Zenuwstelsel Flashcards
(107 cards)
1
Q
Witte stof (ruggenmerg)
A
door de myelineschedes
2
Q
Grijze stof (ruggenmerg)
A
door de zenuwcellichamen
3
Q
ganglion spinale
A
verzameling van zenuwcellichamen in de dorsale radix
4
Q
ramus dorsale
A
gaat epaxiaal deel van de thorax innerveren
- ramus medius => myotoom (innervatie spieren)
- ramus lateralis => dermatoom (innervatie huid)
! per spinale zenuw 1 dermatoom
5
Q
ramus ventrale
A
gaat hypaxiaal deel van de thorax innerveren
- ramus medius => myotoom
- ramus lateralis => dermatoom
! per spinale zenuw 1 dermatoom
6
Q
Ruptuur van de tussenwervelschijf
A
de nucleus pulposus kan hierdoor uitpuilen en drukt op zenuwen en bloedvaten met als gevolg het vervallen van de functie
7
Q
Verval zenuw voor T2
A
letsels aan het voorste lidmaat (heel ver naar voor)
8
Q
Vanaf C6
A
radix dorsaliis nog steeds per segment maar radix ventralis gaan vermelten en vormen op die manier ene netwerk = plexus brachialis
9
Q
Gemengde zenuw
A
is zowel sensiebel als motorisch
= takjes naar zowel de huid als naar de spieren
10
Q
Aftakkingen plexus brachialis (8)
A
- n. suprascapularis
- n. subscapularis
- n. musculocutaneus
- n. radialis
- n. axillaris
- n. medianus
- n. pectorales
- n. ulnaris
11
Q
n. suprascapularis
A
- C6, C7
- zuiver motorisch
- ligt op een kwetsbaare plaats = grotere kans op uitval => Sweeney
12
Q
n. suprascapularis I
A
- m. supraspinatus
- m. infraspinatus
13
Q
n. suprascapularis V
A
- ontstaat uit voorste gedeelte van plexus brachialis
- dringt tussen m. subscapularis en m. supraspinatus naar de laterale zijde van collum scapulae
- loopt samen met de a. suprascapularis
14
Q
Sweeney
A
Afwijking bij het uitvallen van de n. suprascapularis
m. supraspinatus kan functie niet meer uitoefenen = strekken van de schouder
m. infraspinatus kan functie niet meer uitoefenen = strekken + buigen van de schouder en functie als laterale collateraalband
=> Strekfunctie wordt vervangen door m. biceps, m. brachiocephalicus, m. pectorales
=> Functie als laterale collateraalband kan niet worden opgelost door een andere spier. Gevolg = schouder gaat naar buiten klappen
Bovendien gaan de spieren enorm atrofiëren en wordt de spina scapulae duidelijker zichtbaar
15
Q
n. subscapularis
A
- C6, C7, C8
- zuiver motorisch
16
Q
n. subscapularis I
A
- m. subscapularis
17
Q
n. subscapularis V
A
- onstaat uit plexus brachialis
- de verschillende zenuwvezels lopen lateraal van de plexus brachialis
- liggen bovenop de m. subscapularis
18
Q
n. musculocutaneus
A
- C7, C8
- gemengd
19
Q
n. cutaneus antebrachii medialis (n. musculocutaneus) V
A
Eq tot ondervoet
Ru fusie met n. cuteneus antebrachii lateralis thv carpus
Carn eindigt boven de carpus
20
Q
ramus communicans
A
Extra tak bij kleine huisdieren
Staat in verbinding met n. medianus
21
Q
n. musculocutaneus I
A
- buigers van de elleboog
- dorsomediale huid van de onderarm, carpus, metacarpus en de tenen
22
Q
n. musculocutaneus V
A
- ontstaat uit plexus brachialis, caudaal van n. suprascapularis
- loopt lateraal van a. axillaris
- vormt bij GHD samen met de n. medianus een ring rond de a. axillaris = ansa axillaris
23
Q
n. musculocutaneus A
A
- ramus muscularis proximalis
- ramus muscularis distalis
- n. cutaneus antebrachii medialis
24
Q
ramus muscularis proximalis V
A
ontstaat thv a. circumflexa humeri cranialis en dringt samen met deze arterie tussen de twee delen van de m. coracobrachialis
25
ramus muscularis proximalis I
- m. coracobrachialis
| - m. biceps brachii
26
ramus muscularis distalis V
ontstaat halverwege de humerus mediaal van de m. biceps brachiii
27
ramus muscularis distalis I
grootste deel van m. brachialis
28
n. cutaneus antebrachii medialis V
loopt eerst tussen humerus en m. biceps brachii, vervolgens tussen m. biceps bachii en m. brachialis en komt dan tussen m. brachialis en m. extensor carpi radialis aan de oppervlakte
