Week 8: Potentieel levensbedreigend: Nieren - Urinewegen - Blaas Flashcards

(39 cards)

1
Q

Van welke diagnostische methoden maakt men in de urologie gebruik? Wat behelzen deze? Bij welke klacht(en) worden de diverse onderzoeken verricht?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Macroscopische hematurie is een alarmsymptoom. Hoe luidt de differentiële diagnose bij hematurie? Welke overwegingen spelen daarbij een belangrijke rol? Bij welke aandoeningen is er meestal sprake van terminale hematurie? Welke andere klachten kunnen optreden bij patiënten met niercelcarcinoom of blaascarcinoom?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de oorzaken, verschijnselen en mogelijke behandelingen van acuut letsel van de nieren, blaas, prostaat, urethra, penis, scrotum en de testes?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Een acute niersteenkoliek is zeer pijnlijk. Hoe verloopt gewoonlijk de diagnostiek en behandeling? Welke behandelingen van urolithiasis zijn er zoal mogelijk? Wanneer past men welke toe? Wat zijn de typische epidemiologische kenmerken van urolithiasis? Welke oorzaken van steenvorming zijn er? Wat zijn de algemene adviezen voor metafylaxe bij urolithiasis?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Urge incontinentie treedt veelal plotseling op! Men voelt het soms niet aankomen of men is er te laat bij. Welke mogelijke oorzaken zijn er? Welke vormen van aanvullende diagnostiek worden toegepast? Wat wordt er gemeten bij “urodynamisch onderzoek”? Wat zijn de punten van observatie bij het lichamelijk onderzoek en urethrocystoscopie bij dergelijke patiënten?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke behandelingen zijn er voor urge-incontinentie? Welke potentiële bijwerkingen hebben anticholinergica (parasympathicolytica oftewel blaasremmers)?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Verdiep u in de epidemiologie, pathogenese, anamnese, urineonderzoeken, verdere aanvullende onderzoeken en mogelijke behandelingen van ongecompliceerde en gecompliceerde urineweginfecties. Welke antibiotica worden het meest voorgeschreven?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Aangeboren afwijkingen komen meestal tot uiting in de vorm van urineweginfecties. Wat zijn de belangrijkste kenmerken van subpelviene stenose, mega-ureter, ureterocéle, urethrakleppen, vesico-ureterale reflux, cysteuze nierafwijkingen, hoefijzernier, ureterectopie, prune-belly syndroom en blaasextrofie?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

et niet kunnen introduceren van een blaaskatheter, bijvoorbeeld voorafgaand aan een grote operatie is een acuut probleem. Wat kunnen oorzaken zijn van een urethrastrictuur? Wat is de meest voorkomende locatie in de urethra? Wat is in Nederland de meest voorkomende oorzaak? Welke behandelingen zijn er voor een man met een urethrastrictuur mogelijk?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Paraphimosis bij volwassenen dient bij voorkeur terstond verholpen te worden? Wat is het verschil met phimosis? Wat wordt er bij circumcisie gedaan?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bij de geboorte van een jongetje kan blijken dat hij een afwijking aan zijn penis heeft. Voor menig ouder is dat een traumatische belevenis. Om welke afwijkingen gaat het? Wanneer dienen dergelijke afwijkingen bij voorkeur te worden behandeld?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Tevens kan blijken dat de teelballen niet zijn ingedaald. Hoe vaak komt dat voor? Wat zijn in dat verband retractiele testes? En ectopische testis? Wat zijn mogelijke gevolgen van niet tijdig ingedaalde testes op latere leeftijd?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de verschillende oorzaken van het acute scrotum? Wat zijn de bijbehorende behandelingen? Hoe kan men onderscheid maken met onschuldiger aandoeningen als hydrocéle, spermatocèle en varicocèle? Wat behelzen deze drie laatstgenoemde afwijkingen?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Een beklemde liesbreuk vormt een acuut probleem. Maar wat is eigenlijk een hernia inguinalis? Is het bij kinderen anders? Welke vormen zijn er? Verschijnselen van beklemming?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Beschrijf de anatomie van het lieskanaal. Wat vormt de bodem, wat vormt de achterwand, wat vormt de voorwand? Uit welke structuren is de funiculus spermaticus opgebouwd?

A

-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Geef aan uit welke drie lagen de filtratiebarrière in de glomerulus bestaat.

17
Q

Geef aan door welke 3 variabelen de glomerulaire hydrostatische druk wordt bepaald.

18
Q

Leg uit hoe de GFR bij relatief grote schommelingen in de bloeddruk nauwelijks verandert.

19
Q

Geef een indeling van ARF (Acute Renal Failure: synoniem aan acuut nierfalen of Acute Nier Insufficiëntie).

20
Q

Geef aan hoe je met eenvoudig urineonderzoek aannemelijk kan maken, dat er een prerenale oorzaak is voor de ARF.

21
Q

Wat is de meest frequente oorzaak van een ernstige vorm van ARF, waarvoor hemodialyse noodzakelijk is?

22
Q

Geef een pathofysiologische indeling van Acute Tubulus Necrose (ATN).

23
Q

Noem twee pathogenetische factoren, die gerelateerd zijn aan ATN.

24
Q

Wat is de belangrijkste therapeutische maatregel in geval van prerenale ARF.

25
Geef de conservatieve maatregelen aan bij de behandeling van ARF.
-
26
Geef de indicaties voor een hemodialysebehandeling in geval van ARF.
-
27
Beschrijf de basisprincipes van hemodialysebehandeling.
-
28
Geef enkele voorbeelden van acute interstitiële nefritis door geneesmiddelen.
-
29
Geef een beschrijving van een “klassiek”klinisch beloop van acute interstitiële nefritis door geneesmiddelen
-
30
Wat zijn typerende laboratoriumbevindingen in bloed en urine bij acute interstitiële nefritis door geneesmiddelen?
-
31
Benoem de kenmerken van “Acute NephriticSyndrome”
-
32
Geef twee vormen van antilichaam geassocieerde schade in de glomerulus
-
33
Geeft twee manieren waarop het complementsysteem een rol kan spelen in geval van antilichaam geassocieerde schade aan de glomerulus
-
34
Geef een indeling van oorzaken vanAcute NephriticSyndrome en geef van elke groep een aantal voorbeelden
-
35
Geef een indeling van “RapidlyProgressive Glomerulonephritis (RPGN)”[synoniem Cr(escentic)GN]
-
36
Wat is in de meeste gevallen het klinische beloop van RPGN?
-
37
et wat voor beeldvormend onderzoek onderscheid je een postrenale oorzaak van renale dan wel prerenale oorzaak van acute nierinsufficiëntie?
-
38
Wat zijn de bijwerkingen van corticosteroïden?
-
39
Wat zijn (naast de algemene bijwerkingen van afweeronderdrukkende medicijnen) de meer specifieke bijwerkingen van cyclofosfamide (Endoxan®) in geval van toepassing bij jonge mensen?
-