptor - NARCAN
mechanisme antagonist
competitief ; strijd met agonist om de receptor
non competitief: bindt op andere plek van de receptor dan de agonist. –> vervorming eiwit (not fit)
dopamine
happy drug of the brain
na vrijkomen in de synaps bindt dopamine aan receptoren op het volgende neuron –> gereabsorbeerd of afgebroken door MAO
te grote activiteiten leid tot psychose, paranoia
te weinig - parkison
Drugs en dopamine
Cacaine: blokkeert normale absorptie –> ophoping en ontvangende cel wordt extra gestimuleerd
Amfetamines: stimuleren overmatig vrijkomen van dopamine.
Nicotine: stimuleert vrijkomen en ander onderdeel van sigaretten rook blokkeert MAO
Serotonine
gemoedstoestand, eetlust, slaap geheugen.
verminderde activiteit: depressie
SSRI’s geven verhoogde serotonine in de synaps
MDMA maat sertonine vrij uit blaasjes
GABA en Histamine
remmende neurotransmitter; rust en slaap
GABA.A en GABA.B
His: zorgt voor jeuk
effectiviteit
hoe goed kan de stof het gewenste effect induceren