29
n. axillaris
- C6, C7, C8
| - gemengd
30
n. axillaris I
- buigers van het schoudergewricht
| - huid craniaal van de boven- en onderarm
31
n. axillaris V
- ontstaat uit het midden van de plexus brachialis
- drait met a. circumflexa humeri caudalis naar de buigblakte van het schoudergewricht
- kruipt tussen m. subscapularis en m. teres major
- kruipt tussen caput longum en caput laterale van m. triceps brachii
- de huidtak komt aan de achterrand van de m. deltoideus over het caput laterale van m. triceps brachii tevoorschijn
32
n. axillaris A
- rr. muscularis
- n. cutaneus brachii lateralis cranialis
- n. cutaneus antebrachii cranialis
33
n. cutaneus brachii lateralis cranialis I
huid lateraal van de bovenarm
34
n. cutaneus antebrachii cranialis V
komt tevoorschijn aan de achterrand van m. deltoideus over caput laterale van m. triceps brachii, draait naar de dorsolaterale vlate van de onderarm om thv da carpus te eindigen
35
n. cutaneus antebrachii cranialis I
huid van de buigblakte van de elleboog en de dorsolaterale vlajte van de onderarm tot boven de carpus
36
nn. pectorales
- C7,C8,T1
| - zuiver motorisch behalve n. thoracicus lateralis
37
nn. pectorales A
- nn. pectorales cranialis
- nn. pectorales caudales
- n. thoracicus longus
- n. thoracodorsalis
- n. thoracicus lateralis
38
nn. pectorales craniales I
- mm. pectorales superficialis
| - m. subclavius
39
nn. pectorales caudales I
- m. pectorales ascendens
40
n. thoracicus longus I
- pars thoracis van m. serratus ventralis
41
n. thoracodorsalis I
- m. latissimus dorsi
42
n. thoracicus lateralis I
m. cutaneus trunci
43
n. radialis
TWIO
- C6, C8, T1
- gemengd
44
Afwijking n. radialis
Wanneer een zwaar dier op de operatietafel ligt dan leunt deze met zijn borstkas op zijn onderarm waardoor de n. cutaneus antebrachii lateralis wordt geplets. Na een LANGE operatie is een kneuzing van deze zenuw mogelijk. De prikkel van het ruggenmerk naar de carpus en tenen en omgekeerd kan niet meer worden doorgegeven. Met het gevolg is dat alle strekkers van de tenen en de carpus uitvallen en dat de buigers overactief worden dus de carpus en de tenen zullen gebogen staan. Bij carn zien we tenslotte ook nog pronatie.
45
n. radialis V
- ontstaat uit het midden- en achterdeel van plexus brachialis
- loopt caudaal van n. ulnaris
- halverwege de bovenarm dringt de n. radialis aan dea chterrand van m. teres major naar lateraal
- kruipt tusen caput mediale en caput longum van m. triceps brachii naar lateraal
- komt tevoorschijn aan de laterale zijde van het voorbeen aan de onderzijde van caput laterale van m. triceps brachii
46
n. radialis I
- strekkers van de elleboog, carpus en van de tenen
| - sensibele innervatie van de laterale zijde van het voorbeen vanaf de bovenarm tot en met de tenen
47
n.radialis A
- rr. musculares
- n. cutaneus brachii lateralis caudalis
- ramus profundus
- n. cutaneus antebrachii lateralis
48
rr. musculares V
caudaal van m. brachialis worden verschillende zenuwtakjes afgegeven
49
rr. musculares I
m. triceps brachii, m. anconeus, m. tensor fasciae antebrachii
50
n. cutaneus brachii lateralis caudalis V
ontstaat caudaal van m. brachialis lateraal van de bovenarm
51
n. cutaneus brachii lateralis caudalis I
huid op caput laterale van m. triceps brachii
52
ramus profundus V
volgt dea chterrand . brachialis, draait lateraal om de humerus naar de buigvlakte van de elleboog, vertakt zich proximaal op radius in de strekkers die liggen thv de onderarm
53
ramus profundus I
m. brachialis
strrekkers carpus en teen
supinatoren (Carn)
54
n. cutaneus antebrachii lateralis V
komt aan de onderrand van caput laterale van m. triceps brachii aan de oppervlakte
55
n. cutaneus antebrachii lateralis I
Eq stopt boven de carpus
Ru fusie met n. cutaneus antebrachii medialis
