Woorden met g en h Flashcards
(17 cards)
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

H
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

H
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?
…OED
G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

H
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

H
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

G
- Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

H
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

H
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?

G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?
…EK
G
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?
…IER
H
Schrijf je dit woord met een ‘g’ of een ‘h’?
…OE
H