XVII Ad hominem v. ad rem Flashcards

1
Q

Ad hominem

A

Op de man spelen

Voor de man = retorica (gaat niet over geldigheid)

Indien indirect: categoriefout
Drogredenering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ad rem

A

Blijf bij de zaak

Geldige redenering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Tu quoque = ad hominem

A

Jij ook / Kijk eens eens naar jezelf / Jijbak

Verwarring van:

  • bron (spreker en diens geloofwaardigheid)
  • stelling (te toetsen onafhankelijk van bron)

Feiten zijn geen normen!
Ad hominem

A: Bedankt voor de belangstelling in mijn leven, maar dat zegt niets over het standpunt voor ons.
A: Mijn persoonlijke leven gaat je helemaal niets aan.
A: Het gaat niet om mij!
A: Alleen omdat ik het niet doe, betekent het niet dat de norm fout is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly