Week 4A Subsidies en geldschulden Flashcards
(3 cards)
Twee processen mogelijk bij subsidieverstrekking, welke? En noem ook de volgorde op van beide processen.
SUBSIDIEVERLENING (4:29 Awb e.v. vindt plaats voordat de activiteit wordt uitgevoerd) EN SUBSIDIEVASTSTELLING (4:42 Awb e.v. pas na de vaststelling kan er aanspraak worden gemaakt op bedrag):
Aanvraag > subsidieverlening > activiteit + voorschot > subsidievaststelling > betaling + terugvordering.
SUBSIDIEVASTSTELLING (definitieve aanspraak op subsidie. Bo kijkt dan terug op de activiteit die uitgevoerd is, art. 4:42 Awb):
Activiteit > aanvraag > subsidievaststelling > betaling.
Wat is het verschil tussen subsidievoorwaarden en subsidieverplichtingen?
- Verplichtingen zijn er om het doel van de subsidie te verwezenlijken, artikel 4:37 e.v. Awb. Zit tussen de verlening en de vaststelling.
- Voorwaarden zien op de voorfase van de verlening van subsidies. Dus een voorwaarde om aan een verlening te voldoen, artikelen 4:33 en 4:34 Awb.
Waar heeft Titel 4.4. Awb betrekking op?
heeft betrekking op de formele vaststelling en afwikkeling van geldschulden van de overheid aan de burger en de invordering van geldschulden van de burger door een bestuursorgaan. Bijvoorbeeld door bo: subsidie. Aan bo: last onder dwangsom.