Woordenschat H4 L1 Flashcards by sterre deconinck

Q

de uitnodiging

A

die Einladung
die Einladungen

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

de verjaardag

A

Der Geburtstag
Die Geburtstage

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

het verjaardagsfeestje

A

die Geburtstagparty
die Geburtstagpartys

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

het feestje

A

die Party
die Partys

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

uitnodigen

A

einladen

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

verwachten

A

erwarten

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

vieren

A

feiern

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

feliciteren

A

gratulieren

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

meebrengen

A

mitbringen

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

zenden, sturen

A

schicken

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

vanavond gaan we zwemmen/ iets drinken

A

Heute Abend gehen wir schwimmen/ etwas trinken

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

op de 15de april hebben we iets te vieren

A

Am fünfzehnten April haben wir etwas zu feiern

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

volgende week wordt ik 16

A

Nächste Woche werde ich sechzehn

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

morgen is er een feestje

A

Morgen gibt es eine Party

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

kom jij ook

A

Kommst du auch

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

Heb je zit

A

Hast du Lust/ Zeit

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

ik zou heel blij zijn/ het zou mij een genoegen zijn

A

Es würde mich freuen

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

bel me

A

Ruf mich mal an

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

stuur me een Whatsapp terug

A

Schick mir eine WhatsApp zurück

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

laat me iets weten

A

Gib mir Bescheid

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

danku voor de uitnodiging

Study These Flashcards

A

Vielen Dank für die Einladung

Q

dank u

Study These Flashcards

A

Danke schön

Q

gefeliciteerd (2)

Study These Flashcards

A

Herzlichen Glückwunsch
Gratuliere

Q

ik zal er zeker zijn

Study These Flashcards

A

ich komme auf jeden Fall.

ik heb een mooi cadeau gekocht voor jou

ich habe ein schönes Geschenk für dich

wanneer/waar treffen we ons

Wann/ Wo treffen wir uns

dat is het geweldigst

das ist der Hammer

dat zou leuk zijn

Das wäre toll

fantastisch

Phantastisch

nou, graag

Na, gerne

Natuurlijk

Natürlich

vanzelfspreken

Selbstverständlich

jammer genoeg kan ik niet

Leider kann ich nicht

ik ben niet thuis

Ich bin nicht zu Hause

ik kan niet, ik moet werken

Ich kann nicht, ich muss arbeiten

dan heb ik al plannen

Da habe ich schon Pläne

jammer genoeg gaat dat niet

Leider geht das nicht

spijtig, dan kan ik niet

Schade Da kann ich nicht

januari

Januar

februari

Februar

maart

März

april

April

Mei

Mai

Juni

Juni

juli

Juli

augustus

August

September

September

Oktober

Oktober

November

November

December

Dezember