Carn stopt op de tenen
56
n. medianus
- C7, C8, T1, T2
| - gemengd
57
n. medianus V
Ontstaat uit de plexus brachialis en vormt bij GDH een ansa axillaris tezamen met n. musculocutaneus. Loopt caudaal van m. coracobrachialis en craniaal van a. brachialis richting het ellebooggewricht. Na het afsplitsen van de n. musculocutaneus bij GHD of van n. ulnaris bij KHD loopt hij verder naar de mediale zijde van het ellebooggewricht. Ontvangt bij KHD proximaal van het ellebooggewricht een ramus communicans van n. musculocuteaneus. Loopt onder de m. pronator teres naar de caudale zijde van de onderarm samen met a. mediana
58
n. medianus A
- rr musculares
- n. interosseus antebrachii
- nn. digitales palmares
59
rr. musculares V
worden afgegeven thv ellebooggewricht
60
rr. musculares I
buigspieren van de carpus en teen: m. flexor carpi radialis, m. flexor digitorum superfixialis en m. flexor digitorum profundus behalve het caput ulnare + pronatoren + mediaal gedeelte van het ellebooggewricht
61
n. interosseus antebrachii V
afsplitsing van de n. medianus thv spatium interosseum antebrachii proximale
62
n. interosseus antebrachii I
periost van de onderarm
63
nn. digitales palmares I
huid van de mediopalmaire zijde van de carpus, metacarpus en tenen
64
n. ulnaris
- T1, T2
| - gemengde zenuw
65
n. ulnaris V
tweede zwaarste tak die ontstaat uit de plexus brachialis.;; Loopt in caudoventrale richting, caudaal van a. brachialis, naar het ellebooggewricht
66
n. ulnaris A
- n. cuteaneus antebrachii caudalis
- rr. musculares
- r. dorsales
- r. palamares
67
n. cutaneu antebrachii caudalis V
ontstaat halverwege de bovenarm, duikt tussen m. tensor fasciae antebrachii en m. pectoralis transversus, komt sistaal van het olecranon aan de oppervlakte en vertakt zich in de huid. Loopt oppervlakkig verder in de ulnairspleet
68
n. cutaneus antebrachii caudalis I
huid caudomediaal en caudolateraal van de onderarm tot de carpus
69
rr. musculares V
de n. ulnaris loopt verder over de mediale zijde van het olecranon, caudaal van de epicondylus medialis van de humerus en duikt zo in de ulnairspleet samen met a. en v. collateralis ulnaris en zendt dan takjes af nar de spieren
70
rr. musculares I
m. flexor carpi ulnaris, m. flexor digitorum superficialis en m. flexor digitorum profundus
71
ramus dorslis V
wordt afgegeven proximaal van het os accessorium, kruipt tussen de twee ulnairspieren naar lateraal, loopt verder op de dorsale zijde van de carpus en metacaprus
72
ramus dorsalis I
huid dorsolateraal op de carpus, metacarpus en tenen
73
ramus palmaris V
wordt afgegeven proximaal van het os accessorium, loopt verder langs de mediale zijde van het os accessorium en langs de laterale rand van de buigpezen
74
ramus palmaris I
m. interosseus medius en caudolaterale huid van de metacarpus en tenen
75
Dorsale zijde ondervoet Eq
- n. digitalis dorsalis communis II
| - n. digitalis dorsalis communis III
76
n. digitalis dorsalis communis II V (Eq)
ontstaat uit ramus cranialis van n. cutaneus antebrachii medialis, ligt tussen pijn en mediaal griffelbeentje, eindigt thv het kogelgewricht
77
n. digitalis dorsalis communis III V (Eq)
is de verderzetting van ramus dorsalis van n. ulnaris, ligt tussen pijp en lateraal griffelbeetnje, eindigt thv kogelgewricht
78
Palmaire zijde ondervoet (Eq)
- n. palmaris medialis
- n. palmaris lateralis
- ramus communicans
- ramus palmaris van n. ulnaris
79
n. palmaris medialis (Eq) V
onstaat uit n. medianus boven de carpus, loopt langs de mediale zijde van de dpiere buiger, ligt halverwege de pijp caudaal van de gelijknamige vene en arterie en gaat thv het kogelgewricht over in n. digitalis palmaris medialis
80
n. palmaris lateralis (Eq) V
