Wg Vtv Flashcards

1
Q

4 domeinen (OPFG)

A

Omgeving
Psychosociaal
Fysiologisch
Gezondheid gerelateerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

S,K,G scoreschalen

A

Status
Kennis
Gedrag
Allemaal 1 tot 5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke soorten acties bij omaha

A

AIB (adviseren, instrueren, begeleiden)
B (behandelen en procedures toepassen)
CM (case managen)
MB (monitoren, bewaken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt bepaald welke zorg nodig is (mag alleen door HBO-V of hoger indicatie gedteld worden)

A

Volgens klinisch redeneren, op basis van patient gegevens en hoeveel tijd het kost

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar is indiceren op gebaseerd

A

Versterken van eigen regie en zelfredzaamheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat wordt gebruikt voor ondervoeding en welke stappen zijn er

A

Snaq 65+
1 : gewichtsverlies (meer dan 4kg)
2 : bovenarmomtrek (Minder dan 25cm)
3 : eetlust en functionaliteit
4 : behandelbeleid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoeveel procent van vrouwen krijgt juiste informatie tijdens zwangerschap

A

10

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoeveel procent beëindigd vroegtijdig zwangerschap

A

40

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Positieve gezondheidsaspecten van hauber (6)

A

Lichaamsfuncties
Mentaal welbevinden
Zingeving
Kwaliteit van leven
Meedoen
Dagelijks functioneren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat valt onder basispakket zvw

A

Huisarts, medisch specialist verblijf ziekenhuis medicijnen geestelijke gz paramedische diensten geboortezorg hulpmiddelen wijkverpleging en revalidatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wie bepaalt het zorgproduct in ggz

A

Medisch specialist of psychiater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe wordt zorg betaald? 5 elementen

A

Overheidsbijdrage
Inkomensafhankelijke bijdrage
Zorgpremies
Eigen risico
Aanvullende verz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

CAK

A

Centraal Administratiekantoor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar zorgt cak voor

A

Innen eigen bijdrage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wie zijn inkopers van de zorg

A

Zorgverzekeraars zorgkantoren en gemeente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de financieringsmogelijkjheden voor zorg

A

Zorg in natura, pgb, en restitutie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Op welke 4 punten is de overheid verantwoordelijk voor de zorg

A

Beschikbaarheid, bereikbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Nza en igj

A

Nederlandsezorgautoriteit en inspectie voor gezondheidszorg&jeugd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wvggz

A

Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Welke 2 procedures gaan in stand bij een verplichte behandeling volgens wvggz

A

Zorgmachtiging en crisismaatregel (binnen 24 uur via de burgemeester)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de voorwaarden van een zorgmachtiging

A

Er is sprake van ernstig nadeel
Er is geen alternatief
Zorg is proportioneel (op de juiste plek)
Zorg is effectief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Voorwaarden crisis maatregel

A

Dreigend ernstig nadeel voor pers. Zelf of omgeving
Vermoeden Psychische stoornis
Nadeel wegnemen
Patient vetzet zich
Geen tijd voor reguliere procedure

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Welke beginselen worden in acht genomen bij verplichte zorg

A

Proportionaliteit, subsidiariteit, doelmatigheid en veiligheid

24
Q

Bopz

A

Bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen

25
Q

Wat valt onder onvrijwillige zorg

A

Toedienen voeding
Toedienen medicatie die invloed heeft op gedrag en bewegingsvrijheid
Beperking bewegingsvrijheid
Toezicht op cliënt (camera’s)
Beperking om eigen leven in te richten
Beperking in ontvangst van bezoek

26
Q

Mag onvrijwillige zorg toegepast worden bij vrijwillige opname?

