Probleem 2: Hoe krachtig is de vrije wil? Flashcards

1
Q

paradigma

A

kader van theorieen, een samenhangende denkwijze. overkoepelende theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

jurisprudentie

A

verzameling van uitspraken van de rechter in gelijkmatige zaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

natuurlijk straffen

A

straf moet passen bij de misdaad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

utilitarianisme

A

wetten moeten zich richten op de meeste mensen in de maatschappij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

pleasure-pain principe

A

het idee dat menselijk gedrag erop gericht is om zoveel mogelijk pleasure en zo min mogelijk pain te ervaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

panopticon

A

een ronde gevangenis met een toren voor de bewakers in het midden. Zo konden bewakers alle gevangenen observeren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

neoclassicisme

A

gaat er ook vanuit dat mensen rationele denkers zijn, maar maakt onderscheid naar leeftijd en mentaal vermogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

fysionomie

A

menselijke kenmerken van het gezicht voorspellen crimineel gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

frenologie

A

kenmerken van de scheldel voorspellen crimineel gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

atavistische visie

A

mens vertoont kenmerken van vorige generaties, achteruitlopende evolutie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

determinisme

A

gaat ervan uit dat de mens geen vrije wil heeft en door externe factoren een misdaad pleegt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

amygdala

A

strafcentrum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

nucleus accumbens

A

beloningscentrum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

verbinding neocortex en limbisch systeem

A

blijkt belangrijk te zijn voor gevoelens als empathie, spijt en schaamte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

bounded rationality

A

gedrag is wel rationeel maar wel gebonden aan een aantal beperkingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

defenisble space

A

er wordt een gebied gecreeerd waarin de criminaliteit wordt verminderd met sociale controle