Modellen Flashcards

1
Q

Formule Effectieve Vraag

Open economie met overheid

A

Y = C + I + G + (B - M)

B is buitenland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat geeft de IS-curve weer?

A

Alle combinaties tussen rentestand en inkomen waarbij de vraag gelijk is aan de productie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de primaire en secundaire liquiditeiten?

A

M1: Geldhoeveelheid in enge zin (chartaal en giraal geld)
M2: M1 + kortlopende deposito’s (bijna geld)
M3: M2 + verhandelbare geldwaarde papieren (Geldhoeveelheid in ruime zin)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

3 motieven om geld aan te houden

A
  1. Transactiemotief (Lopende uitgaven)
  2. Voorzorgsmotief (Geld aanhouden voor onvoorziene kas)
  3. Speculatiemotief (Weinig geld als rente hoog is)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

IS curve verschuift evenwijdig bij:

A
  1. Autonome verlaging / verhoging overheidsbestedingen

2. Bij gegeven renteniveau besluiten ondernemers minder te investeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

IS curve draait bij:

A

Gedrag gezinnen verandert (consumptie en dus spaarqoute veranderen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

LM curve verschuift evenwijdig:

A
  1. Monetaire autoriteiten laten reële geldhoeveelheid toe- of afnemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Leg de theorie van Keynes uit:

A

‘Money doesn’t matter’

Budgettaire politiek is het meest doeltreffend om een verhoging van Y te krijgen. (verschuiving van de IS lijn)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Leg de theorie van de monetaristen uit:

A

‘Only money matters’
Bij onderbesteding heeft monetaire politiek effect op Y.
Monetaire politiek is verschuiving van de LM lijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe lopen de IS en LM curve volgens een keynesiaan?

A

Steile IS curve, omdat de rente weinig invloed heeft op de investeringen (animal spirit van de ondernemer)
Vlakke LM curve, omdat mensen grote rentegevoeligheid ervaren bij speculatiekas.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe lopen de IS en LM curve volgens een monetarist?

A

Vlakke IS curve, omdat ondernemers kijken naar de rente voordat ze gaan investeren
Steile LM curve door kleine rentegevoeligheid van de vraag naar speculatiekassen.

Door overheidsbestedingen leiden tot het crowding-out effect (overheid drukt investeringen van ondernemers weg)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

IS formule met overheid

A

I + G = S + T

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

IS formule met overheid en buitenland

A

I + G + E = S + T + M

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Berekening multiplier met buitenland

2 manieren

A
  1. Delta Y / Delta G

2. 1 / (1 - c + cb)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Berekening Ye

A

Y = C + I + G + B - M

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Berekening Yfe

A

Arbeiders x apt