zouten en zuren Flashcards

1
Q

wat is het bekendste zout

A

NaCl - keukenzout

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn positieve ionen

A

kationen - afstaan van elektronen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn negatieve ionen

A

anionen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ionaire stoffen zijn

A

zouten opgebouwd uit ionen en verbindingen tussen een metaal en niet metaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat voor formule hebben zouten

A

verhoudingsformules

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

kan vast zout stroom geleiden

A

nee, ionen kunnen niet van elkaar bewegen alleen trillen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is een elektrolyt

A

een stof die in een oplossing stroom kan geleiden (zout in water)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Samengstelde ionen

1) Hydroxide ion
2) sulfaation
3) sulfieten
4) carbonaation
5) waterstofcarbonaarion

A

1) OH-
2) SO4 2-
3) SO3 2-
4) CO3 2-
5) HCO3 -

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

samengestelde ionen

1) fosfaation
2) nitrieten
3) nitraation
4) ammoniumion

A

1) PO4 3-
2) NO2 -
3) NO3 -
4) NH4 +

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de verhoudingsformule van deze zouten

1) natriumsulfaat
2) magnesiumhydroxide
3) calciumfosfaat
4) ammoniumchloride

A

1) Na2SO4
2) Mg(OH)2
3) Ca3(PO4)2
4) NH4CL

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de verhoudingsformule van deze zouten

5) natriumwaterstofcarbonaat
6) aluminiumhydroxide
7) Koper(I)sulfaat
8) Koper(II)sulfaat

A

5) NaHCO3
6) Al(OH)3
7) Cu2SO4
8) CUSO4

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat mengt goed met elkaar vanwege waterstofbruggen?

A

methylalcohol en alcohol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is de systematische naam van de verhoudingsformule PbO2?

A

Lood(IV)oxide

lood heeft Pb2+ en pb4+ ionen. Kruisformule :2 - O2- , pb4+

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

verhoudingsformule van natriumazide?

A

NaN3

azideion = N3-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is de verhoudingsformule van aluminiumnitriet

A

Al(NO2)3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

verhoudingsformule van ijzer(II)hydroxide

A

Fe(OH)2

17
Q

wat kan men zeggen over een zuur

A
  • zuur smaakt zuur
  • bevat H+ ionen
  • PH < 7
  • appel heeft een PH 3
  • maat voor zuurgraad is PH
18
Q

wat kan men zeggen over een base

A
  • smaakt zeepachtig
  • bevat OH- ionen
  • PH > 7
  • veel OH- en OH+ ionen
19
Q

wat zijn sterke zuren ( volledig geïoniseerd) (3)

A

1) zoutzuur
2) salpeterzuur
3) zwavelzuur

20
Q

wat zijn zwakke zuren (4)

A

Partieel geïoniseerd

1) azijnzuur
2) oxaalzuur
3) koolzuur
4) fosforzuur

21
Q

Sterke basen (4)(volledig geïoniseerd)

A

1) natronloog Na+ + OH-
2) kaliloog K+ + OH-
3) kalkwater Ca2+ + 2 OH-
4) barietwater Ba2+ + 2 OH-

22
Q

wat is PH 7

A

neutraal - evenveel H+ als H- ionen

23
Q

wat is een indicator?

A

een hulpstof of een oplossing basisch of zuur is - indicator kiezen die net omgeslagen is.