week 4- HC.1 Diagnostiek in de nefrologie Flashcards

1
Q

Wat is bloedserum?

A

plasma - stollingsfactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat gebeurd er met afgenomen bloed in het lab?

A

macroscopische beoordeling: kleur, volume en reuk

microscopische beoordeling: cellen, cilinders, kristallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kan je weten door kreatinine te meten?

A

nierfunctie.

Want kreatinine is stabiel in 24 uur. Het wordt gefiltreerd door de niet maar niet geresorbeerd etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is kreatine?

A

vaak gebruikt bij sporters. Dit is de voorloper van kreatinine en kan een meting verstoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat kun je in de urine zien onder de microscoop?

A
  • hematurie (erytrocyten)
  • leukocyten
  • epitheelcellen (plaveisel uit lagere urinewegen of rondcellig epitheel uit tubulus)-
  • bacteriën
  • cylinders
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn cylinders in de urine?

A

neerslag van polymerisatie van bepaalde eiwitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn cylinders in de urine?

A
  • neerslag van polymerisatie van bepaalde eiwitten.

- vormt zich in de lis van henle-> wordt hier samengeperst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat kan je stellen als je een erytrocytencylinder vindt in de urine?

A

Dit geeft een probleem/lek aan in de filtratie-> dus een glomerulair probleem.

past bij het ziektebeeld glomerulonefritis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat kan je stellen als je een korrelcylinder vindt in de urine?

A

Hierbij kan je niet helemaal meer weten wat voor cellen het geweest zijn. kunnen leuko’s of ery’s zijn geweest.

past bij de ziektebeelden; nierparenchymziekte, dehydratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe bereken je de GFR?

A

dit kan alleen als je de 24 uur urine hebt van de patiënt!!!

Dan kan je de kreatinine klaring bepalen door:

GFR= (UxV)/P
GFRxP=UxV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waaraan staat GFR x P gelijk?

A

totale hoeveelheid gefiltreerde stof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waaraan staat U x V gelijk?

A

totale hoeveelheid uitgescheiden stof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wanneer bereken je de eGFR?

A

dit is een schatting van de nierfunctie.

dit gebruik je als je dus bijvoorbeeld geen 24uurs urine hebt van de patiënt.

maar let op!! ook alleen als er sprake is van een steady state!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe bereken je de eGFR?

A

je hebt meerdere manieren.

serum kreatinine- leeftijd- geslacht

bij de cockroft-gault methode-> ook gewicht meegerekend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de eenheid van de eGFR?

A

wanneer je het gewicht niet meerekent.

ml/min/1.72m2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een nieuwe parameter die onafhankelijk is van spiermassa?

A
  • cystatine C-> afhankelijk van het aantal kernhoudende cellen in het lichaam.
  • niet afhankelijk van leeftijd, geslacht, lichaamssamenstelling en spiermassa(kinderen!)