Zinnen F fa-ned Flashcards
(14 cards)
1
Q
Tu habites óu?
A
Waar woon jij?
2
Q
J’habite à Paris
A
Ik woon in Parijs
3
Q
Tu aimes Paris?
A
Houd jij van Parijs?
4
Q
Oui, parce que c’est une grande ville
A
Ja, omdat het een grote stad is
5
Q
Dans mon quartier, il y a un café
A
In mijn wijk is er een café
6
Q
Comment on va au café?
A
Hoe gaan wij naar het café?
7
Q
On va au café à pied
A
Wij gaan lopend naar het café
8
Q
Waar woon jij?
A
Tu habites óu?
9
Q
Ik woon in Parijs
A
J’habite à Paris
10
Q
Houd jij van Parijs?
A
Tu aimes Paris?
11
Q
Ja, omdat het een grote stad is
A
Oui, parce que c’est une grande ville
12
Q
In mijn wijk is er een café
A
Dans mon quartier, il y a un café
13
Q
Hoe gaan wij naar het café?
A
Comment on va au café?
14
Q
Wij gaan lopend naar het café
A
On va au café à pied
