Week 6 - Bijzondere procedures, (meer)partijen en incidenten Flashcards
(28 cards)
Wie is de formele procespartij?
Dit is de (rechts)persoon wiens naam op de uitspraak staat.
Wie is de materiële procespartij?
Dit is wie daadwerkelijk belang heeft bij de uitspraak.
Waarom is het onderscheid tussen de formele en de materiële procespartij van belang?
Dit is van belang om te bepalen wie het vonnis ten uitvoer kan leggen, wie de proceskosten moet betalen en wie een rechtsmiddel in kan stellen.
Waarvoor is het van belang om te weten wie de procespartijen zijn?
Art. 236 lid 1 Rv
Een vonnis heeft enkel kracht van gewijsde tussen de partijen.
Noem enkele voorbeelden waarin een procespartij kan wijzigen.
- Overlijden
- Meerderjarig worden van een kind
- Fusie/splitsing/naamswijziging
- Overname vordering
- Lastgeving
Welke gevolgen kan een hiervoor genoemde wijziging in procespartijen hebben?
- Schorsing (art. 225 Rv)
- Hervatting op nieuwe naam (art. 227 Rv)
Welke opties staan open voor derden wanneer zij menen belang te hebben bij de uitkomst van een procedure?
- Meerdere partijen in dagvaarding
- Vrijwaring
- Voeging/tussenkomst
- Derdenverzet
- Gedwongen deelname
- Amicus curiae
Wat is het verschil tussen de gedwongen deelname en voeging?
Art. 118 Rv
Voeging geschiedt op verzoek van de derde zelf. De gedwongen deelname geschiedt ambtshalve of op verzoek van een partij.
Wat is amicus curiae?
Art. 393 lid 2 Rv
Dit is een procedure bij de Hoge Raad waarbij ook anderen dan partijen in de gelegenheid worden gesteld om opmerkingen te maken.
Wat zijn incidenten?
Naast de gewone procedure is er iets wat de aandacht van de rechter vraagt en wat niet rechtstreeks te maken heeft met de uitkomst van de zaak.
Noem enkele voorbeelden van incidenten.
- Vrijwaring (art. 210 Rv)
- Voeging/tussenkomst (art. 217 Rv)
- Voorlopige voorzieningen (art. 223 Rv)
- Zekerheidsstelling proceskosten (art. 224 Rv)
- Schorsing (art. 225 Rv)
- Afbreking/verval van instantie (art. 246-253 Rv)
- Wraking (art. 36-41 Rv)
Hoe dienen incidenten aangevraagd te worden?
Art. 208 lid 1 Rv
Dit dient te gebeuren bij dagvaarding of conclusie.
Wat is vrijwaring?
Er wordt een tweede procedure gestart naast de gewone procedure. Deze wordt gekoppeld aan de gewone procedure. Op deze manier kan gelijktijdig worden beslist over de zaak en komen er geen tegenstrijdige uitspraken. Komt veel voor bij verzekeringen.
Wat is verval van instantie?
Dit kan je verzoeken wanneer je vindt dat de zaak afgelopen moet zijn zonder dat de rechter een uitspraak heeft gedaan.
Wat is een kort geding?
Art. 254 lid 1 Rv
Een kort geding is een procedure welke gestart kan worden in spoedeisende zaken. De voorzieningenrechter kan een onmiddellijke voorziening bij voorraad treffen. Het kort geding loopt altijd naast een bodemprocedure.
Zijn de normale regels van toepassing op het kort geding?
In beginsel is dit wel het geval. De uitzondering hierop is wanneer het toepassen van de gewone regels niet op zijn plaats zou zijn. Ook art. 6 EVRM is van toepassing.
Om welke reden voeren mensen kort gedingen?
Om de rechter een verbod, gebod of bevel op te laten leggen. Ook kan het zijn dat ze bepaalde stukken bewijs willen hebben (exhibitieplicht).
Hoe lang is de oproepingstermijn bij een kort geding?
De normale regels voor de dagvaardingsprocedure gelden. Hierom geldt art. 117 Rv. In beginsel is dit 7 dagen, maar kan verkort worden.
Welke werking heeft de uitkomst van het kort geding ten aanzien van de behandeling in de bodemprocedure?
Art. 257 Rv
De uitspraak in het kort geding werkt niet bindend ten aanzien van de bodemprocedure. De rechter moet in de bodemprocedure dus nog onderzoek doen.
Waarom hebben we collectieve procedures?
Indien een hele grote groep mensen schade heeft ondervonden of een vordering heeft op één (rechts)persoon, dan is het niet handig om allemaal afzonderlijke zaken te starten tegen deze (rechts)persoon.
Welke collectieve procedures kennen we?
- Claimstichting met cessie en lastgeving
- Stichting tot belangenbehartiging (ideëel doel, art. 3:305a lid 6 BW)
- WCAM: art. 7:907 BW en art. 1013 Rv
- WAMCA: art. 3:305a BW en art. 1018b Rv
Wat gebeurt er bij de collectieve procedure ‘claimstichting met cessie en lastgeving’?
Een groep mensen welke vorderingen hebben op een rechtspersoon stichten een stichting op. Zij cederen ieder hun vordering aan deze stichting. De stichting dagvaart vervolgens de rechtspersoon. Zij vordert vervolgens nakoming.
Wat gebeurt er bij de collectieve procedure ‘Stichting tot belangenbehartiging’?
Er is een stichting. Deze stichting dagvaart vervolgens een rechtspersoon. Door de rechtspersoon te dagvaarden behartigt zij de belangen van een groep mensen of dieren. Zij vordert een bevel, gebod of een verklaring voor recht.
Wat gebeurt er bij de collectieve procedure ‘WCAM’?
Een groep mensen heeft schade geleden. Als rechtspersoon zijnde wil je hier in één keer en voor altijd van af zijn. De rechtspersoon gaat met de groep onderhandelen en komt met een schikkingsvoorstel. Vervolgens gaan partijen naar het Hof Amsterdam. Hier vragen zij om dit schikkingsvoorstel bindend te laten verklaren.