is de verderzetting van n. palmaris lateralis die ontstaat uit n. medianus boven de caprus, loopt langs de mediale zijde van het os accessorium, loopt langs laterale zijde van de diepe buiger, ligt halverwege de pijp caudaal van de gelijknamige vene en arterie . gaat thv het kogelgewricht over in n. digitalis palmaris lateralis
81
n. palmaris lateralis (Eq) A
- ramus profundus
| - ramus dorsalis
82
ramus communicans (Eq) V
halverwege de metacarpus zijn n. palmaris lateralis en n. palmaris medialis met elkaar verbonden door een ramus communicans, die schuin van medioproximaal naar laterodistaal loopt
83
ramus palmaris van n. ulnaris (Eq) V
loopt thv mediale zijde van os accessorium uit in n. palmaris lateralis van n. medianus
84
dorsale zijde ondervoet Ru
- n. digitalis dorsalis medialis
| - n. digitalis dorsalis lateralis
85
n. digitalis dorsalis medialis (Ru) V
ontstaat uit de versmelting tussen n. cutaneus antebrachii medialis (n. musculocutaneus) en n. cutaneus antebrachii lateralis ((n. radialis) boven de carpus, deelt zich halverwege de metacarpus op in een mediale en een laterale tak
86
n. digitalis dorsalis medialis (Ru) A
- n. digitalis dorsalis communis III
| - n. digitalis dorsalis communis II
87
n. digitalis dorsalis communis III (Ru) V
loopt axiaal op de kogel
88
n. digitalis dorsalis communis II (Ru) V
ligt thv da kogel craniaal van de palmaire leidingen
89
n. digitalis dorsalis lateralis (Ru) V
is de verderzetting van ramus dorsalis van n. ulnaris, loopt verder als n. digitalis dorsalis proprius IV abaxialis craniaal van de palmaire leidingen
90
palmaire zijde van de ondervoet Ru
- n. digitalis palmaris communis II
- n. digitalis palmaris communis III
- ramus communicans
- ramus palmaris van n. ulnaris
91
n. digitalis palmaris communis (Ru) II V
volgt a. digitalis palmaris communis II naar de voorzijde van de mediale bijklauw waar ze tussen de gelijknamige vene en arterie ligt
92
n. digitalis palmaris communis II (Ru) A
- n. digitalis palmaris proprius II axialis
| - n. digitalis palmaris proprius III abaxialis
93
n. digitalis palmaris communis III (Ru) V
volgt a. digitalis palmaris communis III naar de tussenspleet
94
n. digitalis palmaris communis III (Ru) A
- n. digitalis palmaris proprius III axialis
| - n. digitalis palmaris proprius IV axialis
95
ramus communicans (Ru) V
loopt palmair van de buigpezen naar lateraal en versmeelt daar met ramus superficialis van ramus palmaris van n. ulnaris
96
rmaus palmaris van n. ulnaris (Ru) V
loopt mediaal van het haakbeentje
97
ramus palmaris van n. ulnaris (Ru) A
- ramus profundus
| - ramus superficialis
98
Dorsale zijde ondervoet Carn
- ramus medialis van n. cutaneus antebrchii lateralis
- ramus lateralis van n. cutaneus antebrachii lateralis
- ramus dorsalis van n. ulnaris
99
ramus medialis van n. cutaneus antebrchii lateralis (Carn) A
- n. digitalis dorsalis communis I
| - n. digitalis dorsalis II abaxialis
100
ramus lateralis van n. cutaneus antebrchii lateralis (Carn) A
- nn. digitalis dorsales communes II, III en IV
101
ramus dorsalis van n. ulnaris (Carn) V
ligt op de dorsolaterale vlakte van de ondervoet
102
ramus dorsalis van n. ulnaris (Carn) A
n. digitlais dorsalis V abaxialis
103
palmaire zijde ondervoet Carn
- ramus medialis van n. medianus
- ramus lateralis van n. medianus
- ramus palmaris van n. ulnaris
104
ramus medialis van n. medianus (Carn) A
n. digitales palmares communes I en II
105
- ramus lateralis van n. medianus (Carn) A
n. digitales pallmares communes III
106
ramus palmares van n. ulnaris (Carn) A
- ramus profundus
| - ramus superficialis
107
Wat doen bij paard dat mankt?
Geleidingsanaesthesie uitvoeren = zenuwen verdoven om te kijken of paard dan nog mankt, indien nee = oorzaak gevonden, indien ja = verder werken. Wordt uitgevoerd van distaal naar proximaal.
- distale neurectomie: regio straalbeentje wordt gevoelloos
- proximale neurectomie:hoger sneetje maken
Nadeel: nagel wordt ook niet meer opgemerkt
