Woordenschat D.C. Syllabus 1 Flashcards

(49 cards)

1
Q

het privaatrecht

A

droit privé

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

het burgerlijk recht

A

droit civil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

het burgerlijk
wetboek

A

le code civil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de schuldeiser

A

créancier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de schuldenaar

A

débiteur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de bekwaamheid

A

la capacité

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de burgerlijke stand

A

l’état civil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de feitelijke samenwoning

A

la cohabitation de fait

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de wettelijke samenwoning

A

la cohabitation légale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

het huwelijk

A

le mariage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

het huwelijkscontrat

A

le contrat de mariage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

het overspel

A

l’adultère

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

de gezinswoning

A

le logement familial

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

de langslevende echtgenoot

A

le conjoint survivant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

het vermogen

A

le patrimoine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gemeenschappelijke goederen

A

biens communs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

eigen goederen

A

biens propres

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

de echtscheiding

A

le divorce

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

de afstamming

A

la filiation

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de moederlijke afstamming

A

la filiation maternelle

21
Q

het
draagmoederschap

A

gestation pour autrui

22
Q

de vaderlijke afstamming

A

la filiation paternelle

23
Q

De meemoeder

24
Q

de adoptie

25
het minderjarige kind
l'enfant mineur
26
het ouderlijk gezag
l'autorité parentale
27
ouders
parents
28
De gelijkmatig verdeelde huisvesting
l'hébergement égalitaire
29
Het beschikkingsbeginsel
le principe dispositif
30
de nalatenschap
la succession
31
de erfgenaam
l'héritier
32
De onwaardigheid
l'indignité
33
De vergiffenis
le pardon
34
De wettelijke erfopvolging
La dévolution légale
35
afstammelingen
les descendants
36
nauwe zijverwanten
Les collatéraux proches
37
ascendenten
les ascendants
38
gewone zijverwanten
Les collatéraux simples
39
De plaatsvervulling
la substitution
40
De kloving
la fente
41
het testament
le testament
42
het legaat
le legs
43
de schenking
la donation
44
De ouderlijke boedelverdeling
le partage d'ascendants
45
de globale erfovereenkomst
le pacte successoral global
46
De echtscheiding door onderlinge toestemming
Le divorce par consentement mutuel
47
De echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting
Le divorce pour cause de désunion irrémédiable
48
De echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting
Le divorce pour cause de désunion irrémédiable
49
De onderhoudsbijdrage
La contribution alimentaire