A

Ja

27
Q

IBS

A

Inbewaringstelling (verplichte opname in spoedsituatie)

28
Q

Wannneer gaat palliatieve zorg in

A

Als de ziekte niet meer te genezen is, wordt gedaan met suprise question (vermoeden van niet langer dan 1 jaar te leven)

29
Q

4 fasen palliatieve zorg

A

1 ziektegericht (kw. Van leven)
2 symptoomgericht (leven)
3 stervensfase (sterven
4 nazorg (sterven)

30
Q

Veel voorkomende klachten pal. Fase

A

Pijn misselijkheid obstipatie jeuk benauwdheid

31
Q

Wanneer terminale zorg (tijd)

A

Levensverwachting niet langer dan 3 maanden

32
Q

5 fases van kubler ross rauwproces

A

Ontkenning
Woede
Marchanderen
Verdriet en depressie
Aanvaarding

33
Q

Wat is refractair

A

Als geen van de behandelingsmogelijkheden voldoende snel effectief zijn en/of gepaard gaan met onaanvaardbare bijwerkingen

34
Q

Anti emetica

A

Tegen misselijkheid

35
Q

3 vormen palliatieve sedatie

A

1 continue sedatie (minder dan 2 weken te leven)
2 intermitterende sedatie
3 acute sedatie (levensverwachting van enkele minuten tot uren)

36
Q

Hoelang wachten na inbrengen glijmiddel met anestheticum

A

5 tot 7 min

37
Q

Hoeveel ml water voor ballon

A

10 ml

38
Q

Hoeveel ml glijmiddel on de urinebuis

A

10 tot 15 ml

39
Q

Spaanse kraag

A

Parafimose, insnoering doordat voorhuid achter eikelrand komt te zitten en gaat opzwellen

40
Q

Wanneer steriel wanneer niet steriel bij katheteriseren

A

Niet steriel : schoonmaken van penis/vagina

Steriel : inbrengen katheter

41
Q

Urinebuis man aantal cm

A

20 tot 25 cm

42
Q

Urinebuis vrouw

A

3 tot 5 cm

43
Q

Wat te doen bij ineffectieve afvloeiing urine

A

Lichte druk uit oefenen op het schaambeen, man is dit boven de penis, vrouw boven de schaamlippen

44
Q

Hoe heet opening eurethra

A

Meatus

45
Q

Waarom is de kans op een uwi groter bij vrouwen

A

Bacterien in endeldarm kunnen door korte urinebuis sneller bij de eurethra terecht komen

46
Q

Wat wordt gebruikt als glijmiddel en anestheticum om bacterien te doden en te verdoven

A

Instala gel

47
Q

Bovenste luchtwegen

A

Neus (pharynx) en keelholte tot strottenhoofd (larynx)

48
Q

Onderste luchtwegen

A

Ook strottenhoofd luchtpijp en longen

49
Q

Wanneer tracheotomie/stoma

A

Zwelling luchtwegen
Obstructie door :
Vreemd voorwerp of tumor
Inadequaat functioneren van stembanden
Langdurige beademing

50
Q

Verwijding strottenhoofd

A

Laryngectomie

51
Q

Verschillen tomie en stoma

A

Tomie blijf verbinding boven en onderlichtwegen stoma niet
Ademen via neus of mond mogelijk stoma niet
Tomie wel sembanden stoma niet
Geen verbinding tussen luchtpijp en slokdarm, tomie wel nog vervinding
Stoma niet verslikken tomie wel
Tomie = tijdelijk
Stoma = definitief

52
Q

Hoe wordt slokdarmspraak ook wel genoemd

A

Injectiespraak : wordt dan lucht op een bepaalde manier achter in de slokdarm geperst

53
Q

Welke soort canules zijn er en hoe lang gaan ze mee

A

Zilver of metaal : gaan 10+ jaar mee en geven minder slijmproductie

Kunstof : pvc of siliconen : 4 weken, slijm koekt snel aan

54
Q

Stoma canule type
Tomie canule type

A

Stoma = eendelig
Tomie = 2delig, binnenkant kan eruit om te verschonen

55
Q

Waarvoor dient een cuff

A

Om de ingeademde lucht binnen te houden tot uitademing plaatsvind. Anders gaat er tevorens te veel lucht uit
Ook om te voorkomen dat voedselresten en bloed de luchtwegen in gaan (wordt 3x per dag geleegd)

Opgeblazen cuff bevat 5 tot 7ml lucht

56
Q

Waarvoor dient :
1. Splitgaas
2. Canuleband
3. Filter of kunstneus

A
  1. Opvangen van slijm en vermindering kans op decubitus
  2. Bevestiging voor canule
  3. Verwarmt en zuivert de lucht (normaal functie neus)
57
Q

Hoelang duurt het voordat stoma def vorm heeft aangenomen

A

Half jaar